Vóór Gebruik - Würth MIG 180-5S Traducción Del Manual De Instrucciones De Servicio Original

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 66
OPMERKING:
Draai het ventiel van de fles langzaam open
door deze tegen de klok in te draaien totdat de
flesdrukmeter een druktoename waarneemt op de
eerste meter van de regelaar. Draai de verstelknop
met de klok mee (naar rechts) om de gasstroom
langzaam te verhogen maar 570 l/min. Wilt u de
gasstroom verlagen, draai de verstelknop dan tegen
de klok in (naar links). Het gasinlaatventiel bevindt
zich op het achterpaneel van het lasapparaat en
wordt geactiveerd door de trekker op de brander. Bij
het indrukken van de trekker zou u gas moeten kunnen
horen stromen. Is er geen gasstroom, dan vormt er
zich een onregelmatige vlamboog met veel spatten en
zal het moeilijk zijn om een zuivere lasnaad te maken.
Voorkom onnodig gasverlies door de flesklep te
sluiten wanneer u klaar bent met lassen.
6.3 Gaskeuze
Bij verschillende materialen zijn er verschillende
beschermgassen vereist voor MIG-lassen;
raadpleeg het instellingendiagram binnen het
draadaanvoercompartiment.
Zacht staal: Gebruik 75% argon en 25% CO
voor minder spatten en minder doordringing bij
dunnere materialen. Gebruik op staal GEEN
argonconcentraties van meer dan 75%. Dit zou
resulteren in slechte doordringing en een poreuze,
broze lasnaad.
Zacht staal: gebruik 100% CO
doordringing, maar meer spatten.
Roestvast staal: gebruik een gasmengsel van
helium, argon en CO
.
2
Aluminium of brons: gebruik 100% argon.
Vóór gebruik
WAARSCHUWING!
Hoogspanningsgevaar door stroombron.
Neem contact op met een bevoegd elektricien voor het
installeren van de vereiste contactdoos. Dit lasapparaat
moet tijdens gebruik geaard zijn om de gebruiker
te beschermen tegen elektrische schokken. Weet u
niet zeker of een contactdoos correct geaard is, laat
deze dan controleren door een bevoegd elektricien.
Verwijder de aardlip niet en pas de stekker op geen
enkele manier aan. Gebruik geen adapters tussen het
stroomsnoer van het lasapparaat en de contactdoos.
Zorg ervoor dat de aan/uit-schakelaar zich in de
positie OFF (UIT) bevindt wanneer u het stroomsnoer
van uw lasapparaat aansluit op een correct geaarde
eenfasige wisselstroomcontactdoos van 220/230 V,
50/60 Hz en 20 A.
100
HET MIG-LASSEN
1. Hoofdbesturing
Stroomschakelaar – De stroomschakelaar levert
elektrische stroom aan het lasapparaat. Wanneer
de aan/uit-schakelaar zich in de positie ON (aan)
bevindt, is het lascircuit geactiveerd. Schakel de aan/
uit-schakelaar ALTIJD naar de positie OFF (uit) en trek
de stekker uit de contactdoos voordat u onderhoud
uitvoert.
Spanningskeuzeknop – De
spanningskeuzeknop regelt de laswarmte. Dit
apparaat heeft een oneindige spanningsregeling.
Raadpleeg het etiket binnen de zijdeur van het
lasapparaat voor de aanbevolen instellingen van de
spanningskeuzeknop voor uw lastaak.
Draadsnelheidregeling – Met
de draadsnelheidregeling stelt u de snelheid
in waarmee de draad uit de lasbrander wordt
gevoerd. De draadsnelheid moet nauwkeurig
worden afgestemd op de snelheid waarmee
deze afsmelt. Het type en de diameter van de
gebruikte draad, de geselecteerde warmte-
instelling en de laspositie zijn enkele factoren die
2
de draadsnelheidsinstelling beïnvloeden.
Opmerking: heeft er zich nog geen vlamboog
gevormd, dan wordt de draad sneller aangevoerd.
Bij het aanstrijken van de vlamboog vertraagt de
draadsnelheid.
voor diepere
2
2. De brander vasthouden
U kunt de lasbrander het beste vasthouden op een
manier die voor u comfortabel aanvoelt. Houd
de lasbrander bij het oefenen met uw nieuwe
lasapparaat in verschillende houdingen vast om
erachter te komen welke houding voor u het beste
werkt.
3. De lasbrander op het werkstuk
positioneren
Bij het lassen moet er worden gelet op twee hoeken
tussen het brandermondstuk en het werkstuk.
3.1. Hoek A kan verschillen, maar de optimale
hoek zal in de meeste gevallen 60 graden zijn,
waarbij het handvat van de brander parallel aan het
werkstuk wordt gehouden. Wordt hoek A groter, dan
neemt de doordringing toe. Wordt hoek A kleiner,
dan neemt de doordringing af.
(zie afb. F (a) op pagina 8)
3.2. Hoek B kan om twee redenen verschillen:
om de vlamboog in verhouding tot de laspoel te
kunnen zien en de kracht van de vlamboog te
kunnen sturen.
(zie afb. F (b) op pagina 8)

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

5952 350 180

Tabla de contenido