Functiecontrole - Emerson Tescom WegaMed Instrucciones De Uso

6.1.2 Desinfectie
Gebruik voor het desinfecteren alleen toegelaten preparaten uit de groep van
desinfecteermiddelen voor oppervlaktedesinfectie. Volg de toepassingsvoorschriften van
de fabrikant op.
Preparaten op basis van de volgende werkzame stoffen tasten het materiaal niet aan
• aldehyden
• kwaternaire ammoniumverbindingen
Voorbeeld van toegelaten preparaten:
- Incidin rapid, Ecolab Deutschland GmbH
- terralin protect, Schülke & Mayr
- antifect extra, Schülke & Mayr
Vanwege mogelijke aantasting van de materialen zijn preparaten op basis van de
volgende werkzame stoffen niet geschikt:
• halogeenafscheidende verbindingen
• sterk organische zuren
• zuurstofafscheidende verbindingen
Voor gebruikers in Duitsland adviseren wij in principe het gebruik van desinfecteermid-
delen die zijn opgenomen in de actuele VAH-lijst (VAH: Verbund für Angewandte Hy-
giene e.V., mhp Verlag GmbH, Wiesbaden). In de VAH-lijst wordt ook de werkzame stof
genoemd waarop het desinfecteermiddel gebaseerd is.
Voor landen waar de VAH-lijst niet bekend is, gelden de hierboven genoemde werkzame
stoffen.
6.2

Functiecontrole

Voer telkens na het vervangen van cilinders, en minstens eenmaal per zes maanden als
de drukregelaar tussendoor niet gebruikt is, een functiecontrole uit.
Als u bij een functiecontrole of tijdens bedrijf gebreken constateert, moet u direct het
gebruik van de TESCOM EUROPE drukregelaar staken. Neem contact op met TESCOM
EUROPE of een bevoegde dealer om het gebrek te laten verhelpen.
Een volledige functiecontrole bestaat uit:
• visuele controle op mechanische beschadigingen
• het controleren van de lekdichtheid van het systeem
• het controleren van de lekdichtheid van de veiligheidsregelaar
6.2.1 Het controleren van de lekdichtheid van het systeem
1. Sluit een gevulde gascilinder aan (zie het hoofdstuk "Aan een gascilinder aansluiten").
2. Sluit een geschikt nageschakeld apparaat aan en neem het in gebruik (zie het
hoofdstuk "Nageschakelde apparatuur aansluiten").
3. Controleer of alle schroef- en slangverbindingen goed vastzitten.
93
nl