270
toets de nummertoets 1 in om de modus
wandelen te selecteren (het tapijt rolt met
een lage snelheid), of nummer 2 voor de
modus hardlopen (het tapijt rolt met een
hogere snelheid); druk vervolgens op
ENTER. Op het display verschijnt:
Sul display appare:
HARTSLAG (135-155) = 0
toets met de nummertoetsen de waarde van
de hartfrequentie in die u tijdens de gehele
oefening constant wilt houden (bijvoorbeeld
142), en druk vervolgens op ENTER.
Op het display verschijnt:
TIJD = 0
dtoets met de nummertoetsen de duur van
de oefening in minuten in(bijvoorbeeld, 15),
en druk vervolgens op ENTER.
op het display verschijnt:
QUICK START
Druk op de QUICKSTART-toets om de test te
beginnen.
Het
geluidssignaal en de test begint.
De kolommen van het hoogtemeterprofiel
op het display, die de helling van het tapijt in
hoogte weergeven, gaan één voor één
branden tot ze de volledig ingestelde tijd
bestrijken; de knipperende kolom geeft de
stap die op dat moment wordt uitgevoerd
weer.
De wijzer van de moeilijkheidsgraad en het
controlelampje van de CPR-functie branden.
toestel
geeft
een
Indien tijdens de configuratie de toetsen zo
ingeschakeld zijn (
tijdens de oefening mogelijk om:
-
met de toetsen ( ) en ( ) de waarde van
de hartfrequentietarget (op basis van een
eenheid bij elke toetsaanslag) te wijzigen;
-
met de ENTER-toets de overige oefentijd
te verlengen met een toename van 1
minuut bij elke toetsaanslag.
Op elk ogenblik is het mogelijk om:
-
in de modus wandelen de snelheid van
het tapijt te wijzigen;
in de modus hardlopen de snelheid en
-
helling van het tapijt te wijzigen
-
de oefening voor een pauze te
onderbreken met de STOP- of CLEAR-toets;
-
de oefening te stoppen door twee maal
op de STOP-toets te drukken.
Bij een pauze, of nadat u op STOP of CLEAR
heeft gedrukt, wordt de oefening hervat als
u op de QUICK START-toets drukt. Indien u
opnieuw op STOP drukt, stopt de oefening
en gaat het toestel terug naar de wachtstand.
Het toestel informeert de gebruiker met de
volgende twee meldingen:
STOP: EINDE
QUICK START: VERDER GAAN
Aan het einde van de oefening maakt het
toestel zich gereed voor de cooldown; op het
display verschijnt de waarde van de wijzer
van de prestatie index (of P.I:
P.I. = 6
Nu is het mogelijk de TGS Sleutel* te
plaatsen om de resultaten op te slaan.
R
600 XT PRO
UN
paragraaf 3.2), is het
paragraaf 3.9):