10. Als de gewenste instelling niet wordt gerealiseerd,
11. We raden aan de klepinstelling vast te leggen in
12. Desinfecteer de componenten van de toolkit
13. Berg alle tools weer op in de daarvoor bestemde
SECTIE D: Problemen oplossen
Als het functioneren van de klep nadelig wordt beïnvloed
door ophopingen van biologisch materiaal is het mogelijk
om op een van de volgende manieren het materiaal te
verwijderen en het goed functioneren te herstellen:
• de klep spoelen en/of erop drukken (alleen voor
• meerdere pogingen om de instelling aan te passen
Als u problemen hebt met het weergeven en/of bijstellen
van de klepinstelling:
• Voor een optimale werking van de indicatortool
• Gebruik fluoroscopie of een röntgenfoto om de positie
Het kan een probleem zijn om de juiste positie van de
positioneringstool boven de geïmplanteerde klep te
verkrijgen. Overweeg in dat geval de positioneringstool
met laag profiel te gebruiken.
• Lokaliseer via palpatie het harde-klepmechanisme
• Markeer de huid van de patiënt in het midden
• Zorg ervoor dat de zwarte lijnen op de
Als u het probleem niet op deze manier kunt oplossen,
moet u de klep vervangen.
206521-001-G-INS.indd 86
herhaalt u de stappen 7 t/m 9.
het dossier van de patiënt en op de ID-kaart op
zakformaat (u kunt deze bestellen bij uw lokale
Codman-vertegenwoordiger).
(zie De CODMAN CERTAS-toolkit desinfecteren).
ruimten in de opbergdoos, om beschadiging te
voorkomen.
Opmerking: plaats de positioneringstool met
laag profiel onder het elastische netje onder in de
opbergdoos en klap de positioneringstool met
instelbare hoogte helemaal in (zie Afbeelding 2B).
kleppen zonder de SIPHONGUARD-functie)
moet u ervoor zorgen dat de patiënt zich in een
dusdanige houding bevindt dat zowel de klep als de
componenten van de toolkit zich in een horizontale
positie bevinden. Zie Afbeelding 6.
en richting van het klepmechanisme voor bijstelling
te bepalen en/of om de instelling van de klep vast te
stellen. Een vaste markering kan nuttig zijn bij deze
techniek.
en zorg ervoor dat de zwarte lijnen op de
positioneringstool met laag profiel zijn uitgelijnd
met het midden van het klepmechanisme.
van het klepmechanisme tussen de twee zwarte
lijnen. Markeer tevens de locatie van de distale
aansluithaakjes/katheters op het proximale en distale
uiteinde (zie Afbeelding 7). Dit maakt het eenvoudiger
de juiste positie en richting van de positioneringstool
boven de geïmplanteerde klep te realiseren.
positioneringstool zijn uitgelijnd met de markering
voor het midden van het klepmechanisme en dat de pijl
voor de stroomrichting is uitgelijnd met de markeringen
voor de proximale en distale aansluithaakjes/katheters.
86
21-05-2015 23:31:00