nEDERLanDs
Specificaties DCF921
Stand
Toepassing
Precision Wrench™
Precision Wrench™
Stand steigerbouw
Stand steigerbouw
Snelheid 1
Slagkracht bij Lage Snelheid
Snelheid 2
Slagkracht bij Hoge Snelheid
Specificaties DCF922, DCF923
Stand
Toepassing
Precision Wrench™
Precision Wrench™
Timber Screw™
Timber Screw™
Snelheid 1
Slagkracht bij Lage Snelheid
Snelheid 2
Slagkracht bij Hoge Snelheid
Aambeeld (Afb. A, D)
WAARSCHUWING: Gebruik alleen accessoires voor
slaggereedschap. Accessoires die niet geschikt zijn voor
slaggereedschap kunnen breken en dat kan leiden tot een
gevaarlijke situatie. Inspecteer het accessoire voor gebruik zodat u
zeker weet dat er geen scheuren in zitten.
VOORZICHTIG: Controleer vóór gebruik het aambeeld,
de aanslagpennen en de ringen. Ontbrekende of beschadigde
onderdelen moeten worden vervangen voor u het
gereedschap gebruikt.
Zet de schakelaar in de vergrendelde stand/uit‑stand (midden)
of neem de accu uit, voor u accessoires wisselt.
Aambeeld met bevestigingspen (Afb. A, D)
DCF922
U kunt een accessoire op het aambeeld monteren door het
gat opzij van het accessoire tegenover de bevestigingspen
op het aambeeld
te houden. Druk het accessoire aan tot de
3
bevestigingspen vast komt te zitten in het gat. U zult misschien
moeten helpen bij de montage van het accessoire door de
bevestigingspen aan te drukken.
Druk, als u een accessoire wilt verwijderen, de bevestigingspen
door het gat en trek het accessoire los.
Aambeeld met clipring (Afb. A, D)
DCF921, DCF923
Installeer een accessoire op het clipring‑aambeeld door het
stevig op het aambeeld
3
ingedrukt zodat u het accessoire op het aambeeld kunt
schuiven. Wanneer het accessoire is geïnstalleerd, oefent de
clipring druk uit zodat het accessoire op z'n plaats blijft.
U kunt het accessoire verwijderen door het vast te pakken en
met een stevige ruk los te trekken.
48
TPM
0 ‑ 2500 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
0 ‑ 2500 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
0 ‑ 1400 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
0 ‑ 2500 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
TPM
0 ‑ 2500 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
0 ‑ 2500 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
0 ‑ 1400 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
0 ‑ 2500 vooruit
0 ‑ 2500 achteruit
te duwen. De clipring
14
wordt
OPMERkInG: (DCF921) Met het gat door‑en‑door (Afb. A, D)
kunnen met een O‑ring met een borgpen of met een borgpen
uit één stuk doppen en accessoires op het gereedschap
worden vastgezet.
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING: Houd u altijd aan de
veiligheidsinstructies en van toepassing zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, zet u het gereedschap uit en
ontkoppelt u de accu, voordat u enige aanpassing maakt
of hulpstukken of accessoires verwijdert/installeert. Het
onbedoeld opstarten kan letsel veroorzaken.
Juiste handpositie (Afb. E)
WAARSCHUWING: Beperk het risico op ernstig
persoonlijk letsel, plaats ALTIJD uw handen in de juiste positie,
zoals afgebeeld.
WAARSCHUWING: Beperk het risico van ernstig persoonlijk
letsel, houd het gereedschap ALTIJD stevig vast, zodat u bent
voorbereid op een plotselinge terugslag.
Voor een juiste positie van de handen zet u één hand op de
hoofdhandgreep
Gebruik (Afb. A)
VOORZICHTIG: Controleer dat het bevestigingsmateriaal en/
of systeem het niveau van het koppel dat door het gereedschap
wordt gegenereerd, aankan. Een overmaat aan koppel kan breuk
veroorzaken en mogelijk persoonlijk letsel.
1. Plaats het accessoire op de kop van het
bevestigingsmateriaal. Houd het gereedschap recht op het
bevestigingsmateriaal gericht.
2. Start het gereedschap door op de schakelaar voor variabele
snelheid/Aan/uit‑schakelaar
voor variabele snelheid/Aan/uit‑schakelaar los als u de werking
wilt stoppen. Controleer het aanhaalmoment altijd met een
momentsleutel, omdat bij het bevestigingskoppel vele factoren
een rol spelen, waaronder:
- Voltage: Laag voltage, als gevolg van een bijna lege batterij,
zal het bevestigingskoppel doen afnemen.
- Omvang van het accessoire: Als u niet een accessoire van
de juiste afmeting gebruikt, zal dat een vermindering van het
bevestigingskoppel tot gevolg hebben.
15
- afmeting van de bout: Bouten van een grotere diameter
vragen over het algemeen een hoger bevestigingskoppel. Het
bevestigingskoppel zal ook variëren afhankelijk van de lengte,
de kwaliteit en de koppelcoëfficiënt.
- Bout: Controleer voor een juist bevestigingskoppel dat de
gehele schroefdraad vrij is van roest en ander vuil.
- Materiaal: Het type materiaal en de oppervlakte‑afwerking
van het materiaal zijn van invloed op het bevestigingskoppel.
- Bevestigingstijd: Een langere bevestigingstijd zal een
toename in het bevestigingskoppel geven. Een bevestigingstijd
die langer is dan aanbevolen kan tot gevolg hebben dat het
bevestigingsmateriaal wordt gestript of beschadigd of dat er te
veel spanning op komt te staan.
ONDERHOUD
Uw gereedschap op stroom is ontworpen om gedurende
een lange tijdsperiode te functioneren met een minimum
10
.
1
te drukken. Laat de schakelaar