1. Zet het instrument aan en controleer of de accu voldoende geladen is.
2. Wacht tot de pagina Gasmeting wordt weergegeven.
3. Druk op de knop RESET/
het beeldscherm wordt weergegeven (afbeelding 18).
4. Druk op de knop ON-OFF/ACCEPT om het instrument in te stellen op nul.
•
Het instrument moet zich in schone lucht bevinden om deze functie uit te voeren.
•
Op het beeldscherm knippert CAL ZERO.
OPMERKING:
Druk op de knop RESET/
naar de procedure voor het instellen van het kalibratiebereik te gaan. Als gedurende 30 se-
conden niet op een knop is gedrukt, keert het instrument terug in de meetmodus.
•
Zodra de nulwaarden zijn ingesteld, knippert de indicatie CAL SPAN?
(afbeelding 19).
5. Sluit het betreffende kalibratiegas aan op het instrument door het ene uiteinde van de
slang aan te sluiten op de pompinlaat van het instrument en het andere uiteinde op het
regelventiel van de cilinder (maakt deel uit van de kalibratiekit).
6. Open het ventiel op het regelventiel (indien aanwezig).
en houd deze ingedrukt tot CAL ZERO? knipperend op
om de procedure voor instellen op nul over te slaan en direct
Kalibratie
Afbeelding 18:
Aanduiding voor
instellen op nul
Afbeelding 19:
Indicatie CAL SPAN?
6
35