FR
F: REMARQUES IMPORTANTES RELATIVES A LA SECURITE
IL NE FAUT PAS FORCEMENT ALLER VITE POUR SE BLESSER !
Des cas de blessures graves à la tête, voire de blessures mortelles, ont déjà été rapportées
dans des situations où la victime se déplaçait à la vitesse d'un piéton, mais NE PORTAIT PAS DE
CASQUE. La protection assurée par le casque dépend des conditions de l'accident, car le casque
ne peut pas toujours éviter un accident mortel ou une invalidité prolongée.
PORTEZ SYSTEMATIQUEMENT UN CASQUE A VELO OU POUR FAIRE DU SKATE ET SOYEZ PRU-
DENTS ! LE CASQUE NE PROTEGE QUE LA PARTIE DU CORPS QU'IL COUVRE !
Portez toujours votre casque dans une position correcte. Le casque ne peut pas protéger la nuque
ou une zone non couverte de la tête. Afin de garantir une protection optimale, le casque doit
être bien serré, la sangle doit toujours être attachée et réglée correctement conformément aux
instructions.
LES CASQUES NE DOIVENT PAS ETRE PORTES PAR DES ENFANTS POUR GRIMPER OU POUR
D'AUTRES TYPES DE JEUX, S'IL EXISTE UN RISQUE D'ETRANGLEMENT.
ATTENTION : Ce casque a été conçu spécialement pour servir de protection pour le cyclisme, le
skate, le ski et le snowboard, ainsi que pour l'alpinisme. Il ne doit pas être utilisé pour d'autres
types de sport ou pour faire de la moto.
Ce casque est fabriqué dans un matériau qui, à notre connaissance, dans un état de santé normal,
ne risque pas de provoquer des irritations de la peau ou d'autres problèmes de santé. Si vous
ressentez tout de même une gêne, arrêtez d'utiliser le casque !
Pour l'élimination de votre casque usagé, veuillez contacter votre service de collecte des déchets
local.
14
Gebruiksaanwijzing
Deze klimhelm voldoet aan de volgende normen:
DIN EN 1077, DIN EN 1078, DIN EN 12492
PSA Regulation 89/686/EWG (CE-marking)
Testplaats: TÜV Rheinland LGA Products GmbH,
Tillystraße 2, D-90431 Nürnberg; Code 0197
Hartelijk dank dat u gekozen hebt voor een helm van engelbert strauss. Veiligheidshelmen ma-
ken deel uit van de persoonlijke veiligheidsuitrusting en dragen ertoe bij, dat hoofdletsel wordt
voorkomen of in elk geval tot een absoluut minimum beperkt wordt. Neem de tijd om de volgen-
de instructies te lezen en uw helm in te stellen. Deze dient voor uw veiligheid en een optimaal
draagcomfort.
Beschermingsklassen conform EN 1077
Helmen van klasse A en klasse B zijn bedoeld voor alpine skiërs, snowboarders en vergelijkbare
groepen. Helmen uit klasse B kunnen meer ventilatie en een beter hoorvermogen bieden, maar bie-
den bescherming aan een kleiner deel van het hoofd en bieden een kleinere mate van bescherming
tegen doordringing. De beschermingsklasse vindt u op het etiket aan de binnenkant van de helm.
A: HELMAANPASSING
1. Keuze van de juiste helmgrootte
Een helm kan u alleen bescherming bieden, als deze goed past. Meet uw hoofdomvang. Zet uw
helm altijd zodanig op, dat de maatinstelling zich aan de achterkant bevindt. De helm moet vei-
lig en comfortabel aanvoelen. Om de pasvorm nog verder te verbeteren kunt u het ingebouwde
maatverstelsysteem gebruiken.
Indien de helm goed zit, is deze zo ontwikkeld dat hij bij een ongeval op het hoofd blijft zitten.
2. Aanpassen van het maatverstelsysteem
Een goede pasvorm is een voorwaarde voor een optimale bescherming. Aanpassing van de hoofd-
ring aan uw hoofdomvang vindt plaats aan de hand van de draaisluiting in uw nek. Door linksom
te draaien opent de hoofdring zich, door rechtsom te draaien sluit de hoofdring. Wanneer u recht-
som draait, sluit de hoofdring zich traploos (afb. 1). Verder kan de neksteun (afb. 2) in hoogte
worden versteld en kan de hoofdband (afb. 3) in de positie worden aangepast.
3. Draaghoogteverstelling
De binnenvoering kan in draaghoogte worden versteld. Hiervoor de pennen van het draagnet
verwijderen en in de gewenste hoogte terugplaatsen. De helm wordt in de gemiddelde draag-
hoogtepositie geleverd.
4. Kinband sluiten
Uw helm beschikt over een riemverstelsysteem. De sluiting in de verdeelring van de riemen
hangen. Kinband door aantrekken van het vrije uiteinde van de rechter verdeler spannen. Om
los te maken de verdeler iets omhoog bewegen. Om te openen de puller recht van het hoofd
wegtrekken (afb. 5).
5. Rieminstelling
Nadat u uw helm op uw hoofdmaat hebt ingesteld, plaatst u de helm in de juiste positie (afb. 4)
en sluit de kinband (afb. 5). De riemen moeten op de plaats waar ze in de riemverdeler uitkomen
worden gespannen en op één lengte direct onder uw oren aansluiten. Controleer de spanning van
de riemen en stel te losse of te strakke riemen als volgt bij: uw helm heeft comfort-fix-riemen
(riemen onder de oren zijn vastgenaaid met de verdeler); u hoeft geen zij-instelling uit te
6. Controleer pasvorm en riembevestiging
Controleer vóór gebruik van de helm of deze correct zit, de riemen correct zijn aangepast en de
kinband voldoende strak zit.
NL
voeren.
15