HANDLEIDING VOOR HET GEBRUIK - GLOSSARIUM
Systeem:
CobraTrak Guardian:
Driver Card:
GPS:
GSM:
CAN bus:
Identifi catievragen:
Jamming:
Login:
Noodcode:
Service Provider (NSP):
Meldkamer (SOC):
Systeem dat in uw voertuig geïnstalleerd is en dat met de Cobra server communiceert om het voertuig in
geval van diefstal terug te vinden.
De naam van de CobraTrak Service-familie.
Zender met radiofrequentie die met het systeem communiceert. Wanneer het systeem de aanwezigheid
van de kaart detecteert, wordt het systeem uitgeschakeld en kan het voertuig worden gebruikt.
Global Positioning System. Een netwerk van satellieten dat gebruikt wordt voor de detectie van de
geografi sche positie van het voertuig.
Global System for Mobile communications. Een standaard die in de hele wereld voor mobiele
telecommunicatiesystemen gebruikt wordt.
Controller area network. Het netwerk dat door de diverse elektronische besturingseenheden van de auto
gebruikt wordt voor onderlinge communicatie.
Deze vragen worden gebruikt om u te kunnen identifi ceren wanneer u contact met de Service Provider
(NSP) of met de meldkamer (SOC) opneemt. U komt de identifi catievragen met de installateur op het
moment van aankoop van het systeem overeen. U kunt hoe dan ook alle, of een deel van de vragen
veranderen nadat de service geactiveerd is.
Een door dieven gebruikte techniek om de radiofrequenties die door GSM en GPS gebruikt worden, te
blokkeren.
Het proces van invoering van de client ID en het password om toegang tot het webgedeelte van de
Personal Service met weboptie te verkrijgen.
De code die u in de afstandsbediening moet invoeren om het systeem uit te schakelen en om de Garage-
en Transportmodus te beheren.
De organisatie die uw service beheert. U kunt contact met de Provider opnemen via het nummer dat in uw
servicehandleiding staat.
De organisatie die in geval van diefstal het traject dat uw auto afl egt traceert en met de plaatselijke politie
communiceert. U kunt contact met de meldkamer opnemen via het nummer dat in uw servicehandleiding
staat.
20