Motorolie Verversen - Briggs & Stratton 110000 Manual Del Operario

Ocultar thumbs Ver también para 110000:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 44
Service en onderhoud
Iedere 200 uur of jaarlijks
1
Vervang het luchtfilter
Voorfilter vervangen (indien aanwezig)
Jaarlijks
Vervang de bougie
Vervang luchtfilter
Voorfilter vervangen (indien aanwezig)
Vervang de brandstoffilter (indien aanwezig)
Brandstofsysteem onderhouden
1
Onderhoud koelsysteem
2
Klepspeling controleren
1
Vaker reinigen onder stoffige omstandigheden of wanneer zich veel zwevend vuil
in de omgeving bevindt.
2
Alleen nodig bij problemen met de prestaties van de motor.
Carburateur en motortoerental
Stel de carburateur of het motortoerental nooit af. De carburateur is in de fabriek afgesteld
voor een efficiënte werking onder de meest gangbare omstandigheden. Verander niets
aan de regulateur, koppelingen of andere onderdelen om het motortoerental te verhogen.
Als er afstellingen moeten worden uitgevoerd, neem contact op met een erkende Briggs
& Stratton-servicedealer.
OPGEPAST
De fabrikant van de apparatuur heeft het maximale toerental voor de
motor zoals geïnstalleerd in de apparatuur gespecificeerd. Overschrijd dit toerental
niet. Als u niet weet wat het maximale toerental van de apparatuur is of waarop het
motortoerental in de fabriek is ingesteld, neem contact op met een erkende Briggs &
Stratton-servicedealer. Voor een veilige en juiste bediening van de apparatuur mag het
motortoerental uitsluitend worden afgesteld door een gekwalificeerde servicemonteur.
Voer onderhoud uit aan de bougie.
Zie Afbeelding 11
Controleer de elektrodeafstand (A, Afbeelding 11) met een draadkaliber (B). Stel zonodig
de afstand bij Installeer de bougie en draai deze vast met het aanbevolen aanhaalkoppel
Zie voor afstelling van de elektrodeafstand en het aanhaalkoppel het deel Specificaties .
Opmerking: *In sommige gebieden schrijven plaatselijke wetten het gebruik voor van
weerstandsbougies om ontstekingssignalen te onderdrukken Indien deze motor origineel
was uitgerust met een weerstandsbougie, gebruik dan voor vervanging hetzelfde type
bougie.
Onderhoud aan het uitlaatsysteem
WAARSCHUWING
Draaiende motoren produceren warmte. Motoronderdelen, vooral geluiddempers,
worden zeer heet.
Ernstige brandwonden kunnen optreden bij contact.
Brandbaar vuil, zoals bladeren, gras en hout, kan in brand vliegen.
Laat geluiddemper, motorcilinder en koelvinnen afkoelen voordat u ze aanraakt.
Verwijder brandbare stoffen die zich in en rondom de geluiddemper en cilinder hebben
opgehoopt.
Overeenkomstig de California Public Resource Code Section 4442 is het verboden
de motor te gebruiken in of in de buurt van bos-, kreupelhout- of grasgebied tenzij
het uitlaatsysteem is uitgerust met een vonkenvanger, zoals gedefinieerd in Section
4442, die in goede staat wordt gehouden. In andere deelstaten of landen gelden
mogelijk vergelijkbare wetten. Neem contact op met de oorspronkelijke fabrikant,
detailhandelaar of dealer voor een vonkenvanger die ontworpen is voor het
uitlaatsysteem dat op uw machine is geïnstalleerd.
Verwijder brandbare stoffen die zich in en rondom de geluiddemper en cilinder hebben
opgehoopt. Inspecteer de uitlaat op barsten, corrosie of andere beschadiging Verwijder
de vonkenvanger, als de machine hiermee is uitgerust en inspecteer deze op beschadiging
of koolverstopping Als u beschadigingen aantreft, installeer dan vervangingsonderdelen
voordat u het apparaat weer gebruikt.
1
WAARSCHUWING
Vervangende onderdelen moeten identiek zijn aan en op dezelfde positie worden
geïnstalleerd als de originele onderdelen. Andere onderdelen zullen minder goed werken,
kunnen de maaier beschadigen en kunnen letsel veroorzaken

