2.1 Checklist voor het opstarten
Om een voortdurende correcte werking te garanderen, dient u
de volgende controles of inspecties uit te voeren vóór of tijdens
het opstarten, zoals aangegeven, en met de intervallen die
worden aangegeven in het onderhoudsschema. Bovendien
moeten sommige controles worden geverifieerd na het starten
van de eenheid.
Luchtreiniger.
Controleer
luchtreinigingselement is geïnstalleerd om te voorkomen dat
er ongefilterde lucht in de machine terecht komt.
Luchtinlaten. Controleer of de luchtinlaten schoon en niet
geblokkeerd zijn.
Accu. Controleer of de accuaansluitingen strak vast zitten.
Raadpleeg de instructies van de fabrikant betreffende
onderhoud en verzorging van de accu.
Uitlaatsysteem. Controleer op lekkage en blokkering van de
uitlaat. Controleer de toestand van de demper.
D Controleer de onderdelen van het uitlaatsysteem op
scheuren, lekkage en corrosie. Controleer of de
aansluitingen van het uitlaatsysteem strak vast zitten.
D Controleer op corrosie en kapotte metalen onderdelen en
vervang deze indien nodig.
D Controleer of de uitgang van de uitlaat niet geblokkeerd is.
Oliepeil. Controleer het oliepeil voordat u de generatorset
start en met de intervallen die worden opgegeven in Sectie 5,
Gepland onderhoud. Houd het oliepeil op of in de buurt van,
maar niet boven de markering "full" op de peilstok.
Werkgebied. Controleer op obstructies die de stroom van de
koele lucht zouden kunnen tegenhouden. Houd het gebied
van de luchtinlaat schoon. Laat geen lappen, gereedschap of
afval achter op of in de buurt van de generatorset.
2.2 Proefdraaien van de
generatorset.
Laat de generatorset elke week gedurende 20 minuten
werken zonder belasting. Zie Sectie 2.4 voor meer informatie
over belast en onbelaste proefdraaistanden. Raadpleeg voor
instructies over het instellen van het proefdraaien:
D Sectie 3.6 voor de RDC2--controller
D Sectie 4.5 voor de DC2--controller
TP-6804-NL 1/15
of
een
schoon
Sectie 2 Werking generatorset
2.3 Werking generatorset
WAARSCHUWING
Gevaarlijke
spanning.
Kan ernstig letsel of de dood
veroorzaken.
Bedien de generatorset alleen als alle
beschermingen
behuizingen in orde zijn.
WAARSCHUWING
Koolmonoxide.
Kan
ernstige
flauwvallen
veroorzaken.
Het uitlaatsysteem moet lekvrij zijn en
routinematig worden gecontroleerd.
Werking generatorset. Koolmonoxide kan ernstige
misselijkheid, flauwvallen en de dood veroorzaken.
Koolmonoxide is een geurloos, kleurloos, smaakloos,
niet--irriterend gas dat al na korte tijd inhaleren de dood kan
veroorzaken. Vermijd het inademen van uitlaatgassen bij het
werken aan of dichtbij de generatorset. Gebruik de
generatorset nooit in een gebouw. Gebruik de generatorset
niet op plaatsen waar uitlaatgassen mogelijk bewoonde
gebouwen binnen kunnen dringen via ramen, ventilatoren of
andere openingen.
Bewegende
delen.
en
elektrische
misselijkheid,
of
de
dood
Sectie 2 Werking generatorset
23