Het zuigrubber reinigt of zuigt
niet goed
De machine gaat niet vooruit
De batterijen garanderen niet
de normale werktijd
NEDERLANDS
28
• de zuigmotor is niet gevoed of is
defect
• de vuilwatertank is vol
• de rand van de rubberen
strippen die contact met de vloer
maakt is afgesleten
• er zit een verstopping of
beschadiging in het zuigrubber
of de slang
• de vlotter heeft ingegrepen
(vuilwatertank vol) of is door vuil
geblokkeerd of is kapot
• er zit een verstopping in de
zuigslang
• de zuigslang is niet aangesloten
op
het
zuigrubber
beschadigd
• de zuigmotor is niet gevoed of is
defect
• de tractiemotor werkt niet
• de thermische beveiliging van
de motor heeft ingegrepen, de
motor is oververhit
• de batterijen zijn leeg
• de polen en klemmen van de
batterijen zijn vuil en geoxideerd
• het elektrolytniveau is laag
• de batterijlader werkt niet of is
niet geschikt
•
er
bestaan
belangrijke
densiteitsverschillen tussen de
diverse batterijelementen
• men gebruikt de machine met
een te hoge borsteldruk
•
controleer
voedingsconnector van de
motor
correct
hoofdbedrading
aangesloten;
tweede
geval
vervangen
• ledig de vuilwatertank
• vervang de rubberen strip
• verwijder de verstopping en
repareer de beschadiging
• ledig de vuilwatertank of
repareer de vlotter
• verwijder de verstopping uit
de slang
•
sluit
de
of
is
repareer hem
•
controleer
voedingsconnector van de
motor correct is aangesloten
op de hoofdbedrading en of
de
zekering
doorgebrand; in het tweede
geval, de motor vervangen.
•
ontgrendel
paddestoelknop;
of de motor correct met de
hoofdbedrading
is; controleer het type alarm
dat op de kaart aanwezig is
(zie hoofdstuk 11); vervang
de motor.
• stop de machine, schakel
haar uit en laat haar minstens
45' afkoelen
• laad de batterijen op
• reinig en smeer de polen en
klemmen, laad de batterijen
op
• voeg gedestilleerd water toe
door elk element volgens de
aanwijzingen bij te vullen
• raadpleeg de instructies van
de batterijlader
• vervang de beschadigde
batterij
• verlaag de druk op de
borstels
of
de
op
de
is
laat
in
het
de
motor
slang
aan
of
of
de
niet
is
de
controleer
verbonden