ThyssenKrupp Rothe Erde Manual Del Usuario página 104

Slewing bearings
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 52
104
Montage · Smering · Onderhoud (MSO)
®
Geldt niet voor lagers met specifieke MSO-instructies – bij de levering van
vervangende lagers is het dringend noodzakelijk, dat met de installatiefabrikant contact
opgenomen wordt voor de montage, smering en het onderhoud.
Bevestigingsschroeven
Bevestigingsschroeven, moeren en ringen (zonder opper-
vlaktebehandeling) normaal in stabiliteitsklasse 10.9
volgens DIN ISO 267. Vastgelegd aantal en diameter
dienen absoluut gerespecteerd te worden. Schroeven
zorgvuldig kruiselings aanhalen op de voorgeschreven
waarden, tabel 2 op pagina 103 toont enkele richtwaarden.
De vlakpersing onder de schroefkop resp. de moer mag
de toegelaten grenswaarden niet overschrijden (zie hoofd-
stuk „Fastening bolts" in de catalogus Rothe Erde
Slewing Bearings of www.thyssenkrupp-rotheerde.com
ook m.b.t. de minimum-klemlengte). Bij een overschrij-
ding van de grensvlakpersing moeten onderlegringen
met geschikte grootte en stabiliteit worden gebruikt.
Voor blindgatdraden moet de minimum inschroefdiepte
worden gegarandeerd. Als er een schroefcilinder wordt
gebruikt, dan moet bij de schroeven of stiftbouten voor
de nodige schroefdraadoverstand worden gezorgd en
moeten de passende ringen worden gebruikt (zie hoofd-
stuk „Bolts" in de catalogus Rothe Erde
of www.thyssenkrupp-rotheerde.com).
Het vastleggen van de aanhaalmomenten is niet alleen
gebaseerd op de stabiliteitsklasse van de schroeven en
het aanhaalprocédé, maar is ook afhankelijk van de
wrijving in de schroefdraad en aan de oplegvlakken tus-
sen schroefkop en moer. De in de tabel 2, pagina 103
vermelde aanhaalmomenten zijn richtwaarden, die
betrekking hebben op licht geoliede schroefdraad en
oplegvlak.
Droge schroefdraden vereisen hoge, sterk geoliede
schroefdraden lagere aanhaalmo-menten. De waarden
kunnen daarom sterk variëren. Dit geldt in het bijzonder
voor schroefdraden groter dan M 30 resp. 1b". Vanaf
deze grootte wordt het gebruik van schroefspancilinders
aanbevolen. Indien de wrijvingskwaliteit niet verzekerd
is, dan moet een geschikte wrijvingswaardeverbeteraar
of vormsluiting worden gebruikt. Het vastlassen van de
grote rollagers is niet toegelaten.
®
®
Slewing Bearings
Smering en Onderhoud
De smeernippels moeten allemaal goed toegankelijk
zijn, evt. dienen smeerleidingen te worden voorzien.
ThyssenKrupp Rothe Erde adviseert automatische cen-
trale smeerinstallaties. De smering van het loopsysteem
en de vertanding moet onmiddellijk na de montage
worden uitgevoerd. Hiervoor, en voor elke latere smeer-
beurt, dienen smeermiddelen uit tabel 3, pagina 105 te
worden gebruikt. Bij deze loopbaanvetten gaat het uit-
sluitend om KP 2 K-vetten, d.w.z. met lithium verzeepte
minerale oliën van de NLGI-klasse 2 met EP-additieven.
Die in tabel 3, pagina 105 vermelde smeermiddelen
voor de loopbaan zijn onderling mengbaar. De smeer-
middelen staan in alfabetische volgorde. De vetvulling
vermindert wrijving, beschermt tegen corrosie en is
bestanddeel van de afdichting.
Daarom altijd voldoende bijsmeren, zodat zich aan de
volledige omvang van de lagerspleet resp. de pakkingen
een dikke vetkraag met vers vet vormt. Lagers bij het
smeren draaien of voldoende zwenken.
Smeermiddelen
VOORZICHTIG
Mogelijke huidirritatie door smeer-
middelen
• Draag handschoenen bij de omgang
met smeermiddelen
• Andere geldende documentatie van
de fabrikant in acht nemen
Specifieke vragen m.b.t. de smeermiddelen bespreekt u
a.u.b. met de desbetreffende smeermiddelfabrikant.
De in tabel 3, pagina 105 vermelde vetten zijn vrijgegeven
voor onze draaikranslagers en getest met het oog op
compatibiliteit met de door ThyssenKrupp Rothe Erde
gebruikte materialen voor afstandshouders en pakkingen.
De vettenlijst heeft geen aanspraak op volledigheid.

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido