Halyard MIC GE FEEDING TUBE Instrucciones página 42

informatiegedeelte. Als deze verschillen, moeten de sonde en de ring worden
aangepast. Nadere informatie vindt u onder 'Verzorging van de sonde' .
4. Prepareer de medicatie zoals voorgeschreven door de apotheker.
5. Vul een ENFit -spuit met de juiste hoeveelheid medicatie.
®
6. Open de dop op de voorgeschreven toegangspoort van de MIC* GE-sonde.
7. Spoel de sonde met een ENFit
water (zie hierboven onder 'Spoelen van de sonde').
8. Bevestig de ENFit ® -spuit die de medicatie bevat stevig op de toegangspoort.
Draai de spuit niet te strak op de toegangspoort.
9. Dien de medicatie toe door het indrukken van de zuiger van de ENFit®-spuit.
10. Verwijder de spuit uit de toegangspoort.
11. Gebruik een ENFit -spuit om de sonde met de voorgeschreven hoeveelheid
®
water door te spoelen, zoals beschreven in de 'Algemene richtlijnen voor het
doorspoelen van de sonde' .
12. Plaats de dop weer op de toegangspoort om deze te sluiten.
Decompressie van de maag
Sommige specialisten adviseren decompressie van de maag (lucht- of
vloeistofafzuiging) vóór of na de voeding. Volg de instructies van uw specialist
op. Open de maagtoegangspoort en sluit deze aan op zwaartekrachtdrainage
of lage intermitterende afzuiging. Daardoor kan de inhoud en/of het gas in de
maag ontsnappen. Vergeet niet de voedingssonde te spoelen, zoals hierboven
beschreven onder 'Spoelen van de sonde' . Gebruik geen continue afzuiging
of intermitterende afzuiging met hoge druk. Door hoge druk kan de sonde
inklappen en letsel veroorzaken.
Verzorging van de stoma
Terwijl de stoma geneest, moet de plaats voorzichtig drie keer per dag
met een normale fysiologische zoutoplossing worden gereinigd om kleine
slijmhoeveelheden te verwijderen die zich meestal rondom de stoma
ophopen. Als het slijm opdroogt, kan de huid geïrriteerd raken. Door een kleine
hoeveelheid water aan te brengen, kan het opgedroogde materiaal losraken.
Nadat de stoma is genezen, moet de plaats grondig met water en milde
zeep worden gereinigd. Een verband is niet noodzakelijk en draagt bij aan
huidverweking en -infectie. Tenzij aanbevolen door uw specialist, mag u geen
zalven of poeders gebruiken. Gebruik geen producten op basis van minerale olie
of vaseline. DRAAI DE SONDE NIET. Jejunale sondes mogen NIET worden gedraaid
omdat ze kunnen knikken. Als er een knik in de sonde ontstaat, moet u uw arts
raadplegen.
Verzorging van de sonde
1. Ballononderhoud: controleer één keer per week het watervolume in
de ballon. Steek een mannelijke luerspuit in de ballonvulpoort (met de
aanduiding BAL). Zuig het water uit de ballon. De hoeveelheid opgezogen
water moet gelijk zijn aan de voorgeschreven hoeveelheid. Als u minder dan
de voorgeschreven hoeveelheid opzuigt, moet u de hoeveelheid vervangen
zoals door uw specialist voorgeschreven. Voeg nooit water toe voordat u
al het water uit de ballon hebt opgezogen. Overschrijd de voorgeschreven
hoeveelheid water niet.
NB: Het gebruik van een luerlockspuit kan dit bemoeilijken. Daarom wordt een
luerslipspuit aangeraden.
2. Verandering in lengte van de sonde: controleer het cijfer (centimeters)
op de sonde vóór elke voeding en tijdens de verzorging van de sonde.
Vergelijk de positie van de sonde met het cijfer in het informatiegedeelte.
Als de lengte te kort of te lang is, moeten de sonde en beide zijden van de
retentiering met water en zeep worden gewassen. Pas de ring en sonde aan
tot de originele positie. De ring moet zich op een afstand van 1-2 mm van
de stoma bevinden om de ballon tegen de binnenkant van de maagwand te
verankeren.
3. Verstopping van de sonde: verstoppingen kunnen worden veroorzaakt
door voeding of andere ophopingen (lichaamsvocht, medicatie) binnen in
de sonde. Voorkom dit door de sonde grondig te spoelen zoals hierboven
beschreven onder 'Spoelen van de sonde' . Als de stroming moeizaam
is, injecteer dan voorzichtig het water en laat het weer uit de sonde
terugstromen totdat de verstopping is verwijderd. Als u te veel weerstand
voelt en helemaal geen water kunt injecteren, moet de sonde wellicht
opnieuw worden geplaatst of vervangen, omdat deze geknikt is. Door hoge
druk kan de sonde scheuren. Als de verstopping zich boven de huidlijn
42
-spuit met de voorgeschreven hoeveelheid
®
bevindt, moet u de sonde tussen uw vingers masseren om zo de verstopping
te verhelpen. Als geen van deze maatregelen helpt, moet u uw specialist
raadplegen. De sonde kan scheuren als u vreemde voorwerpen in de sonde
steekt.
4. Granulatieweefsel: een kleine hoeveelheid extra weefsel rondom
de stomaplaats is gewoon een poging van het lichaam om de wond te
genezen. Dit is normaal. Het is ook normaal dat het extra weefsel een kleine
hoeveelheid slijm afgeeft. Als het weefsel overmatig bloedt, vocht afgeeft
of de plaatsing van de externe retentiering belemmert, moet u uw specialist
raadplegen.
5. Ongebruikelijke symptomen: Raadpleeg uw zorgverlener als een van de
volgende symptomen optreden: buikpijn • onbehaaglijk gevoel in de buik •
gevoelige buik • buikdistensie • duizeligheid of flauwvallen • onverklaarbare
koorts • ongebruikelijke hoeveelheid bloed door of rondom de sonde.
WAT U \MOET DOEN
JA Irrigeer beide toegangspoorten om de zes uur met water
JA Houd de maag- en jejunale toegangspoorten schoon.
JA Was de sonde en externe retentiering vaak.
JA Stel de externe retentiering af op een afstand van 1-2 mm van de
huid.
JA Gebruik een commercieel geprepareerde voeding voor jejunale
voeding.
JA Gebruik een voedingspomp voor het toedienen van de voeding.
WAT U NIET MOET DOEN
NEE Laat geen voeding in de sonde zitten.
NEE Gebruik geen dieet dat niet door uw zorgverlener is voorgeschreven.
NEE Vul de ballon niet met lucht, medicatie of voedsel.
NEE Duw de externe retentiering niet strak tegen de buik.
NEE Klem de sonde niet vast met instrumenten die de sonde kunnen
beschadigen.
NEE Gebruik geen glijmiddelen en crèmes op oliebasis.
NEE Gebruik geen op zwaartekracht gebaseerde voedingen of
bolusvoedingen via de jejunumpoort.
NEE Gebruik geen afzuiging op de jejunumpoort en controleer de
jejunumpoort niet op restanten.
NEE Draai de sonde niet in een cirkel.
NEE Maak de ring niet met tape vast aan de huid.
NEE Probeer een verstopping niet te verwijderen met een draad of ander
vreemd voorwerp.