Descargar Imprimir esta página

Metabo KS 216 M Manual Original página 32

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 44
nl
NEDERLANDS
dubbele versteksnedes en het zagen van
groeven) worden gebruikt.
Als de trekbank niet nodig is, kunt u de trekbank
met de borgschroef (12) in de achterste positie
worden vergrendeld.
7.6 Alleen bij KGS...:
zaagdieptebegrenzing
De zaagdieptebegrenzing (48) maakt samen met
de trekbank het maken van groeven mogelijk.
De stelschroef verdraaien en met de contramoer
fixeren. De zaagdieptebegrenzing kan worden
uitgeschakeld als de aanslag (49) naar achteren
wordt geschoven.
8. Ingebruikneming
8.1 Spaanzak / afzuiginstallatie
aansluiten
Gevaar!
Het stof van enkele houtsoorten (bijv. van eik,
beuk en es) kan bij het inademen
kankerverwekkend zijn.
– Werk alleen met een gemonteerde spaanzak of
een geschikte afzuiginstallatie.
– Gebruik bovendien een stofmasker omdat niet
al het zaagstof opgevangen c.q. afgezuigd
wordt.
– Maak de spaanzak regelmatig leeg. Draag
tijdens het legen een stofmasker.
Als u het apparaat met de meegeleverde
spaanzak in gebruik neemt:
 Steek de spaanzak (2) op de spaanafzuiging
(3). Let erop dat de sluiting (1) van de spaanzak
gesloten is.
Als u het apparaat aan een spaanafzuiginstallatie
aansluit:
 Gebruik voor het aansluiten aan de
spaanafzuiging een geschikte adapter (zie
hoofdstuk 12. "Toebehoren").
 Let erop dat de spaanafzuiginstallatie voldoet
aan de in hoofdstuk 16. "Technische gegevens"
genoemde eisen.
 Lees ook de handleiding voor de bediening van
de spaanafzuiginstallatie!
8.2 Werkstukspaninrichting monteren
De werkstukspaninrichting (14) kan in twee
posities gemonteerd worden:
– Voor brede werkstukken:
werkstukspaninrichting in het achterste boorgat
(36) van de tafel schuiven.
– Voor smalle werkstukken:
Werkstukspaninrichting in het voorste boorgat
(37) van de tafel schuiven.
8.3 Speciaal voor elektrische machines
Gevaar! Elektrische spanning
Het apparaat mag uitsluitend worden aangesloten
op een stroombron die aan de hierna volgende
voorwaarden voldoet (zie ook hoofdstuk 16.
"Technische gegevens"):
– netspanning en -frequentie moeten
overeenstemmen met de waarden op het
typeplaatje van de machine;
– De stroomkring dient vakkundig beveiligd te
worden met een differentieelschakelaar die
aanslaat bij een lekstroom van 30 mA.
– De stopcontacten moeten reglementair
geïnstalleerd, geaard en goedgekeurd zijn.
 Het snoer moet zo gelegd worden dat de
zaagwerkzaamheden niet bemoeilijkt worden,
en dat het snoer niet beschadigd kan worden.
 Gebruik als verlengsnoer alleen snoeren met
rubbermantel en voldoende diameter
2
(3 × 1,5 mm
).
 Gebruik verlengsnoeren voor gebruik
buitenshuis. Gebruik buitenshuis alleen hiervoor
toegelaten en overeenkomstig gekenmerkte
verlengsnoeren.
32
 Voorkom het per ongeluk starten. Controleer of
de aan-/uit-schakelaar is uitgeschakeld wanneer
de stekker in het stopcontact wordt gestoken.
8.4 Speciaal voor accumachines
 Voorkom het per ongeluk starten. Verzeker u
ervan dat de schakelaar bij het insteken van het
accupack uitgeschakeld is.
Accupack
Het accupack (32) voor gebruik opladen.
Laad het accupack bij vermogensverlies weer op.
U vindt de instructies voor het opladen van het
accupack in de gebruiksaanwijzing van de
Metabo-lader.
Accupacks hebben een capaciteits- en
signaalindicatie (31) (afhankelijk van de
uitvoering):
- Druk op toets (30) en de laadtoestand wordt
door de LED-verlichting aangegeven.
- Wanneer een LED-lampje knippert, is het
accupack bijna leeg en moet worden opgeladen.
Accupack verwijderen, plaatsen
Verwijderen: De knop voor de accupack-
ontgrendeling (29) indrukken en het accupack
(32) er naar voren uittrekken.
Inbrengen: accupack (32) erop schuiven tot deze
inklikt.
9. Bediening
 Controleer voor de werkzaamheden of de
veiligheidsvoorzieningen feilloos functioneren.
 Let op een juiste werkhouding tijdens het zagen:
– neem plaats aan de bedienkant;
– tegenover het zaagblad;
– naast het opstuivende zaagsel.
Gevaar!
Fixeer het werkstuk altijd met de
werkstukspaninrichting (14).
Gevaar voor beknelling!
Pak tijdens het kantelen of zwenken van de
zaagkop niet in het scharnierbereik of onder het
apparaat!
 Houd tijdens het kantelen de zaagkop vast.
 Gebruik tijdens de werkzaamheden:
– Werkstuksteunen – bij lange werkstukken, die
