Opslag En Transport; Technische Specificaties - 3M Versaflo BT-60 Serie Manual Del Usuario

Ocultar thumbs Ver también para Versaflo BT-60 Serie:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 16
optimaal zicht en de beste pasvorm.
5. Trek de bovenste riemen eerst aan (Afb. 11) laat vervolgens de
nekriemen zakken door aan de uiteinden te trekken. Trek NIET te strak.
(De spanning kan worden verlaagd door op de achterkant van de gespen
te drukken.)
Opzetten - Volgelaatsmasker
1. Maak alle hoofdriemen volledig los.
2. Til de Y-vorm van de BT-60 ademslang en het volgelaatsmasker over
het hoofd zodanig dat de Y-vorm op de schouders rust en de
gelaatsafdichting van het volgelaatsmasker zich voor u bevindt.
3. Houd de voorzijde van het volgelaatsmasker met één hand vast en de
riemen weg met de andere hand, waardoor een opening voor het hoofd
ontstaat.
4. Trek het volgelaatsmasker naar beneden over het hoofd met de
hoofdriemen achter het hoofd.
5. Plaats de neus en de kin in de neus- en kincup en druk het
volgelaatsmasker stevig en gelijkmatig tegen het gezicht (Afb.12).
6. Maak de onderriemen een voor een vast. Zorg ervoor dat beide zijden
even strak zitten (Afb.13).
7. Maak de overige riemen een voor een vast. Zorg ervoor dat beide
zijden even strak zitten (Afb.14).
Opmerking: Misschien vindt u het makkelijker om de ademslang over het
hoofd te tillen, zodat deze aan de voorkant van het lichaam rust,
waardoor de onderste riemen gemakkelijker kunnen worden
aangetrokken. (Afb.15). Na het vastmaken van de riemen tilt u de
ademslang over het hoofd zodat deze op de rug rust (Afb.16).
AFDICHTINGSTEST
Positieve afdichtingstest
1. Plaats de handpalm op het uitademventiel en adem zachtjes uit. Als
het vol-/halfgelaatsmasker licht opbolt en er geen luchtlekken tussen het
gelaat en het gezichtsstuk worden gedetecteerd, is de pasvorm goed.
(Zie Afb. 17a, 17b of 17c afhankelijk van het masker).
2. Wijzig de positie van het masker op het gezicht en/of pas de spanning
van de riemen aan bij het detecteren van een luchtlek om het lekken te
stoppen. Herhaal stap 1.
Negatieve afdichtingstest
1. Sluit het motorunit uiteinde van de ademslang volledig af met de palm
van uw hand (Afb.18).
2. Adem rustig in en houdt uw adem 5 tot10 seconden vast. Als het
masker lichtjes inklapt is de pasvorm goed.
3. Wijzig de positie van het masker op het gezicht en/of pas de spanning
van de riemen aan bij het detecteren van een luchtlek om het lekken te
stoppen. Herhaal stappen 1-2.
^ Als u geen goede afdichting krijgt, mag u de verontreinigde
ruimte NIET betreden.
Bij gebruikers dient een gelaatsafdichtingstest te worden uitgevoerd
conform de nationale vereisten.
Neem contact op met 3M voor meer informatie over
gelaatsafdichtingstesten.
Aansluiten en aantrekken van de motorunit
1. Steek het ondereinde van de ademslang in de uitlaat van de motorunit
en draai aan het uiteinde van de ademslang om te controleren of deze
stevig vastzit.
2. Zet de motorunit aan door de knop 1 seconde in te drukken. Zie de
TR-602E/TR-802E motorunit gebruikersinstructies om u ervan te
verzekeren dat de motorunit correct functioneert. Opmerking: Om de
tight-fitting modus te activeren moet de BT-60 serie ademslang eerst
worden aangesloten op de TR-602E/TR-802E motorunit voordat deze
wordt ingeschakeld. Als de motorunit wordt ingeschakeld voordat de
BT-60 serie ademslang wordt aangesloten, functioneert de motorunit in
loose-fitting modus. Om de tight-fitting modus te activeren moet de
motorunit eerst worden uitgeschakeld en opnieuw worden gestart met de
aangesloten BT-60 serie ademslang. De tight-fitting modus wordt op de
motorunit aangegeven door het verlichte masker-icoon. (zie afb. 2).
Zodra de motorunit in de tight-fitting modus staat, blijft deze in de
tight-fitting modus, zelfs als de ademslang wordt verwijderd, zolang de
motorunit niet wordt uitgeschakeld, In de tight-fitting modus werkt de
motorunit met lagere vooraf ingestelde snelheden die zijn ontworpen om
comfortabeler te zijn voor de drager van het vol-/halfgelaatsmasker.
3. Maak de riem met de motorunit comfortabel rondom uw middel vast
en zorg ervoor dat de ademslang niet gedraaid is.
IN GEBRUIK
Gebruik in de uit-stand is niet normaal. Er wordt echter verminderde
bescherming gegeven om een veilige uitgang van het verontreinigde
gebied toe te staan.
Voorkom dat de ademslang blijft steken achter uitstekende objecten.
Raadpleeg de TR-602E/TR-802E motorunit gebruikersinstructies voor
meer informatie.
REINIGINGSINSTRUCTIES
Volg de reinigingsinstructies uit de gebruikersinstructies van het masker
dat gebruikt wordt met de TR-602E/TR-802E motorunit.
De ademslang kan worden schoongemaakt met een schone vochtige
doek met een milde oplossing van water en vloeibare huishoudzeep.
Gebruik geen benzine, gechloreerde ontvetters (zoals trichloorethyleen),
organische oplosmiddelen en reinigingsproducten met schuurmiddel om
systeemonderdelen te reinigen.
De ademslang mag ook ondergedompeld worden in water.

