6) Steek de beide uiteinden van de beide Boa-veters door de daarvoor bedoelde openingen in
de draaiknopbehuizing.
Boa-spoelen monteren
16
19
Ga als volgt te werk om de spoelen te monteren:
1) Haal het ene uiteinde van de proximale Boa-veter door het rood gemarkeerde boorgat (zie
afb. 16).
2) Keer het uiteinde van de veter om en leid de veter door een parallel gelegen boorgat (zie
afb. 17) terug.
3) Keer het uiteinde van de veter weer om en steek het tot de aanslag in een blind gat naast het
rood gemarkeerde boorgat (zie afb. 18).
INFORMATIE: De Boa-veter is door de zelfremming die optreedt doordat hij twee keer
kort na elkaar in tegengestelde richting wordt geleid, beveiligd tegen naar buiten glij
den.
4) Trek de twee ontstane veterlussen aan (zie afb. 19, zie afb. 20).
5) Herhaal de vermelde stappen met het tweede uiteinde van de veter in het rood gemarkeerde
boorgat aan de andere kant.
6) Trek aan weerszijden van de Boa-behuizing voorzichtig aan de Boa-veter.
7) Duw de spoel in de Boa-behuizing door er met de vingers licht op te drukken (zie afb. 21).
INFORMATIE: De vertanding aan de bovenkant van de spoel moet na het inzetten nog
zichtbaar zijn, dus naar buiten wijzen.
8) Herhaal de stappen 1 - 7 met de tweede spoel.
17
20
18
21
167