Gebruik In Het Water - Ottobock 1E95 Challenger Instrucciones De Uso

Kies schoenen waarbij de posterieur uitstekende veer van de prothesevoet niet op de
►
schacht van de schoen drukt.
Houd bij het aflopen van trappen met de prothesevoet rekening met de uitstekende
►
veer.

5.1.2 Gebruik in het water

De prothesevoet mag in aanraking komen met water, bijvoorbeeld bij joggen op het strand of bij
het zwemmen.
1) LET OP! Gebruik de prothesevoet in het water altijd met een schoen. Anders kan de
hielwig verloren gaan.
Voorafgaand aan contact met water: controleer of de schoen goed vastzit.
2) Na contact met water: reinig de prothesevoet (zie pagina 46).
5.2 Opbouw
INFORMATIE
De proximale aansluiting van de prothesevoet is voorzien van een kunststof adapterbescher­
ming. Deze beschermt het aansluitgedeelte tijdens de opbouw en het passen van de prothese
tegen krassen.
Verwijder de adapterbescherming voordat de patiënt de werkplaats/pasruimte verlaat.
►
5.2.1 Kiezen van de stijfheid
De stijfheid van de prothesevoet wordt afhankelijk van het lichaamsgewicht bepaald.
• Het maximaal toegestane lichaamsgewicht staat vermeld bij de technische gegevens (zie
pagina 47).
5.2.2 Basisopbouw
INFORMATIE
Gebruik de prothesevoet alleen met een hielwig.
INFORMATIE
Om de totale systeemhoogte voor de basisopbouw te bepalen 5-10 mm bij de afstand van
►
de koker tot de vloer optellen om de werking van de veer van de prothesevoet te compense­
ren. Gebruik de grotere waarde wanneer het gewicht van de patiënt aan de bovenste grens
van het maximaal toegestane gewicht van de patiënt grenst.
Basisopbouw TT
Aanbevolen materialen: goniometer 662M4, meetapparaat voor de hakhoogte 743S12,
50:50-mal 743A80, opbouwapparaat (bijv. L.A.S.A.R. Assembly 743L200 of PROS.A. Assembly
743A200)
Monteer de prothesecomponenten en lijn ze uit in het opbouwapparaat zoals hieronder aange­
geven:
Sagittale vlak
Hakhoogte: effectieve hakhoogte (hakhoogte schoen – zooldikte voorvoetgedeelte)
+ 10 mm
Exorotatie van de voet: ca. 5°
Sagittale uitlijning: opbouwlijn op de a–p-markeringen van de prothesevoet (zie
afb. 1)
Schematisch overzicht van de basisopbouw
45