den die door de fabrikant zijn
toegelaten.
Dit apparaat werd ontwikkeld
voor gebruik met reinigings-
middelen, die door de fabri-
kant worden geleverd of aan-
bevolen. Het gebruik van an-
dere reinigingsmiddelen of
chemicaliën kan de veiligheid
van het apparaat nadelig be-
envloeden.
Bewaar reinigingsmiddelen
–
buiten bereik van kinderen.
Kap niet openen bij een lo-
–
pende motor.
Bij langdurige bedrijfsonder-
–
brekingen moet het apparaat
aan de hoofdschakelaar / ap-
paraatschakelaar uitgescha-
keld worden of moet de net-
stekker uitgetrokken worden.
WAARSCHUWING
Richt de hogedrukstraal niet
–
op anderen of op uzelf, bij-
voorbeeld om het reinigen
van kleding of schoeisel.
Asbesthoudende en andere
–
materialen die gevaarlijke
stoffen bevatten, moegen niet
afgespoten worden.
Voor de reiniging moet een ri-
–
sico-analyse van het te reini-
gen oppervlak uitgevoerd
worden om veiligheids- en
gezondheidseisen te bepa-
len. Er moeten overeenkom-
stig noodzakelijke veilig-
heidsmaatregelen genomen
worden.
Bij korte straalpijpen bestaat
–
verwondingsgevaar aange-
zien een hand per ongeluk
met de hogedrukstraal in con-
tact kan komen. Wanneer de
gebruikte straalpijp korter is
dan 75 cm, mag geen punt-
spuitkop of rotorspuitkop ge-
bruikt worden.
VOORZICHTIG
Wanneer in de bedienings-
–
handleiding van het apparaat
(technische gegevens) een
geluidsniveau van meer 80
dBA wordt aangegeven, moet
gehoorbescherming worden
gedragen.
Draag de juiste beschermen-
–
de kleding en een veiligheids-
bril ter bescherming tegen te-
rugspattend water.
De aanbevolen reinigings-
–
middelen mogen niet verdund
gebruikt worden. De produc-
ten zijn veilig aangezien ze
geen milieuonvriendelijke
stoffen bevatten. Bij contact
van reinigingsmiddelen met
de ogen moeten deze gron-
dig met water gespoeld wor-
den en bij inslikken moet on-
middellijk een arts geraad-
pleegd worden.
Slangen na het gebruik met
–
heet water laten afkoelen of
apparaat kort met koud water
gebruiken.
– 4
NL
33