GRAPHITE 58GE107 Manual página 64

schijven. Dit soort gereedschap veroorzaakt vaak terugslag of verlies
van controle over het elektrische gereedschap.
Steek het elektrische gereedschap altijd in het materiaal in
overeenstemming met de draairichting die op het gereedschap is
aangegeven. Als het elektrische gereedschap in de verkeerde richting
wordt ingebracht, zal de snijkant van het gereedschap uit het werkstuk
springen, waardoor het elektrische gereedschap in de aanvoerrichting
wordt getrokken.
Bij het bewerken met rotatievijlen, hogesnelheidsfrezen of
hardmetalen frezen moet het werkstuk altijd goed vastgeklemd zijn.
Zelfs een lichte kanteling van een dergelijk werkgereedschap in de groef
kan ertoe leiden dat het vastloopt en daardoor uitwerpt. Een blokkering
van de vijl, hogesnelheidsfrees of hardmetalen frees kan ertoe leiden dat
het gereedschap uit de groef springt en de controle over het elektrische
gereedschap verliest
SPECIALE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR HET SLIJPEN EN
DOORSLIJPEN MET SLIJPSCHIJVEN
Gebruik alleen de slijpschijf die is ontworpen voor het elektrische
gereedschap en de afscherming die is ontworpen voor de
slijpschijf. Slijpschijven die niet voor het specifieke elektrische
gereedschap zijn bestemd, kunnen niet voldoende worden afgeschermd
en zijn niet voldoende veilig.
● Gebruik voor conische en rechte slijppunten alleen slijpschijven
met de juiste maat en lengte, zonder ondersnijding op de
inbedding. De hiervoor bestemde slijpschijven verminderen de kans op
breuk.
Voorkom dat de snijschijf vastloopt of dat er te veel druk wordt
uitgeoefend. Maak geen te diepe sneden. Overbelasting van de
doorslijpschijf verhoogt de belasting en de neiging tot vastklemmen of
blokkeren en daarmee de kans op terugslag van de schijf of schijfbreuk.
Plaats uw hand niet voor of achter de draaiende snijschijf. Als u de
doorslijpschijf in het werkstuk van u af beweegt, kan het elektrische
gereedschap wegspringen met de draaiende schijf direct in de richting
van uw hand in het geval van een terugslag.
Bij vastlopen, onbeweeglijk worden van de doorslijpschijf of
stilstand het motorapparaat uitschakelen en wachten tot de schijf
volledig tot stilstand is gekomen. Probeer nooit de nog bewegende
schijf uit het snijgebied te trekken, omdat dit een terugslag kan
veroorzaken. Onderneem actie om de oorzaak van een vastgelopen,
geïmmobiliseerd mes weg te nemen.
Start het elektrische gereedschap niet opnieuw terwijl het zich in
het materiaal bevindt. De slijpschijf moet zijn volle snelheid
bereiken alvorens verder te slijpen. Anders kan de slijpschijf blijven
haken, van het werkstuk springen of een terugslag veroorzaken.
Platen of grote voorwerpen moeten vóór het bewerken worden
ondersteund om het risico van terugslag door een vastgelopen
schijf te verminderen. Grote werkstukken kunnen doorbuigen
onder hun eigen gewicht. Het werkstuk moet aan beide kanten worden
ondersteund, zowel bij de snijlijn als bij de rand.
Wees bijzonder voorzichtig bij het snijden van gaten in muren of
het werken in andere onzichtbare gebieden. Een snijschijf die in het
materiaal duikt, kan het gereedschap doen wegschieten wanneer het in
aanraking komt met gasleidingen, waterleidingen, elektrische bedrading
of andere voorwerpen.
SPECIALE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR HET WERKEN
MET STAALBORSTELS
● Er moet rekening mee worden gehouden dat zelfs bij normaal
gebruik stukjes draad door de borstel verloren gaan. Overbelast de
draden niet door te veel druk uit te oefenen. Door de lucht verspreide
stukjes draad kunnen gemakkelijk door dunne kleding en/of huid dringen.
Voordat met de werkzaamheden wordt begonnen, moet het
motorapparaat zo worden gestart dat de borstels minstens een
minuut bij normaal bedrijfstoerental ronddraaien. Zorg ervoor dat er
gedurende deze tijd niemand voor de borstel staat of in dezelfde lijn
als de borstel staat. Als het motorapparaat draait, kunnen stukjes draad
losraken en uit elkaar spatten.
