zie TECHNISCHE GEGEVENS, Omgevingstemperatuur T
Relaisuitgang voor extra alarm 'B':
• Waarden van het potentiaalvrije relaiscontact: zie TECHNISCHE GEGEVENS.
• Relaisuitgang voor extra alarm 'B': in de alarmtoestand zijn de klemmen 2 en 3 open en de
klemmen 1 en 3 gesloten.
• Aanzicht en aansluitingstoewijzing van de indicator: zie afb. 5.
Transmissie-inrichting
In een omgeving met ontploffingsgevaar enkel een transmissie-
inrichting in de uitvoering intrinsiek veilig inbouwen.
Reiniging van het afsluitdeksel van de transmissie-inrichting is
alleen toegestaan wanneer er geen explosieve atmosfeer
aanwezig is.
De transmissiekabel
• moet bij vaste installatie als intrinsiek veilig stroomcircuit gescheiden
van andere stroomcircuits worden opgebouwd
• wegens gevaar voor stralingsinterferentie niet parallel met
sterkstroomleidingen leggen
• beschermen tegen beschadiging; wij adviseren plaatsing in een metalen
buis
• niet inkorten
• dusdanig leggen dat de transmissie-inrichting er na de montage
probleemloos uit gehaald kan worden
MONTAGE
Controleer het product voor montage op transportschade en volledigheid.
De MONTAGE, de INBEDRIJFSTELLING en het ONDERHOUD dienen door een vakman
uitgevoerd te worden.
Zie KWALIFICATIE VAN DE GEBRUIKERS!
Alle onderstaande aanwijzingen van deze montage- en gebruiksaanwijzing moeten door de
installateur en de exploitant in acht worden genomen, nageleefd en begrepen. Voorwaarde
voor het probleemloos functioneren van het apparaat is een vakkundige installatie, waarbij de
technische regels die gelden voor het plannen, monteren en het gebruik van de gehele
installatie in acht moeten worden genomen.
Montage van de LIV-reservoir
De eigenschappen van het opslagmateriaal zijn doorslaggevend voor de
montagelocatie van de LIV-reservoir
(EU) Nr. 1272/2008 [CLP/GHS].
Bij ontvlambare vloeistoffen worden de volgende categoriën zie Tabel 4
onderscheiden:
artikelnr. 15 072 56 c
Bij montage in de openlucht moet de indicator in een veiligheidsbehuizing
van veiligheidsklasse IP 65 ingebouwd worden en moet via de
relaisuitgang een externe alarmtransmissie (bv. 'SmartBox
GOK-bestelnr. 28 500 00, licht rondomrond, sirene enz.) als extra alarm
worden aangesloten.
met transmissiekabel
:
Lekindicator type LAG 2000 A
amb
®
5'
11 / 28