na het afzagen van de tafel zouden vallen;
– Spaanzak of spaanafzuiginstallatie.
 Zaag alleen werkstukken die groot genoeg zijn,
zodat ze bij het zagen veilig vastgeklemd
kunnen worden.
 Druk het werkstuk tijdens het zagen steeds op
de tafel en plaats het nooit op zijn kant. Probeer
het zaagblad ook niet af te remmen door middel
van zijdelingse druk. Er bestaat een risico op
ongevallen als het zaagblad geblokkeerd wordt.
9.1 Rechte zaagsnedes
Uitgangspositie:
– Transportvergrendeling (24) eruit getrokken.
– Zaagkop naar boven gezwenkt.
– Alleen bij KGS...: zaagdieptebegrenzing (49)
uitgeschakeld.
– Draaitafel staat in 0°-positie, vergrendelgreep
(10) voor draaitafel is vastgetrokken.
– Hoek van de kantelarm tot de verticale positie
bedraagt 0°, vergrendelingshendel (22) voor
het instellen van de hoek is vastgetrokken.
– Alleen bij KGS...: trekbank helemaal achter.
– Alleen bij KGS...: borgschroef (12) van de
trekbank is los.
– Werkstukaanslag (25) instellen:
Vergrendelhendel (34) losmaken. Het extra
profiel (33) (KGS...305...: de extra profielen) zo
verschuiven, dat het werkstuk zo goed mogelijk
wordt ondersteund, zonder in contact te komen
met het blad of de beschermkap. Met
vergrendelhendel (34) fixeren.
Werkstuk zagen:
1. Werkstuk tegen de aanslag drukken en met de
werkstukspaninrichting (14) vastklemmen.
2. Alleen bij KGS...: Bij bredere werkstukken:
Zaagkop naar voren (naar de bediener)
trekken (trekbank).
3. Veiligheidsvergrendeling (26) activeren en
aan-/ uit-schakelaar (27) drukken en ingedrukt
houden.
4. Zaagkop aan de handgreep langzaam
helemaal naar beneden laten zakken en indien
nodig naar achteren (weg van de bediener)
schuiven. Tijdens het zagen de zaagkop
slechts zo stevig op het werkstuk drukken, dat
het motortoerental niet te sterk daalt.
5. Zaag het werkstuk in een beweging door.
6. Aan-/ uit-schakelaar (27) loslaten en zaagkop
langzaam in de bovenste uitgangspositie terug
laten zwenken.
9.2 Versteksnede
Uitgangspositie:
– Transportvergrendeling (24) eruit getrokken.
– Zaagkop naar boven gezwenkt.
– Alleen bij KGS...: zaagdieptebegrenzing (49)
uitgeschakeld.
– Hoek van de kantelarm ten opzichte van de
verticale positie bedraagt 0°, vergrendelhendel
(22) voor het instellen van de hoek is
vastgetrokken.
– Alleen bij KGS...: trekbank helemaal achter.
– Alleen bij KGS...: borgschroef (12) van de
trekbank is los.
– Werkstukaanslag (25) instellen:
Vergrendelhendel (34) losmaken. Het extra
profiel (33) (KGS...305...: de extra profielen)
helemaal in de richting van het zaagblad
schuiven zodat het werkstuk zo goed mogelijk
ondersteund wordt. Met vergrendelhendel (34)
fixeren.
Werkstuk zagen:
1. Vergrendelgreep (10) van de draaitafel
losdraaien en bij KGS...: de pal (11)
losmaken.
2. Gewenste hoek instellen.
3. Vergrendelgreep (10) van de draaitafel
vastdraaien.
4. Werkstuk zagen zoals beschreven bij "Rechte
zaagsnedes".
9.3 Schuine zaagsnedes
Uitgangspositie:
– Transportvergrendeling (24) eruit getrokken.
– Zaagkop naar boven gezwenkt.
– Alleen bij KGS...: zaagdieptebegrenzing (49)
uitgeschakeld.
– Draaitafel staat in 0°-positie, vergrendelgreep
(10) voor draaitafel is vastgetrokken.
– Alleen bij KGS...: borgschroef (12) van de
trekbank is los.
– Alleen bij KGS...: trekbank helemaal achter.
– Werkstukaanslag (25) instellen:
Vergrendelhendel (34) losmaken. Het extra
profiel (33) (KGS...305...: de extra profielen) zo
verschuiven, dat het werkstuk zo goed mogelijk
wordt ondersteund, zonder in contact te komen
met het blad of de beschermkap. Met
vergrendelhendel (34) fixeren.
Alleen bij KGS...305...: Voor bepaalde
hoekinstellingen kan het noodzakelijk zijn, een
van de extra profielen (33) te verwijderen. Om
te verwijderen zo schuiven dat de 2 driehoeken
tegenover elkaar staan. In deze positie kan het
extra profiel (33) naar boven eraf gehaald
worden. Na het afronden van de zaagsnede het
extra profiel (33) weer bevestigen, zodat hij niet
verloren raakt.
Werkstuk zagen:
1. Vergrendelhendel (22) voor het instellen van
de hoek aan de achterkant van de zaag los
maken.
2. Kantelarm langzaam in de gewenste positie
kantelen. Details zie hoofdstuk 7.3.
3. Vergrendelhendel (22) voor het instellen van
de hoek vasttrekken.
4. Werkstuk zagen, zoals beschreven bij "Rechte
zaagsnedes".

Publicidad

loading