Regeneratieproces Op Voertuigen Met Diesel-Roetfilter (Dpf) - Kärcher MC 130 Manual Del Usuario

Ocultar thumbs Ver también para MC 130:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 280
VOORZICHTIG
Gevaar voor letsel
Schakel voor het legen van de vuilcontainer de zuigventilator uit.
VOORZICHTIG
Gevaar voor letsel
Stel zeker dat zich tijdens het legen geen personen en dieren bin-
nen het draaibereik van de vuilcontainer ophouden.
VOORZICHTIG
Gevaar voor beknelling
Pak de stangen van het legingsmechanisme niet vast.
1. Voertuig stoppen.
2. Parkeerrem bedienen.
3. De rijrichtinghendel in neutrale stand zetten (middelste stand).
4. Omschakelhendel in de stand "vuilcontainer" brengen.
5. PTO inschakelen.
6. Linker zijbezem heffen en uitschakelen; daarvoor de linker
joystick naar rechts en dan terug drukken.
7. Rechter zijbezem heffen en uitschakelen; daarvoor de rechter
joystick naar links en dan terug drukken.
8. Waterpomp uitschakelen.
9. 20 seconden wachten.
10.Zuigventilator uitschakelen.
11.Tuimelschakelaar bedienen.
12.Vuilcontainer leegmaken.
Aanwijzing
Hef de vuilcontainer steeds helemaal tot in eindstand.
Regeneratieproces op voertuigen met diesel-roetfilter
Het diesel-roetfilter houdt het fijnstof zolang vast totdat het fijnstof
bij zeer hoge temperaturen kan worden verbrand.
Het regeneratieproces loopt of automatisch tijdens het werk of tij-
dens de rit, of kan indien nodig handmatig worden gestart.
Hoe hoger onder het rijden de toerentallen zijn, des te groter is
de belasting en des te minder moet een handmatige regeneratie
worden uitgevoerd.
Automatische regeneratie
In deze modus neemt de motorregeleenheid de regeneratie zelf-
standig over. Wanneer het regeneratieproces wordt uitgevoerd,
wordt dit met een symbool in het bovenste gedeelte van het dis-
play aangegeven. De omschakeling tussen automatische en
handmatige regeneratie gebeurt in het servicemenu via de ge-
reedschapssleutel.
Handmatige regeneratie
Bij de handmatige regeneratie bepaalt de bestuurder wanneer
het dieseldeeltjesfilter (DPF) het regeneratieproces uitvoert. Er
zijn 5 niveaus.
Handmatige regeneratie - niveau 1
Niveau 1 wordt geactiveerd wanneer het DPF de maximale hoe-
veelheid fijn stof heeft verzameld. Er wordt een overeenkomstige
waarschuwing uitgegeven. Heeft de bestuurder de automatische
regeneratie geactiveerd, dan begint deze.
In het bovenste gedeelte van het display wordt een symbool
weergegeven.
Handmatige regeneratie - niveau 2
Wanneer de automatische regeneratie niet is uitgevoerd of de
motorregeleenheid deze niet kan uitvoeren, verschijnt in het bo-
venste gedeelte van het display een knipperend symbool.
Het is mogelijk de automatische regeneratie of de "geparkeerde
regeneratie" te activeren.
Handmatige regeneratie - niveau 3
Via een waarschuwing met een symbool in het bovenste gedeel-
te wordt de bestuurder gevraagd de regeneratie onmiddellijk te
starten. De automatische regeneratie is geblokkeerd, alleen de
"geparkeerde regeneratie" is toegestaan.
Het voertuig kan alleen nog met beperkt toerental worden voort-
bewogen.
248
(DPF)
Handmatige regeneratie - niveau 4
De regeneratie kan alleen nog door een servicekracht worden
uitgevoerd. De automatische regeneratie en de "geparkeerde re-
generatie" zijn geblokkeerd. Het voertuig kan alleen met beperkt
toerental worden voortbewogen.
Een waarschuwing met een symbool is zichtbaar op het display.
Handmatige regeneratie - niveau 5
Een regeneratie is niet meer mogelijk. Een overeenkomstige
waarschuwing moet duidelijk worden weergegeven. "Geparkeer-
de regeneratie" en automatische regeneratie zijn gedeactiveerd.
Het voertuig kan alleen met beperkt toerental worden voortbewo-
gen.
De "geparkeerde regeneratie" mag alleen worden uitgevoerd als
aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
 Stand rijrichting: Neutraal
 Parkeerrem actief
 Geen weergave van foutcodes van de motorregeleenheid
 Gaspedaal niet ingedrukt
Als aan de voorwaarden wordt voldaan, kan de handmatige re-
generatie worden geactiveerd.
Duur van de geparkeerde regeneratie: ca. 30 minuten.
De stoel mag worden verlaten!
WAARSCHUWING
Gevaar voor verbranding
Tijdens het regeneratieproces kunnen uitlaatgassen een tempe-
ratuur van 600°C bereiken.
Start het regeneratieproces niet op plaatsen waar gevaar voor
brand is.
Instructie
Onderbreek het regeneratieproces alleen in geval van nood.
Instructie
Als tijdens het gebruik de weergave voor regeneratie op het dis-
play brandt, moet een regeneratieproces worden gestart.
De regeneratie kan automatisch of handmatig worden uitge-
voerd.
Bij automatische regeneratie kan worden doorgewerkt.
1. Voor handmatige reiniging (geparkeerde regeneratie) binnen
15 minuten op een geschikte plaats stoppen.
Duur van de regeneratie ca. 30 min.
2. Rijrichting op NEUTRAAL en gaspedaal niet intrappen.
De bestuurdersstoel mag gedurende deze periode worden
verlaten.
3. Om het regeneratieproces te starten eerst functietoets F 10
(onderste rechtertoets), vervolgens F 1 voor automatische en
F 2 voor handmatige reiniging selecteren.
Instructie
Bij beide reinigingstypen wordt het motortoerental merkbaar ver-
hoogd. Als de reiniging is uitgevoerd, gaat het indicatielampje uit
en wordt het motortoerental weer verlaagd.
Instructie
Nederlands
Geparkeerde regeneratie
Regeneratie starten

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Mc 130 advancedMc 130 plus1.442-230.21.442-233.2

Tabla de contenido