OPSLAG EN TRANSPORT

Raadpleeg de gebruikersinstructies van het gebruikte
vol-/halfgelaatsmasker en van de TR-602E/TR-802E motorunit

TECHNISCHE SPECIFICATIES

(Behalve indien anders vermeld in het referentieblad)
Ademhalingsbescherming
EN 12942:1998+A2:2008
Nominale Protectiefactor = 200
EN12492 TM2 met 3M™ halfgelaatsmasker verbonden met 3M™
Versaflo™ TR-602E/TR-802E Motorunit
Nominale Protectiefactor = 2000
EN12942 TM3 met 3M™ volgelaatsmasker verbonden met 3M™
Versaflo™ TR-602E/TR-802E Motorunit
* Nominale protectiefactor (NPF): een getal dat is afgeleid van het
maximale percentage van totale inwaartse lekkage dat is toegestaan
volgens relevante Europese normen voor een bepaalde klasse
ademhalingsbeschermingsmiddelen.
Veel landen passen Toegewezen Beschermingsfactoren (APF's) toe.
Bijvoorbeeld:
Duitsland APFs: 100 (EN12942 TM2 systeem) and 500 (EN12942 TM3
systeem)
VK APFs: 20 (EN12942 TM2 systeem) and 40 (EN12942 TM3 systeem)
Werkgevers mogen een lagere waarde dan de NPF/APF toepassen
indien dit van toepassing is.
Raadpleeg EN 529: 2005 en nationale richtlijnen voor
werkplekbescherming voor het gebruik van deze waarden op de
werkplek. Neem contact op met 3M voor meer informatie.
Luchtstroomeigenschappen van de uitlaat
Minimale luchtstroom volgens de fabrikant (MMDF) 115 l/min
Standaard luchtstroominstelling – Nominaal 135 l/min
Middelmatige luchtstroominstelling – Nominaal 150 l/min
Hoge luchtstroominstelling – Nominaal 170 l/min
Minimale batterijduur (uur)*
Standaard
luchtstroom
Geschatte levensduur van het systeem is gebaseerd op testen met een
nieuwe batterij en een nieuw, schoon filter bij 20°C. De levensduur van
het systeem kan worden verlengd of ingekort afhankelijk van de
systeemconfiguratie en de omgeving.
KEURINGEN
Deze producten zijn goedgekeurd en worden jaarlijks gecontroleerd
door: BSI Group, Nederland B.V. Say Building, John M. Keynesplein 9,
1066 EP Amsterdam, Nederland, Keuringsinstantienummer 2797. en/of
BSI Assurance UK Ltd, Kitemark Court, Davy Avenue, Knowlhill, Milton
Keynes MK5 8PP, UK, Keuringsinstantienummer 0086.
Deze producten voldoen aan de vereisten van de Europese verordening
(EU) 2016/425 en toepasselijke lokale wetgeving. De specifieke
Europese/lokale wetgeving, en keuringsinstantie kunnen worden bepaald
door inzage in het certificaat en de conformiteitsverklaring beschikbaar
op de volgende website: www.3m.com/Respiratory/certs.
18
Medium
Hoge
luchtstroom
luchtstroom

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido