3.
Verwijder de zekeringhouder met een kleine schroevendraaier met platte kop.
4.
Trek de zekeringhouder naar buiten en controleer de zekering.
5.
Plaats de nieuwe zekering. Gebruik uitsluitend het volgende soort zekering: T5AH, 250 V.
6.
Plaats de zekeringhouder terug.
7.
Sluit het netsnoer opnieuw aan op de wandcontactdoos en schakel het systeem in (|) om te controleren of het nu goed werkt.
Kalibratiecontrole laadcel
De vloeistoftekortmeettest controleert de laadcel van de vloeistofzak, de laadcel van de afvalzak en de juiste meting van het gewicht om er zeker
van te zijn dat alles goed werkt. Voor deze test is een gewicht van 500 gram nodig.
1.
Schakel het systeem IN.
2.
Druk op de toets ( ) voor het instellingenscherm
3.
Hang een gewicht van 500 gram aan een van de vloeistofzakhaken
4.
Druk op de toets voor 'Load Cell Calibration Check' (Kalibratiecontrole laadcel)
5.
Het getal dat voor het 'Supply Weight' (Toevoergewicht) wordt weergegeven, moet 500 ± 25 g zijn
6.
Verwijder het gewicht van de vloeistofzakhaak en hang het gewicht van 500 gram aan een van de afvalzakhaken
7.
Het getal dat voor het 'Collection Weight' (Verzameld gewicht) wordt weergegeven, moet 500 ± 25 g zijn
8.
Verwijder het gewicht van de afvalzakhaak
9.
Selecteer 'Exit' (Afsluiten) om terug te keren naar het instellingenscherm.
Controle drukkalibratie
De drukmeettest controleert de juistheid van de druk om er zeker van te zijn dat alle elementen goed werken. Voor deze test is een In-FloPak,
een vloeistofzak van 3000 ml en een doek voor onder de billen of een emmer nodig. De vloeistofzak wordt aan de hanger voor de toevoerlaadcel
gehangen om aldus de hydrostatische druk te produceren die nodig is om de druksensor te testen.
1.
Schakel het systeem IN.
2.
Plaats de In-FloPak op de console.
3.
Druk op de toets ( ) voor het instellingenscherm
4.
Kies 'Pressure calibration check' (Controle drukkalibratie)
5.
Kies 'Lock' (Vergrendelen)
6.
Hang de vloeistofzak van 3000 ml aan een vloeistofzakhaak. Controleer of de zakklem dicht zit. (Als dit niet het geval is, zal er vloeistof uitlopen)
7.
Sluit beide instroomklemmen volledig
8.
Verwijder de dop van de zakspike en prik de zak aan met een instroomspike, maar laat de dop op de andere spike zitten.
9.
Plaats een emmer op de grond en plaats de luer-lock van het instroomkanaal van de hysteroscoop in de emmer.
10.
Open de klem op de volle zak
11.
Open de klem op de In-FloPak
12.
Open de klem op de luer-lock van het instroomkanaal van de hysteroscoop
13.
Druk op 'Start' om de slang te vullen met vloeistof. Zodra de slang is gevuld en er geen luchtbellen meer in de slang aanwezig zijn, druk dan
op 'Stop'.
14.
Neem de luer-lock uit de emmer en houd deze op gelijke hoogte met de punt van de vloeistofzakbeugel.
15.
Oefen stevige en gelijkmatige druk uit op de In-FloPak om ervoor te zorgen dat deze goed op zijn plaats zit.
16.
Het getal dat voor de drukmeting wordt weergegeven, moet 20 ± 5 in H20 zijn.
17.
Plaats de luer-lock terug in de emmer.
18.
Selecteer 'Exit' (Afsluiten) om terug te keren naar het instellingenscherm.
19.
Sluit de klem op de vloeistofzak.
20.
Haal de spike uit de vloeistofzak. Verwijder vervolgens de cassette uit de console zodat vloeistof in de emmer kan lopen.
Nederlands
Fluent-vloeistofmanagementsysteem
Hoofdstuk 8: Onderhoud
33