| GEBRUIKSAANWIJZING
Aanbevolen drukniveaus voor proGAV 2.0
XABO vindt u op:
https://www.miethke.com/downloads/
Dit is een niet-bindende aanbeveling voor de
behandelende arts. Elke arts beslist zelfstandig,
onafhankelijk en individueel over elk geval, over-
eenkomstig zijn diagnose.
De instelbare differentiaaldrukeenheid van de
proGAV 2.0 XABO is bij levering ingesteld op
een openingsdruk van 5 cmH O.
De geselecteerde openingsdruk kan voor de
implantatie op een andere druk worden inge-
steld.
De
openingsdruk
lichaamspositie door de differentiaaldrukeen-
heid bepaald.
Afhankelijk van het ziektebeeld, de indicatie en
de leeftijd van de patiënt kan de openingsdruk
voor deze lichaamspositie tussen de drukni-
veaus 0 tot 20 cmH O worden ingesteld.
De openingsdruk van de proGAV 2.0 XABO
voor de verticale lichaamspositie wordt bere-
kend als de som van de openingsdruk van de
differentiaaldrukeenheid en die van de gravita-
tie-eenheid.
Bij het selecteren van het drukniveau voor
de gravitatie-eenheid moet rekening worden
gehouden met de lichaamsgrootte, de activiteit
en een mogelijk verhoogde druk in de buikholte
(adipositas) van de patiënt.
Het ingestelde drukniveau van de differentiaal-
drukeenheid moet altijd met het proGAV 2.0
114
proGAV 2.0 XABO
is
in
de
horizontale
proGAV 2.0
Compass of het M.blue plus Compass worden
gecontroleerd maar kan ook met een röntgen-
foto worden gecontroleerd (Afb. 5).
Afb. 5: Röntgenfoto (instelbare differentiaaldrukeenheid
proGAV 2.0, ingesteld op 14 cmH O)
Daarbij is de positie van de rotor doorslagge-
vend. De vier magneten in de rotor zijn op de
röntgenfoto als witte punten te herkennen en
liggen in paren tegenover elkaar. Aan de ene
kant van de rotor dienen twee extra boorgaten
– rechts en links naast beide magneten – ter
oriëntering. Op de röntgenfoto zijn ze als zwarte
punten herkenbaar. Deze kant kan als de ach-
terkant van de rotor worden beschouwd. Daar-
tegenover liggen beide voorste magneten.
Afb. 6: Schematische weergave van de rotor op de
röntgenfoto
1. Inlaatmarkeringen 2. Ventielmarkering
3. Driehoek 4. Niet instelbaar bereik
5. Proximaal 6. Distaal
De ruimte tussen deze beide magneten kan als
de tip van een driehoek worden beschouwd.
Aan de hand van de richting van deze tussen-
ruimte kan het drukniveau worden afgelezen
proGAV
®
2.0 XABO
®