4.6.2) Geheugenopslag modus I
Tabel 11: voor het opslaan van een zender in modus I
1.
Druk op het knopje op de ontvanger en houd dit ingedrukt (gedurende circa 3s)
2.
Laat het knopje weer los wanneer het ledlampje op de ontvanger gaat branden
3.
Druk binnen 10s tenminste 2s lang op een willekeurige toets van de te bewaren zender
4.
Als de geheugenopslag tot een goed einde is gekomen zal het ledlampje op de ontvanger 3 maal gaan knipperen.
Indien er nog meer zenders opgeslagen moeten worden, dient u nogmaals stap 3 binnen 10s uit te voeren.
De opslagfase wordt beëindigd, als er binnen 10 seconden geen nieuwe codes ontvangen worden.
4.6.3) Geheugenopslag modus II
Tabel 12: voor het opslaan van een toets op een zender in modus II
1.
Druk zoveel maal op het knopje op de ontvanger als overeenkomt met het nummer van de
gewenste instructie zoals blijkt uit tabel 8
2.
Controleer dat het ledlampje op de ontvanger zoveel maal knippert als het nummer
van de gewenste instructie
3.
Druk binnen 10s tenminste 2s op de gewenste toets van de in het geheugen te bewaren zender
4.
Als de geheugenopslag tot een goed einde is gekomen zal het ledlampje op de ontvanger
3 maal knipperen.
Indien er voor dezelfde instructie nog meer zenders opgeslagen moeten worden, dient u punt 3 binnen nog eens 10 s te herhalen.
De opslagfase wordt beëindigd, als er binnen 10 seconden geen nieuwe codes ontvangen worden.
4.6.4) Geheugenopslag "op afstand"
U kunt een nieuwe radiozender in het geheugen opslaan zonder recht-
streeks op het knopje van de ontvanger te drukken. U dient dan over
een functionerende afstandsbediening te beschikken, die reeds in het
geheugen is opgeslagen. De nieuwe te bewaren zender "erft" de ken-
merken van die welke reeds in het geheugen bewaard is. Als de eerste
zender in modus I opgeslagen is, wordt dus ook de nieuwe in modus I
opgeslagen en kunt u dus op een willekeurige toets van de zenders
drukken. Als de reeds functionerende zender daarentegen in modus II
opgeslagen is, zal ook de nieuwe in modus II worden opgeslagen en is
het van belang dat u bij de eerste zender op de toets drukt welke aan
de gewenste instructie gekoppeld is, en bij de tweede zender op de
toets welke u aan die instructie wilt koppelen.
Ga met de twee zenders binnen het bereik van de automatisering staan en voer de volgende stappen uit:
Tabel 13: voor het opslaan van een zender "op afstand"
1.
Druk tenminste 5s op de toets van de nieuwe radiozender en laat hem dan weer los.
2.
Druk 3 keer langzaam op de toets van de reeds in het geheugen bewaarde radiozender.
3.
Druk 1 keer langzaam op de toets van de nieuwe radiozender.
Nu zal de nieuwe radiozender door de ontvanger herkend worden en zal hij de kenmerken overnemen die de reeds in het geheugen bewaarde zender had.
Indien er nog andere zenders opgeslagen moeten worden, dient u alle stappen voor elke nieuwe zender te herhalen.
182
41
!
Geheugenopslag op afstand kan plaats vinden in alle
besturingseenheiden welke zich binnen het bereik van de
zender bevinden; het is dus van belang dat alleen die
besturingseenheid onder spanning staat welke gepro-
grammeerd moet worden.
Voorbeeld
3s
2s
x3
Voorbeeld
1....4
1....4
2s
x3
Voorbeeld
5s
1s
1s
1s
1s