NL – NEDERLANDS
Transductorcompatibiliteit
Excitatiespanning transductor
Nulstellingsbereik transductor
Impedantie transductoroutput
Aansluiting patiëntmonitor
Invoerimpedantie van alle
excitatiespanningssignalen
Uitvoerimpedantie van alle sensorsignalen
Aanbevolen specificaties voor een externe patiëntmonitor
De DirectLink ICP-module is compatibel met patiëntmonitors
die aan de hierna genoemde specificaties voldoen:
Bereik excitatiespanning transductor
Nulbereik
Frequentierespons
Isolatie
Gevoeligheid transductor
Nominale impedantie transductoroutput
WAARSCHUWING: Gebruik UITSLUITEND de patientmonitor
interfacekabel, herkenbaar aan de naam van de fabrikant van
de monitor en het model, vermeld in het overzicht Anbevolen
accessoires en informatie hoe u die bestelt
Geldige normen
Het DirectLink-systeem is getest en voldoet aan de hieronder
vermelde normen. Echter bestaat er geen garantie dat er
onder de gegeven omstandigheden geen elektromagnetische
interferentie zal voorkomen. Raadpleeg Problemen oplossen
voor aanvullende informatie over het verhelpen van
elektromagnetische interferentie, indien dit optreedt.
IEC 60601-1:2005 +A1:2012
IEC 60601-1-2:2007
EN 60601-1:2006 +A1:2013
EN 60601-1-2:2007/AC:2010
ANSI/AAMI ES 60601-1:2005/(R)2012
ANSI/AAMI/IEC 60601-1-2:2007/(R)2012
CAN/CSA-C22.2 NO. 60601-1:14
CAN/CSA-C22.2 NO. 60601-1-2-08 (R2014)
Anbevolen accessoires en informatie hoe u die bestelt
De onderstaande DirectLink-accessoires is afzonderlijk
verkrijgbaar. Neem contact op met uw Integra-
vertegenwoordiger om een bestelling te plaatsen.
Beschrijving
DirectLink ICP-verlengkabel
Interfacekabel patiëntmonitor, Dräger/Siemens (10 pins) 82-6880
Interfacekabel patiëntmonitor, Philips (12 pinnen)
Interfacekabel patiëntmonitor, GE (11 pinnen)
CODMAN MICROSENSOR basispakket, steriel
CODMAN MICROSENSOR pakket met kunststof
schedelbouten, steriel
CODMAN MICROSENSOR pakket met ventriculaire
katheter met Tuohy-Borst-adapter, steriel
CODMAN MICROSENSOR pakket met metalen
schedelbouten, steriel
CODMAN MICROSENSOR pakket met ventriculaire
katheter, steriel
*De beschikbaarheid van het product kan van land tot
land verschillen; neem voor informatie contact op met uw
plaatselijke vertegenwoordiger van Integra.
2,5 tot 6,5 VDC (gelijkstroom)
+ ⁄ - 50 mm Hg
1000 Ohm (nominaal)
> 200 Ohm
< 3 kOhm
2,5 tot 6,5 VDC (gelijkstroom)
Minimaal + ⁄ - 50 mm Hg
Minimaal 25 Hz
Type BF of type CF
5 uV/Vex/mm Hg
1000 Ohm
Catalogusnummer
82-6840
82-6881
82-6882
626631, 626631US, 82-6631*
626632, 626632US,
82-6632*
626633, 626633US, 82-6633*
626638, 626638US,
82-6638*
626653, 626653US,
82-6653*
Problemen oplossen
Gedrag
Wanneer het
van het
gedrag voorkomt
instrument
De zelftest
Meteen nadat de
wordt niet
interfacekabel
gestart
op de module
en de patiënten-
monitor is
aangesloten
De rode
Tijdens de
status-led
zelftest
brandt
Na de zelftest
De rode
Tijdens het
status-led
opnieuw
brandt
aansluiten van de
sensor
OF
op enig moment
tijdens het
gebruik
Tijdens het op
nul stellen van de
sensor
24
Mogelijke oorzaak
Aanbevolen oplossingen
De interfacekabel is
a)
Vervang de patientmonitor
beschadigd.
interfacekabel. Controleer of
de zelftest met goed gevolg
wordt voltooid.
b) Start de zelftest niet,
vervang dan de module.
Tijdens het
a)
Verifieer dat de toetsen
opstarten is er op de
tijdens de zelftest niet
toets gedrukt OF de
worden ingedrukt.
module is defect.
b) Verbreek de aansluitingen
van de kabel met de
patiëntmonitor en de ICP-
module en start opnieuw op.
c)
Sluit de patientmonitor
interfacekabel weer aan
op de patiëntmonitor en
controleer of de zelftest met
goed gevolg wordt voltooid.
d) Gaat de rode led weer
branden, vervang dan de
DirectLink-module.
Mogelijk is de
Verifieer of de excitatiespanning
patiëntmonitor niet
die de patiëntmonitor afgeeft,
compatibel met de
binnen het opgegeven
DirectLink-module.
gebruiksbereik ligt: de afgegeven
spanning moet tussen 2,5 en
6,5 V liggen. Het gevolg van een
afgegeven spanning die "buiten
dit bereik ligt" is dat de rode led
gaat branden.
Een beschadigde
a)
Verbreek alle aansluitingen
ICP-verlengkabel,
tussen de kabels van
een beschadigde of
de ICP-module en de
defecte DirectLink-
patiëntmonitor.
module; of een
b) Sluit de patientmonitor
beschadigde sensor.
interfacekabel weer aan op
de DirectLink-module en
de patiëntmonitor. Verifieer
dat de zelftest met goed
gevolg wordt afgerond
(amberkleurige led brandt
continu).
c)
Sluit de ICP-verlengkabel
aan op de DirectLink-
module, zonder dat daarbij
de sensor is aangesloten
en controleer of de
amberkleurige led blijft
branden. Gaat de rode led op
dit moment weer branden,
voer dan a) en b) uit. Voer
dan c) uit met een nieuwe
verlengkabel.
d) Gaat de rode led weer
branden, voer dan a) en b)
uit. Voer dan c) uit met een
nieuwe sensor.
e)
Gaat de rode led weer
branden, vervang dan de
DirectLink-module.
Mogelijk is het
a)
Verbreek alle aansluitingen
DirectLink-geheugen
tussen de kabels van
corrupt.
de ICP-module en de
patiëntmonitor om het
apparaat te resetten/
opnieuw op te starten.
b) Sluit de patiëntmonitor/
verlengkabel weer aan en
controleer of de zelftest met
goed gevolg wordt voltooid.
c)
Controleer dat de sensor
is voorbereid om onder
toepassing van de juiste
techniek, zoals beschreven
in de gebruiksinstructies van
de sensor, op nul te worden
gesteld. Herhaal het op nul
stellen (door het uitvoeren
van stap 3 in paragraaf C. De
ICP-sensor op nul stellen)
of hervat de bewaking [door
het uitvoeren van stap 3
in paragraaf F. Hervatten
van de bewaking nadat
de aansluiting tijdelijk
is verbroken (Functie
BEVESTIGEN)], wat van
toepassing is.
d) Gaat de rode led weer
branden, vervang dan de
DirectLink-module.