NEDERLANDS
wanneer de temperatuur van de motor te hoog oploopt.
Wanneer de thermische overbelastingsbeveiliging
wordt geactiveerd, plaatst u de schakelaar in de stand
'Uit' (0). Haal de stekker van de compressor uit het
stopcontact totdat deze volledig is afgekoeld. Wanneer
de compressor is afgekoeld, steekt u de stekker weer
in het stopcontact en zet u de schakelaar op 'Aan' (I).
De compressor zou nu normaal moeten starten. Is dat
niet het geval, neem dan onmiddellijk contact op met uw
dichtstbijzijnde servicecentrum.
REGELING VAN DE WERKINGSDRUK
Het is niet nodig steeds de maximale werkdruk te
gebruiken. Meestal heeft het pneumatische gereedschap
zelfs minder druk nodig. Bij de compressoren voorzien
van een drukreductiemachine is het nodig de
werkingsdruk goed af te stellen.
Stel de juiste druk in door de hendel met de klok mee te
draaien om de druk te verhogen en tegen de klok in om
de druk te verlagen. Als de optimale druk bereikt is, zet u
de hendel vast door hem naar beneden te drukken. Bij de
drukreductiemachines geleverd zonder manometer is de
ijkingsdruk zichtbaar op de gegradueerde schaal op het
lichaam van de reductiemachine zelf.
OPMERKING: Sommige drukverlagers zijn niet voorzien
van een "push to lock", zodat u alleen aan de knop hoeft
te draaien om de druk af te stellen.
DE COMPRESSOR STOPPEN
1. Zet de schakelaar in de stand '0' (afhankelijk van
het soort schakelaar op de compressor). Schakel
de compressor NIET uit door het stopcontact uit te
schakelen of de stekker uit het stopcontact te halen.
2. Draai de regelknop (4) linksom totdat het volledig
gesloten is. Zorg ervoor dat de gereguleerde
manometer 0 bar 0 bar (0 psi) weergeeft.
3. Verwijder slang en hulpstuk.
4. Leeg de luchttank, zie Luchttank legen onder
Onderhoud. Zorg ervoor dat de manometer van de
luchttank 0 bar (0 psi) weergeeft.
OVERBELASTINGSBEVEILIGING
IN DE MOTOR
De motor bevat een thermische
overbelastingsbeveiliging. Wanneer de motor
om welke reden dan ook oververhit wordt, zal de
overbelastingsbeveiliging de motor uitschakelen. De
motor moet dan eerst afkoelen voordat deze opnieuw
wordt gestart. Dit doet u als volgt:
1. Zet de aan/uit-schakelaar (6) op Uit en trek de stekker
uit.
2. Laat de motor afkoelen.
3. Sluit de stroomkabel aan op het juiste vak van het
vertakt circuit.
50
4. Zet de aan/uit-schakelaar op Aan.
Onderhoud
m WAARSCHUWING: Om risico op letsel te
verminderen, schakelt u de compressor uit, trekt u de
stekker uit en verwijdert u de perslucht uit de luchttank
(controleer of luchtdruk 0 bar (0 psi) is) voordat u
accessoires installeert en verwijdert of de installatie
aanpast of wijzigt.
Onvoorzien starten kan letsel veroorzaken.
De volgende procedures moeten worden gevolgd bij het
onderhoud of de service aan de luchtcompressor.
OPMERKING: laat de compressor afkoelen voordat u
begint aan het onderhoud.
OPMERKING: alle persluchtsystemen bevatten
onderhoudsonderdelen (bijv. olie, filters, afscheiders) die
periodiek worden vervangen. Deze gebruikte onderdelen
kunnen stoffen bevatten die gereguleerd zijn en
weggeworpen moeten worden in overeenstemming met
de plaatselijke, provinciale en federale wetten en regels.
OPMERKING: neem kennis van de posities en plaats
van de onderdelen bij het demonteren om de montage
gemakkelijker te maken.
OPMERKING: Elke onderhoudsbeurt die niet in dit
onderdeel is opgenomen moet worden uitgevoerd
door een DEWALT-fabriek servicecentrum of een door
DEWALT geautoriseerd servicecentrum.
LUCHTTANK LEGEN
OPMERKING: Alle persluchtsystemen
genereren condensaat dat zich in elk
aftappunt (bijv. tanks, filter, nakoelers, drogers)
ophoopt. Dit condensaat bevat smeerolie en/
of stoffen die gereguleerd kunnen worden
en afgevoerd moeten worden volgens de
geldende voorschriften.
Het condenswater in de tank moet dagelijks worden
afgevoerd door de aftapkraan te openen (2) onder de
tank. Pas op indien er perslucht in de cilinder aanwezig
is, aangezien water in dit geval met aanzienlijke kracht
kan wegstromen.
1. Controleer of de compressor op "Uit" staat.
2. Houd het handvat vast, kantel de compressor in de
richting van de afvoerklep zodat het onderaan de tank
is gepositioneerd.
3. Draai de afvoerklep open.
4. Kantel de compressor totdat alle vocht is verdwenen.
CONTROLEREN VEILIGHEIDSKLEP (9)
m WAARSCHUWING: hete oppervlakken. Risico op
brandwonden. Afvoerbuis, nakoeler, pompkop en de
omliggende onderdelen zijn zeer heet, niet aanraken.
Laat de compressor afkoelen voor het onderhoud.