Motorolie verversen

Zie afbeelding: 12, 13, 14, 15, 16
WAARSCHUWING
Brandstof en brandstofdampen zijn uiterst brandbaar en explosief.
Een brand of een explosie kan ernstige brandwonden of de dood veroorzaken.
Draaiende motoren produceren warmte. Motoronderdelen, vooral geluiddempers,
worden uiterst heet.
Dit kan, bij aanraking, leiden tot ernstige brandwonden.
Als u de olie aftapt uit de olievulbuis boven, dan moet de brandstoftank leeg zijn,
anders kan er brandstof uitlekken wat kan leiden tot brand en explosie.
Laat de geluiddemper, motorcilinder en vinnen afkoelen voor u ze aanraakt.
Gebruikte olie is een gevaarlijk afvalproduct en moet op de juiste manier worden afgevoerd.
Voer het niet met het huishoudelijk afval af. Raadpleeg de plaatselijke autoriteiten, het
servicecentrum of uw dealer voor veilige afvoer-/recycling bedrijven.
Voor Alleen Check & Add™ modellen, is olie verversen niet nodig. Als u olie wilt verversen,
volg dan de procedure hieronder.
Olie verwijderen
U kunt de olie aftappen vanuit het onderste tapgat of vanuit de olievulbuis boven.
1.
Ontkoppel de bougiekabel terwijl de motor is uitgeschakeld, maar nog wel warm is
(D, Afbeelding 12) en houd deze uit de buurt van de bougie (E).
2.
Verwijder de olieaftapplug (F, Afbeelding 13). Laat de olie in een goedgekeurde bak
stromen.
Opmerking: Elke van de olieaftappluggen (F, Afbeelding 13) kan in de motor worden
geïnstalleerd.
3.
Plaats , nadat de olie is afgetapt, de olieaftapplug (F, Afbeelding 13) en zet deze
vast.
4.
Als u die olie aftapt via de olie vulbuis boven (C, Afbeelding 14), houd dan de motor
omhoog aan de kant waar de bougie (E) zich bevindt. Laat de olie in een
goedgekeurde bak stromen.
WAARSCHUWING
Als u de olie aftapt uit de olievul buis boven, dan moet de brandstoftank leeg zijn, anders
kan er brandstof uitlekken wat kan leiden tot brand en explosie. Als u de brandstoftank
leeg wilt maken, laat u de motor lopen totdat deze door gebrek aan brandstof stopt.
Oliefilter vervangen, indien aanwezig
Sommige motoren zijn voorzien van een oliefilter. Voor vervangingsintervallen, zie het
Onderhouds schema.
1.
Tap de olie af. Zie de sectie Olie verwijderen .
2.
Verwijder de oliefilter (G, Afbeelding 15) en gooi deze op de juiste manier weg.
3.
Smeer de olie filterpakking lichtjes met verse, schone olie in voordat u het nieuwe
oliefilter plaatst.
4.
Installeer het oliefilter met de hand totdat de pakking contact maakt met de
oliefilteradapter en draai het oliefilter dan een 1/2 of 3/4 slag vast.
5.
Vul olie bij. Zie de sectie Olie bijvullen .
6.
Start de motor en laat deze draaien. Controleer op olielekkage als de motor eenmaal
is opgewarmd.
7.
Stop de motor en controleer het olie peil opnieuw. Het oliepeil is juist als het bovenaan
bij de indicator staat voor vol (B, Afbeelding 16) op de peilstok.
85

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

120000

Tabla de contenido