Bediening
5.4.4 Externe ingang/uitgang instellen
Met de functie "External Input/Output" (Externe ingang/uitgang instellen) van het centraal station kunnen 4 ingangen en 2 uitgangen
worden bestuurd.
Selecteer de optie "External Input/Output Setting" (Externe ingang/uitgang instellen) in het scherm "Optional Function Setting"
(Optionele functies instellen) om naar het instellingsmenu te gaan.
Ingang en uitgang
Ingang 1
Ingang 2
Ingang 3
Ingang 4
Uitgang 1
Uitgang 2
5.4.4.1 Functies van externe ingang
1 Alle starten/stoppen (niveau)
Regelt het starten/stoppen van alle groepen tegelijkertijd met behulp van het externe-ingangssignaal.
2 Alle starten (puls)
Regelt het starten van alle groepen tegelijkertijd met behulp van het externe-ingangssignaal.
3 Alle stoppen (puls)
Regelt het stoppen van alle groepen tegelijkertijd met behulp van het externe-ingangssignaal.
4 Noodstop (niveau)
Alle groepen worden tegelijkertijd uitgeschakeld met behulp van het externe-ingangssignaal.
Wanneer "Noodstop" wordt uitgevoerd, verschijnt in het LCD-scherm op de afstandsbediening het bericht "Central Control" en
kan de afstandsbediening niet worden gebruikt.
Als andere centrale stations worden gebruikt, kan - zelfs tijdens een noodstop - het commando "Starten/stoppen" worden
gegeven vanuit de andere centrale stations.
5 Vraagregelingsfunctie
Met het externe signaal van de vraagbesturing kan het stroomverbruik tijdens piekuren worden gereduceerd. Het externe
vraagsignaal kan alleen worden ingevoerd via ingang 1. De bedrijfsmodus van de geselecteerde groep wordt als volgt door het
vraagsignaal gewijzigd.
Stoppen (*2)
Schakeling
bedrijfsmodus (*2) (*4)
Vermogensregeling unit
Controleer het vermogen van de buitenunit in de ingestelde waarde.
(*5) (*6) (*7)
(*1): Stel de opties "OFF" of "Run Mode Shift" (Startmodus schakelen) niet in wanneer tegelijkertijd andere centrale stations worden gebruikt. Stel bij
het instellen van de capaciteitsregeling van de buitenunit één van de centrale stations in maar niet de andere.
(*2): Kan alleen worden ingesteld voor de optie "Stoppen" of "Startmodus schakelen". Het is niet mogelijk meerdere contactpunten in te stellen.
(*3): Wanneer de bedrijfsmodus "AUTO" is ingesteld of wanneer de optie "Fixing Operation Mode" (Bedrijfsmodus vastleggen) is geactiveerd in
"Optional Function Setting" (Optionele functies instellen).
(*4): De werking stopt, zelfs wanneer het systeem in automatische modus staat of als de bedrijfsmodus is vergrendeld in optionele functies.
(*5): De capaciteitsregeling van de buitenunit kan voor meerdere contactpunten worden ingesteld. Wanneer in meerdere contactpunten een
inkomend signaal is, wordt de prioriteit van de uitvoering bepaalt op basis van het ingangsnummer (Ingang 1 > Ingang 2 > Ingang 3 > Ingang 4).
(*6): Er zijn situaties waarbij de buitenunit bepaalde instellingen niet ondersteunt of waarbij de beschikbare instellingen afwijken afhankelijk van de
capaciteit van de buitenunit. Neem contact op met uw HITACHI-distributeur of -klantenservice voor meer informatie.
(*7): Het is mogelijk het systeem te bedienen via een programma zonder de vraagbesturing te gebruiken.
670
PMML0332A rev.0 - 05/2015
Aansluiting
Alle starten/stoppen (niveau)
CN1 pennen 1-2
Noodstop (niveau)
CN1 pennen 2-3
Alle starten (puls)
CN2 pennen 1-2
Vraag (schakelen tussen starten/stoppen modus / capaciteitsregeling van de buitenunit)
Alle stoppen (puls)
CN2 pennen 2-3
Geen instelling (fabrieksinstelling)
Alle starten
CN3 pennen 1-2
Geen instelling (fabrieksinstelling)
CN3 pennen 1-3
Alle alarm
Vraagsignaal AAN
Werking binnenunit gestopt en afstandsbediening gesperd
KOELEN of ONTVOCHTIGEN naar VENTILATOR
(afstandsbediening vergrendeld)
VERWARMEN naar STOPPEN
(afstandsbediening vergrendeld)
(Ingestelde waarde: 100/90/80/70/60/50/40/0%)
Functie
Vraagsignaal UIT
De bedrijfsmodus schakelt terug naar de vorige
stand. (*3)
Annuleer de vermogenregeling.