nEDErlAnDs
176
1
Bestrooi het werkoppervlak met een beetje bloem.
2
Verwijder de broodpan uit het apparaat en haal het deeg uit de broodpan.
3
Rol het deeg tot een bal en verdeel deze bal met een mes in vier delen (fig. 1).
Opmerking: Zorg dat de delen hetzelfde wegen.
Tip: Als u de stokbroden lichter en luchtiger wilt maken, laat de deegballen dan vijf minuten rusten
voordat u ze verwerkt.
4
Druk elke deegbal met de palm van uw hand plat op het met bloem bestoven werkoppervlak
of plet deze door er zacht overeen te rollen met een deegroller (fig. 2).
5
Pak de lange zijde van de deeglap en vouw deze naar binnen. Pak vervolgens de andere lange
zijde van de lap en vouw deze naar binnen, op de naar binnen gevouwen zijde (fig. 3).
6
Creëer een lange holte door over de hele lengte met uw vingers in het midden van het
gevouwen deeg te duwen (fig. 4).
7
Sluit de holte door de voorste helft van het deeg omhoog en vervolgens over de holte te
trekken. Plaats deze helft op de andere helft van het deeg en sluit de naad (fig. 5).
8
Plaats het deeg op het werkoppervlak met de naad omlaag en rol het deeg heen en weer met
uw handen. Begin in het midden en beweeg uw handen naar buiten langs het deeg, terwijl u
het blijft rollen om de gewenste lengte te krijgen. (fig. 6)
9
Rol het deeg met uw handen zonder te hard te drukken om een regelmatige vorm te
verkrijgen. Het deeg moet een gelijkmatige dikte en breedte blijven houden.
Opmerking: Het deeg moet dezelfde lengte hebben als de bakschaal (circa 18 cm).
Tip: Om de smaak van de stokbroden te variëren, kunt u ingrediënten zoals sesam- of maandzaad
gebruiken in deze fase.
10
Bevestig de lange scheiders in de twee bakschalen en plaats de deegvormen in elk deel van
de bakschalen (fig. 7).
11
Voor de beste resultaten maakt u met de meegeleverde snijder of een gekarteld mes
diagonale sneden van ongeveer 1 cm in de bovenkant van het gevormde deeg (fig. 8).
Opmerking: Zorg ervoor dat de sneden niet dieper zijn dan 1 cm en dat ze 2 cm van elkaar verwijderd
zijn (fig. 9).
12
Gebruik de borstel om de bovenkant van de deegvormen met water te bevochtigen (fig. 10).
Opmerking: Zorg dat er geen water achterblijft in de bakschaal.
13
Plaats het bakrek met de bakschalen in de broodbakmachine.
14
Druk op de start-/stop-/annuleerknop om de bakcyclus te starten.
15
Haal de stekker uit het stopcontact aan het einde van de bakcyclus.
16
Til het bakrek uit het apparaat (fig. 11).
Wees voorzichtig want het bakrek, de bakschalen en de broden zijn heet.
17
Haal de stokbroden van de bakschalen af en laat ze afkoelen op een afkoelrooster (fig. 12).
vloerbrood
Een vloerbrood is een cilindervormig brood, maar plat aan de onderkant met een aantal diagonale
inkepingen in de bovenkant.
1
Gebruik de ingrediënten en volg stap 1 t/m 3 onder 'Stokbroden' hierboven.