Opsporen En Verhelpen Van Fouten; Foutmeldingen Op Het Display; Systeemfout; Fout Van Toebehoren - B.Braun Aesculap GA800 Manual De Instrucciones

9.

Opsporen en verhelpen van fouten

►
Laat defecte producten repareren door Aesculap Technische Service, zie
Paragraaf 10.
9.1

Foutmeldingen op het display

Storingen die door het bedieningssysteem worden herkend, worden als
foutmeldingen op het display weergegeven.
Er zijn drie soorten foutmeldingen:
■
Systeemfouten (tekst in het rode veld): Werken met het bedieningssy-
steem respectievelijk het systeem is niet mogelijk.
■
Toebehorenfout (tekst in het gele veld): Werken met een andere com-
ponent is wel mogelijk.
■
Bedieningsfout (tekst in het blauwe veld): Als de oorzaak is verholpen
kan met het systeem worden gewerkt.
9.1.1

Systeemfout

Aanduiding op het display
Systeemfout
Schakel het bedieningssysteem uit- en weer in.
Als de fout nogmaals optreedt, moet het bedie-
ningssysteem worden vervangen
9.1.2

Fout van toebehoren

Aanduiding op het display
Motor of motorkabel kan beschadigd zijn
Onjuiste werking van de voetbesturing
Indien deze melding vaker wordt weergegeven,
dient u een technische controle van de voetbedie-
ning te verrichten.
Kritieke fout in voetbediening
Onverwachte fout in het bereik van de voetbedie-
ning opgetreden. Als deze melding niet zelfstandig
verdwijnt, start u het apparaat opnieuw op.
Kritische fout in handbesturingsmodule
Onverwachte fout in het bereik van de handbedie-
ning opgetreden. Vervang de handbediening als dit
herhaaldelijk optreedt.
Niet toegestane combinatie van toebehoren
Bij bus 1/bus 2 is een niet toegestane combinatie
van motor- en kabelcoderingen vastgesteld.
Motor niet gedetecteerd
Het motortype kon niet worden herkend. Vervang
de motor. Als dit niet helpt, moet u ook de motor-
kabel vervangen.
Onbekend motortype
Controleer of de softwareversie van het apparaat
voor dit motortype geschikt is.
De motor is oververhit
De motor die nu in gebruik is, is oververhit.
Laat de motor afkoelen, of gebruik een andere
geschikte motor
Motor vergrendeld
Stop de motoractivering en zet de vergrendeling
uit
Indien de fout opnieuw optreedt moet het product
worden vervangen.
Opmerking
Veel storingen kunnen niet duidelijk worden toegekend. Ze kunnen zowel op
een bedieningsfout als op een toebehorenfout wijzen. In deze gevallen
wordt eerst van een bedieningsfout uitgegaan, om onnodig verwisse-
len/insturen van producten te vermijden.
Oorzaak
De interne bewaking van het bedieningssy-
steem detecteert een fout/storing.
Oorzaak
Motorkabel of gebruiksonderdeel defect
Voetbediening defect
Voetbediening defect
Onverwachte fout in het bereik van de hand-
bediening
Handbesturing defect
In de besturingseenheid is een niet toegestane
combinatie van toepassingsdeel en motorkabel
ingestoken
Verkeerd gebruiksonderdeel
Gebruiksonderdeel defect
Motorkabel defect
Softwareversie de besturingseenheid is niet
compatibel met het gebruikte toepassingsdeel
De motor van het gebruiksonderdeel is over-
verhit
Gebruiksonderdeel vergrendeld
Oplossing
Schakel het bedieningssysteem uit- en weer in.
Als de aanduiding nogmaals verschijnt: vervang
het bedieningssysteem.
Oplossing
Vervang de motorkabel of het gebruiksonderdeel
Vervang de voetbediening.
Vervang de voetbediening.
Apparaat opnieuw opstarten
Handbesturing vervangen.
Ingestoken producten controleren en indien nodig
door een toegestane combinatie van toepassings-
deel en motorkabel vervangen.
Vervang het gebruiksonderdeel.
Motorkabel vervangen.
Softwareversie de besturingseenheid controleren.
Evt. software van de besturingseenheid door tech-
nische dienst laten actualiseren.
Laat het gebruiksonderdeel afkoelen.
Indien het gebruiksonderdeel oververhit raakt: ver-
vang het gebruiksonderdeel.
Stop de activering van het gebruiksonderdeel en
hef de vergrendeling op.
Als de fout bij activering van het gebruiksonder-
deel in vrijloop optreedt: vervang het gebruikson-
derdeel.
nl
149