Voor PROGRAMMA 2 en PROGRAMMA 3 wordt dezelfde, hierboven beschreven
procedure gebruikt. Druk, om het programmeermenu af te sluiten, op de
programmeerknop (fig. B, ref. 4) totdat de display de spanningswaarde van de
batterijen weergeeft.
11.1. Verhelpen van eventuele storingen
Mogelijke storingen die de complete machine betreffen.
STORINGEN
De machine werkt niet
De borstels draaien niet
De zijborstels draaien niet
De machine reinigt niet op
gelijkmatige wijze
De oplossing komt niet naar
buiten
De reinigingsoplossing blijft
uitstromen
De zuigmotor werkt niet
11.
STORINGEN, OORZAKEN EN REMEDIES
• de connector van de batterijen
is losgekoppeld
• de batterijen zijn leeg
• er is niet op de bedieningsknop
van de borstels gedrukt
• de gashendel is niet bediend
• de batterijen zijn leeg
• de reductor is kapot
• de motor is kapot
• de borstels zijn opgeheven
• de zekering heeft ingegrepen
• de reductor is kapot
• de motor is kapot
• de borstels of de pads zijn
versleten
• de schoonwatertank is leeg
• de slang die de oplossing naar
de borstel voert is verstopt
• de magneetklep is defect
• de pomp is defect
• het filter is verstopt
• de magneetklep is defect
• er is niet op de knop van de
zuigunit gedrukt (uit)
OORZAKEN
REMEDIES
• sluit de batterijen op de
machine aan
• laad de batterijen op
• druk op de borstelknop
• bedien de gashendel
• laad de batterijen op
• laat de reductor vervangen
• laat de motor vervangen
• laat de zijborstels zakken
met
de
hendels
op
stuurkolom
• herstel de zekering door op
de
drukknop
ervan
drukken
• laat de reductor vervangen
• laat de motor vervangen
• vervang deze
• vul deze
• verwijder de verstopping en
breng de leidingen weer op
hun plaats aan
• vervang de magneetklep
• vervang de pomp
• reinig het filter
• vervang de magneetklep
• druk op de zuigknop
NEDERLANDS
de
te
27