STORING
Noodstop
Overbelasting ventilatormotor
Hoge uitlaattemperatuur luchteinde
Instelpunten controleren
Storing starten op afstand
Storing stoppen op afstand
Sensorstoring
Compressor wordt uitgeschakeld,
wat wijst op een hoge
compressortemperatuur.
Microcontroller heeft de compressor
uitgeschakeld
Ongeldige kalibratie
Lage pompdruk
Motorrotatie controleren
VSD-communicatiestoring
VSD-initialisatiestoring
Afscheiderelement vervangen en/of
hoge carterdruk
80447196 Rev C
Tabel 5: Storingen in besturing (aangegeven op de bestuuring)
OORZAAK
Noodstopknop is ingedrukt.
Ventilator is geblokkeerd of de
ventilatormotor is defect.
Compressor werkt boven de nominale
druk
Laag koelmiddelpeil
Hoge omgevingstemperatuur
Onvoldoende koellucht
Koelmiddelkoeler vuil of geblokkeerd
(koelluchtzijde)
Richting of rotatie ventilatormotor
onjuist
Controllersoftware is gewijzigd
Afstandsstartknop werd ingedrukt
toen de machine al liep of de
afstandsstartknop blijft gesloten.
Afstandsstopknop blijft open en een van
de startknoppen is ingedrukt
Sensor ontbreekt of is defect
Er is onvoldoende koeling
Er is een storing opgetreden
Kalibratie is uitgevoerd terwijl er druk in
de compressor aanwezig was.
Systeemlekkage
Keerklep voor de minimumdruk defect
Afblaasklep defect
Verlies van regelstroom
Storing aandrijfsysteem
Communicatiebedrading defect
Aandrijving defect
Microcontroller defect
Communicatiebedrading defect
Aandrijving defect
Microcontroller defect
Onjuiste meting van druktransducer
Filter van condensafvoer vochtafscheider
defect
Afscheiderelement vuil of geblokkeerd
OPLOSSING
Oorzaak achterhalen, defect repareren, knop vrijgeven en
microcontroller resetten
Blokkering verwijderen, beschadigde onderdelen repareren of
vervangen
Instellingen controleren en indien nodig aanpassen. Bekijk
de systeemvereisten en neem contact op met uw plaatselijke
vertegenwoordiger van Ingersoll Rand
Nakijken op lekkages. Zie ook ´Afvoerlucht is verontreinigd met
koelmiddel´. Koelmiddel bijvullen.
Installatie- en systeemparameters controleren
Kanaal en traject koellucht controleren.
Reinigen of vervangen
Bedrading corrigeren
Alle sensoren opnieuw kalibreren en instelpunten controleren
Werking van knoppen of bedieningsprocedures controleren
Werking van knoppen of bedieningsprocedures controleren
Defecte sensor installeren, repareren of vervangen
Als de machine wordt gekoeld met water of zeewater, controleren
of het koelwater stroomt. Controleren of er zich geen lucht in het
waterkoelsysteem bevindt. Controleren of de zuigkorf niet geblokkeerd
is.
Storing herstellen / microcontroller resetten
Druk laten ontsnappen en opnieuw kalibreren terwijl de drukleiding
naar de sensor losgekoppeld is. Als de storing blijft aanhouden, de
drukomvormer vervangen.
Lokaliseren en herstellen
Repareren met de onderhoudsset
Repareren met de onderhoudsset
110V stroomonderbreker controleren
Bedrading controleren
Contactgever KM1 controleren
Neem contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger van
Ingersoll Rand
Controleren en indien nodig vervangen
Neem contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger van
Ingersoll Rand
Neem contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger van
Ingersoll Rand
Controleren en indien nodig vervangen
Neem contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger van
Ingersoll Rand
Neem contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger van
Ingersoll Rand
Kalibreer en controleer het natte carter en de
pakketontladingstransducers
Controleer of het condensafvoersysteem juist functioneert en of
condens wordt afgevoerd. Zie tabel 3: Probleemoplossingstabel
Vervang het afscheiderelement
NL
NL-13