Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
3. Preventief onderhoud
Voor de beste resultaten en de veiligste werking van
de pompen raden we u aan de volgende controles
uit te voeren voordat u de pomp aansluit op de
toepassing:
•
Algemene staat en reinheid van de apparatuur
•
Overmatige speling in de beweging van de
hendel
•
Olielekkage
•
Operationele efficiëntie van de olie-overdrukklep
•
Beschadigde of slecht gemonteerde accessoires
Als producten beschadigd of defect blijken te
zijn, markeer ze dan duidelijk en bewaar ze in
een speciaal daarvoor aangewezen ruimte voor
ongeschikt materiaal. Overweeg om de SKF
reparatieservice te gebruiken om ze weer in goede
staat te brengen.
4. Montage- en bedieningsinstructies
De pomp heeft een vergrendeling om de hendel vast
te zetten. Transporteer het product niet zonder de
hendel te vergrendelen. In
de vergrendelde positie.
4.1 Positionering
Plaats de pomp horizontaal, stabiel en met alle
voetsteunen in contact met het oppervlak waarop hij
staat. Zorg ervoor dat er voldoende ruimte is om de
hendel over de volledige slag te bewegen.
4.2 Olie
Verwijder de olievulplug om het oliepeil te
controleren. Deze bevindt zich aan de achterkant
van de pomp, zie
. Zorg ervoor dat er
Fig. 5
voldoende olie aanwezig is om de werkzaamheden
te voltooien. Gebruik de juiste olie zoals beschreven
in hoofdstuk 2.6. De olievulplug doet ook dienst
als veiligheidsklep. Als er te veel olie naar het
pompreservoir wordt teruggevoerd, zal de plug de
overtollige olie lekken om ervoor te zorgen dat de
druk in het reservoir niet te hoog wordt.
ziet u de hendel in
Fig. 4
4.3 Toepassing voorbereiden
Schroef de juiste THPN-nippel, met G-draad, op
de toepassing. Schroef de losse snelkoppeling
(THPN 300-1) op de gekozen THPN-nippel: Het
maximale koppel voor de M16-schroefdraad is
40 Nm/29.5 ft-lb zie
Fig. 2
Wees zorgvuldig bij het demonteren van
componenten zodat ze niet door de opgebouwde
oliedruk plotseling kunnen 'losschieten' wanneer ze
worden losgemaakt van de toepassing. Plaats de
bevestigingsmoeren of borgmoeren indien nodig.
4.4 Pomp aansluiten en gebruiken
1. Zorg ervoor dat de slang en de pomp drukloos
zijn.
2. Sluit de snelkoppeling op de slang aan op de
snelkoppeling. Controleer de vergrendeling van
deze aansluiting.
3. Maak de vergrendeling van de hendel los,
zie
.
Fig. 6
4. Sluit het olie-overdrukklep rechtsom, zie
5. Gebruik de hendel om de toepassing onder druk
te zetten. Volg nauwgezet de drukstijging op de
meter en controleer de toepassing. U kunt uw
toepassing nu koppelen of ontkoppelen.
6. Wanneer u klaar bent met de werkzaamheden,
opent u de olie-overdrukklep om de druk van de
toepassing te ontlaten.
.
Fig. 7
133
NL
.
Publicidad
