aanduiding van de hoeveelheid lading die de accu nog heeft.
Wanneer de lading in de accu onder het bruikbare niveau
ligt, gaat de vermogenmeter niet branden en moet de accu
worden opgeladen.
OPMERkInG: De brandstofmeter geeft slechts een indicatie
van de hoeveelheid lading die de accu nog heeft. De meter
geeft geen aanwijzingen over de functionaliteit van het
gereedschap en is onderhevig aan schommelingen afhankelijk
van productcomponenten, temperatuur en de toepassing door
de eindgebruiker.
Riemhaak (Als optie verkrijgbaar accessoire) (Afb. A)
WAARSCHUWING: Beperk het risico van ernstig
persoonlijk letsel, gebruik de riemhaak van het
gereedschap UITSLUITEND om het gereedschap aan een
werkriem te hangen. Gebruik de riemhaak NIET om het
gereedschap aan een lijn vast te zetten of tijdens het gebruik aan
een persoon of voorwerp vast te maken. Hang het gereedschap
NIET boven uw hoofd en hang geen voorwerpen op aan
de riemhaak.
WAARSCHUWING: Beperk het risico van ernstig
persoonlijk letsel, let erop dat de schroef waarmee de riemhaak
vastzit, goed is bevestigd.
VOORZICHTIG: Beperk het risico van persoonlijk letsel
of materiële schade, hang niet de boor aan de riemhaak
terwijl u het gereedschap in de spotlight‑stand gebruikt.
BELanGRIJk: Gebruik voor het bevestigen of vervangen van
de riemhaak alleen de bijgeleverde schroef
schroef stevig vastdraait.
De riemhaak
8
kan voor links‑ of rechtshandig gebruik aan
beide zijden van het gereedschap worden bevestigd, maar
alleen met de schroef
9
die is meegeleverd. Als u de riemhaak
niet wilt gebruiken, kunt u deze van het gereedschap afhalen.
U kunt de riemhaak verplaatsen door de schroef
riemhaak op z'n plaats houdt, te verwijderen en aan andere zijde
weer te monteren. Let erop dat u de schroef stevig vastdraait.
Schakelaar voor variabele snelheid Aan/Uit (Afb. A)
U kunt het gereedschap in werking zetten door de Aan/
Uit‑schakelaar in te knijpen
uitschakelen door de Aan/Uit‑schakelaar los te laten. Uw
gereedschap is voorzien van een rem. Het aambeeld stopt
wanneer u de Aan/Uit‑schakelaar geheel loslaat. Met de
schakelaar voor variabele snelheid kunt u de beste snelheid voor
een bepaalde toepassing selecteren. Hoe verder u de schakelaar
inknijpt, des te sneller werkt het gereedschap. Gebruik de
variabele snelheid alleen als u begint te boren of schroeven, dat
komt de levensduur van het gereedschap zeer ten goede.
OPMERkInG: U kunt het gereedschap beter niet voortdurend
in het variabele snelheidsbereik gebruiken. Hierdoor kan de
schakelaar beschadigd raken en u kunt het beter vermijden.
Vooruit/Achteruit‑regelknop (Afb. A)
Een vooruit/achteruit‑regelknop
het gereedschap en doet ook dienst als vergrendel/uit‑knop.
U selecteert de draairichting vooruit door de Aan‑Uit/schakelaar
los te laten en de vooruit/achteruit‑regelknop aan de rechter
zijkant van het gereedschap in te drukken.
U selecteert de draairichting achteruit door deAan‑Uit/
schakelaar los te laten en de vooruit/achteruit‑regelknop aan de
linkerzijde van het gereedschap in te drukken.
9
. Let erop dat u de
9
die de
1
. U kunt het gereedschap
2
bepaalt de draairichting van
De middelste stand van de regelknop vergrendelt het
gereedschap in de uit‑stand. Wanneer u de stand van de
regelknop wijzigt, is het belangrijk dat u de aan/uit‑knop
niet indrukt.
OPMERkInG: Wanneer u het gereedschap de eerste keer
gebruikt na het wijzigen van de draairichting, zult u bij het
starten misschien een klik horen. Dit is normaal en wijst niet op
een probleem.
Werklichten (Afb. A, C)
De werklichten
6
worden ingeschakeld wanneer de schakelaar
variabele snelheid
1
wordt ingedrukt. U kunt door de e
werklidhtschakelaar
11
herhaaldelijk in te drukken de standen
Verlichting laag, Verlichting hoog en Verlichting uit doorlopen.
OPMERkInG: De werkverlichting is bedoeld als verlichting van
het werkoppervlak in de onmiddellijke nabijheid en het is niet
de bedoeling dat u het licht gebruikt als zaklantaarn.
Standenselectie (Afb. A, C)
Uw gereedschap is voorzien van een standenselectieknop
waarmee u één van de drie standen kunt kiezen.
Selecteer de stand uitgaande van de toepassing en regel de
snelheid van het gereedschap met de schakelaar voor variabele
snelheid
1
.
Stand Steigerbouw (Afb. C)
DCF921
Het gereedschap is voorzien van een stand die is bedoeld voor
toepassing in de steigerbouw. In voorwaartse richting zal de
moer worden vastgezet op een steigerklem en dan gedurende
een korte tijd slagkracht toepassen zodat wordt voorkomen
dat de moer te vast word gezet. In achterwaartse richting zal
met slagkracht de moet los worden gemaakt en vervolgens
korte tijd worden losgedraaid zodat de klemmen niet worden
beschadigd.
OPMERkInG: Controleer altijd met een momentsleutel dat de
steigerklemmen goed worden vastgezet.
Stand Timber Screw™ (Afb. C)
DCF922, DCF923
In de stand Timber Screw™ presteert het gereedschap optimaal
doordat de snelheid toeneemt bij bevestigingstoepassingen
in hout met houtdraadbouten, houtdraadschroeven
en constructiehoutschroeven.
Precisiesleutel ™ Stand (Afb. C)
Behalve de standen voor slagkracht bij lage snelheid is dit
gereedschap voorzien van de stand Precision Wrench™ die
de gebruiker meer controle geeft bij vast‑ en losdraaien. In
voorwaartse richting zal het gereedschap vastzetten bij 2500
TPM tot de slagwerking begint. Het gereedschap zal dan
0,5 seconde wachten tot de slagkracht wordt ingezet op
3550 IPM, zodat de gebruiker meer controle heeft en er minder
kans is dat het bevestigingsmateriaal te vast wordt gezet of
wordt beschadigd.
In achterwaartse richting zal het gereedschap de slagkracht
inzetten bij een normale snelheid en 3550 IPM. Wanneer het
gereedschap detecteert dat het bevestigingsmateriaal los is
gekomen, zal het de slagwerking uitschakelen en de snelheid
laten afnemen zodat losraken van bouten of onderdelen
wordt voorkomen.
nEDERLanDs
7
47