Veiligheidscontroles Uitvoeren - Eaton xChargeIn Serie Manual De Instalación

xChargeIn
1) zet DIP-switch DSW2.8 op ON (zie
2) Voer een herstart van het laadstation uit door op de "Serviceknop" te
De inbedrijfstellingsmodus is geactiveerd zodra de led-balk oranje brandt. Er
is ca. 10 minuten de mogelijkheid om de vereiste tests en controles uit te
voeren. Hierna wordt het relais geactiveerd en schakelt het laadstation over
op storing. Dit wordt op de led-balk (wit/rood/rood/rood) weergegeven. Door
een herstart via de "Serviceknop" kan de inbedrijfstellingsmodus opnieuw
worden geactiveerd.
Informatie
De energie in de inbedrijfstellingsmodus wordt bij de weergave van de tota-
le energie in aanmerking genomen. Tijdens de inbedrijfstellingsmodus vindt
de weergave plaats in "Watt-uur" (Wh).
Inbedrijfstellingsmodus deactiveren
Om het laadstation correct te kunnen gebruiken, moet de inbedrijfstellings-
modus weer worden gedeactiveerd. Ga hiervoor als volgt te werk:
1) zet DIP-switch DSW2.8 op OFF (zie
2) Voer een herstart van het laadstation uit door op de "Serviceknop" te
Het laadstation schakelt weer over op de normale bedrijfstoestand en is ge-
bruiksklaar.
9.2

Veiligheidscontroles uitvoeren

Controleer vóór de eerste inbedrijfstelling of de veiligheidsmaatregel(en) van
de installatie conform de nationaal geldende voorschriften werken.
Elektrische installaties of apparaten moeten vóór de eerste inbedrijfstelling
worden gecontroleerd door de installateur van de installatie of het apparaat.
Dit geldt ook voor de uitbreiding of wijziging van bestaande installaties of
elektrische apparaten. Er wordt nadrukkelijk op gewezen dat alle bepalingen
voor de veiligheidsmaatregelen moeten worden nageleefd.
Hierbij moet onder andere op de onderstaande punten worden gelet:
●
●
●
Installatiehandboek V1.05
© EATON
drukken tot er een signaal klinkt (ca. 1 seconde).
drukken tot er een signaal klinkt (ca. 1 seconde).
De controles (of de verbindingen van de aarddraad doorlopen; isolatie-
weerstand, RCD (aardlekschakelaar) uitschakelstroom, uitschakeltijd, ...)
moeten worden uitgevoerd.
De gebruikte meetapparatuur moet voldoen aan de nationale voorschrif-
ten!
De meetresultaten moeten worden gedocumenteerd. Van de controle
moet een controlerapport worden opgesteld en bewaard.
8.1 DIP-switchinstellingen).
8.1 DIP-switchinstellingen).
Inbedrijfstelling
617