Richt de roterende draadborstel ook niet in uw richting. Bij het
werken met draadborstels kunnen kleine stukjes draad met hoge
snelheid worden uitgeworpen en de huid binnendringen.
EXTRA VEILIGHEIDSINFORMATIE
Hanteer de flexibele aandrijfas niet als deze overmatig gebogen is.
Overmatig buigen van de as kan leiden tot overmatige verhitting van het
pantser. Haal altijd de stekker van de mini-schuurmachine uit het
stopcontact voordat u aanpassingen doet of accessoires verwisselt. Doet
u dit niet, dan kan dit leiden tot onverwacht persoonlijk letsel.
Laat de minimolen nooit zonder toezicht werken. Schakel de
stroomtoevoer altijd van tevoren uit. Leg de minischuurmachine pas opzij
als de spindel niet meer draait.
Raak het werkgereedschap (steen of punt) niet onmiddellijk na het
beëindigen van de werkzaamheden aan. Deze onderdelen worden
tijdens het gebruik zeer heet.
●
Gebruik batterijen en opladers die speciaal voor dit toestel zijn bedoeld
OPMERKING: Het toestel is bedoeld voor gebruik binnenshuis.
Ondanks het inherent
veiligheidsmaatregelen en aanvullende beschermingsmaatregelen,
blijft er altijd een restrisico van verwondingen bestaan.
OPMERKING: Alleen buitenshuis gebruiken, houd kleine kinderen
uit de buurt van het toestel.
Pictogrammen en waarschuwingen
1. Waarschuwing
2. Lees alle instructies
3. Bescherm uw gezichtsvermogen en gehoor
4. Beschermen tegen regen
5. Buiten bereik van kinderen bewaren
6. Draag beschermende handschoenen
7. Draag een beschermingsmasker
8. Niet blootstellen aan temperaturen hoger dan 40°C
9. Niet in het vuur werpen (vooral de batterij)
10. Voor gebruik binnenshuis
Beschrijving van grafische elementen
NR Beschrijving
A 1 Batterijaansluiting
A 2 Schakelaar
A 3 Gereedschaphouder
A 4 Snelheidsregelaar
A 5 Flexibele aszitting
A 6 Houders voor werkaccessoires
A 7 Lade voor werkaccessoires
B 1 Flexibele rol
B 2 Spilvergrendeling
B 3 Schacht bedieningshendel
B 4 Flexibele as bevestigingsmoer
B 5 Accessoire pin houder
B 6 Flexibele ashouder voor aandrijfoverbrenging
HOE DE MINI-SCHUURMACHINE TE GEBRUIKEN
Figuren A ; B tonen schematische onderdelen van de inrichting
VOORDAT JE AAN HET WERK GAAT
Haal het apparaat en alle accessoires voorzichtig uit de doos. Controleer of
er geen beschadigingen zijn voordat u het apparaat in gebruik neemt, plaats
de batterij (niet meegeleverd) in de aansluiting fig.A1 en schakel het apparaat
vervolgens uit met de aan/uit-schakelaar fig.A2.
WERKING VAN HET APPARAAT
• Zet alle voorwerpen waaraan u werkt altijd vast in een bankschroef of
werkbankklem om te voorkomen dat ze verschuiven terwijl u met het
gereedschap werkt.
• Houd het gereedschap vooraan en in het midden, en houd het gereedschap
uit de buurt van het werkstuk.
• Zet het gereedschap aan en wacht tot de motor en het toebehoren op volle
snelheid zijn.
• Regel de snelheid met de regelknop Fig. A4
• Laat het gereedschap geleidelijk zakken tot het accessoire in contact komt
met het werkstuk.
• Beweeg het gereedschap continu in een rustig tempo.
• Oefen voldoende druk uit zodat het gereedschap niet wegglijdt of stuitert.
AAN/UIT
Om het apparaat in te schakelen: druk de schakelaar fig. A2 ON/OFF in de stand
ON fig. C1. Om het apparaat uit te schakelen: druk de schakelaar fig. A2 AAN/UIT
in de UIT-stand fig. C2.
INSTALLATIE/VERWIJDERING VAN ACCESSOIRES
Om het accessoire te installeren:
• Verwijder de batterij (niet meegeleverd)
64
veilige ontwerp, het gebruik van