8.1 - REINIGING
8.1.a - Reiniging van het apparaat en van de afstandsbediening
a. Gebruik een droge doek om het apparaat en de afstandsbediening te reinigen.
b. Als het apparaat zeer vuil is kunt u voor de reiniging een met koud water bevochtigde doek gebruiken.
Gebruik geen antistatische of chemisch behandelde doek om het apparaat te reinigen.
Gebruik geen benzine, oplosmiddelen, polijstpasta of soortgelijke oplosmiddelen.
Deze producten kunnen de plastic oppervlakken vervormen of breuken veroorzaken.
8.1.b - Reiniging van het aanzuigfilter
Om een doeltreffende filtratie van de interne lucht en een goede werking van uw apparaat te garanderen, is het
noodzakelijk de luchtfilters (7) om de 2 weken te reinigen (bij frequent gebruik) (Afb.20). Ga als volgt te werk:
a. Trek de filtergroep (7) door de opening in het bovenste deel van de unit naar buiten via de lipjes (7a) die
in positie gebracht zijn op het filterhouderframe (8) (Afb.20).
b. De filters (7) moeten gewassen worden met een waterstraal die in tegengestelde richting van de ophoping
van het stof gericht is, of gereinigd worden met een stofzuiger (Afb.21).
c. Als het vuil bijzonder moeilijk te verwijderen is (zoals vet of andere soorten aanslag) is het noodzakelijk
de filters van tevoren in de oplossing van water en een neutraal reinigingsmiddel te dompelen.
d. Alvorens de filters terug te plaatsen, is het zaak ze te schudden om het water te verwijderen dat zich
tijdens het wassen erop verzameld heeft.
Als de filters (7) beschadigd zijn, vervang ze dan.
e. Controleer of de filters (7) volledig droog zijn.
f. Plaats de filters (7) correct terug in de betreffende zittingen.
g. Zuig eventuele pluisjes op van het rooster.
Gebruik het apparaat niet zonder de filters (7).
8.2 - ONDERHOUD
Als de apparatuur lange tijd niet gebruikt zal worden, handel dan als volgt:
a. Activeer de modus alleen ventilator gedurende een aantal uren (circa 8÷10 uur) om de binnenkant van het
apparaat te drogen.
b. Stop het apparaat en sluit het af van de voeding.
c. Reinig de luchtfilters.
d. Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening.
Controles alvorens de airconditioner weer in werking te stellen:
a. Reinig de filters na een lange periode van inactiviteit van de airconditioner.
b. Controleer of de uittrede of de intrede van de lucht niet verstopt is (vooral na een lange periode van in-
activiteit van de airconditioner).
Bi2 WALL TR 1000 - 1200 - 1400
NL - 23