Inbedrijfstelling
Elektrische aansluiting
NL
156
Voor een veilige en feilloze werking van het apparaat moeten bij
de elektrische aansluiting de volgende instructies in acht worden
genomen:
Vergelijk
vóór
■
aansluitgegevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje
met die van uw elektrische voorziening. Deze gegevens moeten
overeenstemmen, zodat er geen schade aan het apparaat kan
optreden. Vraag in geval van twijfel uw handelaar.
Het stopcontact moet ten minste met een 10A-zekering zijn
■
beveiligd.
Wanneer het apparaat aan een verlengkabel moet worden
■
aangesloten moet de kabeldiameter ten minste 1,5 mm²
bedragen.
Ga na of de voedingskabel onbeschadigd is en niet over hete
■
oppervlakken en/of scherpe randen wordt gelegd.
De stroomkabel mag niet strak gespannen zijn, geknikt worden
■
of in aanraking komen met het hete oppervlaktes.
Leg de stroomkabel zodanig dat er geen gevaar voor struikelen
■
heerst.
De
elektrische veiligheid van het apparaat is alleen gewaarborgd,
■
wanneer het op een correct geïnstalleerd randaardesysteem
wordt aangesloten. De werking aan een stopcontact zonder
randaarde is verboden. Laat in geval van twijfel de installatie
van het huis door een elektricien controleren. De fabrikant
aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor schade die door een
ontbrekende of onderbroken randaarde wordt veroorzaakt.
het
aansluiten
van
BEEM - Elements of Lifestyle
het
apparaat
de