Reanimatie
1.
Zet het bed horizontaal.
2.
Koppel de slangen van de pomp los om de matras
in een vlakke stand te brengen (Afbeelding 4).
3.
Breng de bedhekken aan de kant van de zorgverlener
indien nodig omlaag of verwijder ze.
4.
Start de reanimatie volgens het protocol van de
instelling. Gebruik de bedplank indien nodig.
5.
Nadat reanimatie is uitgevoerd:
• Verwijder de bedplank indien deze werd gebruikt.
• Sluit de pompslangen opnieuw op de matras aan.
• Breng het bedhek indien nodig omhoog
of installeer het.
• Plaats het bed en de accessoires weer terug
in hun oorspronkelijke positie.
Huidverzorging
• Verwijder een eventueel teveel aan vocht en houd de huid droog en schoon.
• Controleer regelmatig de huid van de cliënt, in het bijzonder die plekken waar incontinentie
optreedt en opvang plaatsvindt.
• Zorg ervoor dat het linnen onder de cliënt niet gekreukeld is.
Incontinentie/drainage
• Gebruik vloeistofbestendige onderleggers voor incontinente cliënten.
• Neem het oppervlak af en verschoon het bed naar behoefte (zie Reiniging en onderhoud).
Algemene bediening
Voorkom dat het AtmosAir MRS in contact komt met scherpe
voorwerpen. Gaten en scheuren kunnen ervoor zorgen dat het
kussen niet naar behoren kan worden opgeblazen en dat de
luchtdruk niet kan worden gehandhaafd.
Transportstand
Wanneer het AtmosAir 9000A MRS van de pomp is losgekoppeld, werkt dit als een reactief
ligsysteem met het volledige gebruik van het CAD-systeem. Voor transport zijn er twee opties:
1.
Koppel de slangenset los van de matras. De kleppen worden gesloten zodra de slangenset
wordt losgekoppeld.
2.
Koppel de slangenset los van de pomp en plaats de transportkap stevig op de slangenset
om een verzegeling te bewerkstelligen.
48
Afbeelding 4 Koppel de slangen los
Afbeeldingen 5 Gebruik geen scherpe voorwerpen