IN GEVAL VAN PROBLEMEN
Storingen worden vaak veroorzaakt door een verkeerd gebruik van het aparaat. Raadpleeg daarom bij storingen eerst de onderstaande lijst.
Het is eveneens mogelijk dat het probleem veroorzaakt wordt door een ander aangesloten komponent. Kontroleer daarom ook de andere
komponenten en elektrische apparatuur.
Is het niet mogelijk om de storing aan de hand van de onderstaande lijst te verhelpen, neem dan kontakt op met een erkend PIONEER
servicecentrum of uw dealer om het apparaat te laten repareren.
Geen geluid.
Het geluidsvolume kan niet
worden geregeld.
(Alleen laag geluidsniveau)
Geen klank wanneer de
DIRECT-toets is
uitgeschakeld.
Geen geluid van één van de
luidsprekers.
Opnemen is niet mogelijk.
Kopiéren van bandopnamen
is niet mogelijk.
De afstandsbediening
werkt niet. (De andere
komponenten kunnen niet
bediend worden.)
e De opnamekeuzeschakelaar (REC SELECTOR) is in
Symptoom
Waarschijnlijke oorzaak
Oplossing
Geen stroomvoorziening
naar het apparaat.
e De stekkers zijn niet in de aansluitingen gestoken.
eDe
stekker
van
de
versterker
is in een
spanningsaansluiting op een ander komponent
gestoken (bijvoorbeeld timer), maar de spanning
van dat komponent is niet ingeschakeld.
eDe
spannings-/standbyschakelaar
(POWER
STANDBY/ON) staat op STANDBY.
eDe aansluitsnoeren
zijn losgeraakt of verkeerd
aangesloten.
eDe aansluitbussen
of de penstekkers van
de
aansluitsnoeren zijn vuil.
e De INPUT SELECTOR schakelaar is niet in de juiste
stand gedrukt.
e De andere komponenten worden niet op de juiste
wijze bediend.
e Beide luidspreker-keuzetoetsen (SPEAKERS) staan
in de uitgeschakelde stand (Mb).
e@ De MUTING-toets staat in de ingeschakelde stand
(de indikator brandt).
e@De ADPT/TAPE 3-toets staat in de ingeschakelde
stand.
e De aansluitsnoeren of luidsprekersnoeren van de
niet werkende luidspreker zijn losgeraakt.
eDe
BALANCE-regelaar
werd
naar één kant
ingesteld.
e De opnamekeuzeschakelaar (REC SELECTOR) is in
de verkeerde stand gezet.
e De aansluitingen zijn verkeerd gemaakt.
e Het cassettedeck is niet op de juiste wijze ingesteld.
de verkeerde stand gezet.
e Het cassettedeck is niet op de juiste wijze ingesteld.
e Batterijen zijn uitgeput of er zijn geen batterijen in
de afstandsbediening geplaatst.
eDe afstandsbedieningssensor ontvangt geen
signalen.
e Het bedieningssignaalsnoer is niet aangesloten.
eHet
licht
van
een
tl-lamp
valt
op
de
afstandsbedieningssensor.
_|
|
eSteek de stekkers goed in de aansluitingen.
e Schakel de stroom naar het andere apparaat in.
e Druk de spannings-/standbyschakelaar (POWER
STANDBY/ON) in (ON), de indikator STANDBY
verdwijnt
eSluit de aansluitsnoeren
stevig en op de juiste
wijze aan.
e Maak de aansluitbussen en penstekkers schoon.
eStel
de
ingangskeuzeschakelaar
(INPUT
SELECTOR) korrekt in (PHONO, TUNER, CD, LINE,
TAPE 1/DAT, TAPE 2).
e Raadpleeg de gebruiksaanwijzingen van de andere
komponenten.
eZet één schakelaar
of beide toetsen
in de
ingeschakelde stand (m=).
e@Zet de MUTING-toets in de uitgeschakelde stand
(de indikator verdwijnt).
e De ADPT/TAPE 3-toets op de uitgeschakelde stand
instellen.
eSluit de snoeren stevig aan.
e Stel de BALANCE-regelaar in de middenstand.
eZet de schakelaar in de juiste stand (Zie onder
"BANDOPNAMEN").
eSluit op de juiste wijze aan.
eRaadpleeg
de gebruiksaanwijzing
van
het
cassettedeck.
eZet de schakelaar in de juiste stand (Zie onder
"KOPIEREN VAN BANDOPNAMEN").
eRaadpleeg
de gebruiksaanwijzing
van
het
cassettedeck.
e Plaats nieuwe batterijen (zie blz. 44). .
e Gebruik de afstandsbediening binnen een bereik
van 7 meter en een hoek van 30 graden (zie biz. 44).
e Sluit het snoer korrekt aan (zie blz. 50).
eVerpliaats de lamp zodat het licht niet op de
afstandsbedieningssensor op het voorpaneel van
de versterker valt.
Onregelmatige werking van dit toestel kan worden veroorzaakt door statische elektriciteit, of andere storingen van buitenaf. Om het toestel
weer normaal te laten werken, de spanning uit-en dan weer inschakelen, of het netsnoer uit het stopkontakt trekken en vervolgens er weer
insteken.
70
<ARE7049>
Du