Descargar Imprimir esta página

Dolmar LT-246.4 Instrucciones De Manejo Originales página 76

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 92
Start de benzinegraskantmaaier alleen op de manier beschreven in de instructies.
Gebruik geen enkele andere methode om de motor te starten!
Gebruik de benzinegraskantmaaier en de gereedschappen uitsluitend voor
de beschreven toepassingen.
Start de motor van de benzinegraskantmaaier alleen nadat deze volledig is
gemonteerd. Het gereedschap mag uitsluitend worden gebruikt nadat alle
toepasselijke toebehoren zijn gemonteerd!
Controleer vóór het starten of het snijgarnituur geen contact maakt met
harde voorwerpen, zoals takken, stenen, enz., omdat tijdens het starten het
snijgarnituur zal ronddraaien.
De motor moet onmiddellijk uitgeschakeld worden in geval van enige motorstoring.
Als het snijgarnituur stenen of andere objecten raakt, moet u de motor
onmiddellijk uitschakelen en het snijgarnituur controleren.
Controleer het snijgarnituur regelmatig op beschadiging (inspecteren op
haarscheurtjes met de klopgeluidentest).
Nadat tegen het gereedschap is gestoten of het is gevallen, controleert
u de conditie van het gereedschap voordat u de werkzaamheden
hervat. Controleer het brandstofsysteem op brandstoflekkage, en de
bedieningselementen en veiligheidsvoorzieningen op een juiste werking.
Als enige beschadiging zichtbaar is of u twijfelt, vraagt u ons erkende
servicecentrum om inspectie en reparatie.
Houd de benzinegraskantmaaier altijd met beide handen vast tijdens het
gebruik. Houd de benzinegraskantmaaier nooit met slechts één hand vast
tijdens het gebruik.
Zorg er altijd voor dat u stevig staat.
Gebruik het gereedschap zo, dat u geen uitlaatgassen kunt inademen. Laat
de motor nooit draaien in een gesloten vertrek (kans op gasverstikking).
Koolmonoxide is een geurloos gas.
Schakel de motor uit tijdens pauzes en wanneer u het gereedschap
onbeheerd achterlaat, en leg hem op een veilige plaats om gevaar voor
anderen en beschadiging van het gereedschap te voorkomen.
Leg nooit een warme benzinegraskantmaaier op droog gras of enige andere
ontvlambare materialen.
Breng altijd een goedgekeurde beschermkap van het snijgarnituur aan op het
gereedschap voordat u de motor start. Als u dat niet doet, kan aanraking van
het snijgarnituur leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
De hele veiligheidsuitrusting en alle beschermkappen die bij het gereedschap
zijn geleverd, moeten tijdens het werk worden gebruikt.
Gebruik het gereedschap nooit met een defecte uitlaatdemper.
Schakel de motor uit tijdens het vervoer.
Leg tijdens vervoer per auto het gereedschap op een veilige plaats om te
voorkomen dat er brandstof uit lekt.
Wanneer u het gereedschap vervoert, moet u ervoor zorgen dat de
brandstoftank volledig leeg is.
Let erop dat bij het uitladen van het gereedschap uit de auto de motor
niet op de grond valt omdat hierdoor de brandstoftank ernstig kan worden
beschadigd.
Behalve in noodgevallen mag u het gereedschap nooit op de grond laten vallen
of weggooien omdat hierdoor het gereedschap zwaar beschadigd kan raken.
Let erop dat u het volledige gereedschap van de grond tilt wanneer u het
verplaatst. Het is bijzonder gevaarlijk de brandstoftank over de grond te slepen
en dit zal beschadiging en lekkage veroorzaken die kan leiden tot brand.
Brandstof bijvullen
Schakel de motor uit alvorens brandstof bij te vullen, blijf uit de buurt van
open vuur en rook niet.
Vermijd huidcontact met minerale-olieproducten. Adem de brandstofdampen
niet in. Draag altijd veiligheidshandschoenen tijdens het bijvullen van de
brandstof. Zorg dat u de beschermende kleding regelmatig vervangt en reinigt.
Wees voorzichtig geen brandstof of olie te morsen om bodemverontreiniging
te voorkomen (milieubescherming). Reinig de benzinegraskantmaaier
onmiddellijk nadat brandstof erop is gemorst.
Vermijd dat brandstof in aanraking komt met uw kleding. Kleed u onmiddellijk
om als brandstof op uw kleding is gemorst (om te voorkomen dat de kleding
vlam vat).
Inspecteer de brandstofvuldop regelmatig om zeker te zijn dat de dop stevig
kan worden aangedraaid en niet lekt.
Draai de brandstofvuldop stevig vast. Verplaats het gereedschap voordat u
de motor start (tenminste 3 meters afstand tot de plaats waar brandstof is
bijgevuld.)
Vul nooit brandstof bij in een gesloten vertrek. Brandstofdampen verzamelen
zich vlak boven de vloer (risico van explosie.)
Vervoer en bewaar brandstof alleen in goedgekeurde tanks. Zorg dat de
opgeslagen brandstof niet toegankelijk is voor kinderen.
Rusten
Vervoer
Brandstof bijvullen
Onderhoud
Onderdelen vervangen
76
3 meter

Publicidad

loading