Össur Papoose Instrucciones De Uso página 44

4. Bevestig nieuwe vulstukken. Vouw de vulstukken halverwege, met de
doffe kant naar het klittenband toe (de glimmende kant ligt tegen de
huid); plaats het vulstuk in het midden van de witte schaal. Pas de
vulstukken naar wens aan zodat ze op niet op de sleutelbeenderen
van de zuigeling rusten of in de schouders drukken (Af beelding 20).
DEFINITIEVE CHECKLIST (Af beelding 21)
Een correct aangebrachte Papoose heeft de volgende kenmerken:
• De huid komt niet in aanraking met plastic. De blauwe Sorbatex
vulstukken bedekken alle plastic randen.
• De banden hangen niet slap en laten nergens los.
(optioneel) (Af beelding 22)
• De zijkanten van de Papoose liggen over de zijkanten van de
nekkraag.
• De nekkraag reikt van de kaak tot aan de top van het borstbeen.
• De kin ligt comfortabel in het midden van het kinstuk. De kin mag
niet over de rand van het Sorbatex vulstuk uitsteken, maar mag zich
ook niet binnen de kraag bevinden.
• Het klittenband is blauw-op-blauw bevestigd, beide uiteinden zijn
even lang.
• De voorzijde van de nekkraag ligt in een opwaartse hoek naar de oren.
De plastic randen aan de onderkant rusten niet op de
sleutelbeenderen en drukken niet in de schouders.
• Directe aanwijzingen van de arts van het kind.
44