batterij. Het geluidssignaal blijft tot het apparaat wordt uitgeschakeld of met het net wordt
aangesloten.
Als het apparaat niet wordt gebruikt, de batterij minstens om de 2 maanden een
keer opladen.
De gemiddelde levensduur van de batterij is 2 jaar. Wij adviseren om de batterij
vervolgens te vervangen.
11 - INBEDRIJFSTELLING EN AFSTELLING VAN DE VACUÜMGRAAD (afb. D)
d.1) De aspirator inschakelen door op de groene lichtdrukknop (17) te drukken. Zodra hij
aan is, zal de drukknop oplichten en begint de aspiratie.
Regel als volgt de vacuümgraad via de stelknop voor het vacuüm (19):
d.2) Sluit met de vinger het open uiteinde van de canule of van de buis.
d.3) Draai de knop (19) naar rechts voor toename van het vacuüm. Naar links voor
afname. Lees de bereikte waarde op de vacuümmeter af.
d.4) Als de vacuümwaarde is gekozen, de vinger van de canule of van de buis
verwijderen.
d.5) Nu is de aspirator gebruiksklaar.
d.6) Druk opnieuw op de groene lichtdrukknop (17) om het apparaat uit te schakelen.
N.B. = bijgeleverd een connector met klep waarmee het vacuüm kan worden
afgesteld zonder gebruik te maken van de knop van het bedieningspaneel van het
aanzuigsysteem. Open de klep om de stroom af te stellen en sluit de opening geleidelijk
met de vinger. Hoe meer de opening gesloten is des te hoger de mate van vacuüm.
Om te vermijden dat de vloeistoffen niet worden geaspireerd, raden wij aan om de beker
te legen voor de vloeistof de drijver bereikt.
12 - VERWIJDERING VAN DE VLOEISTOFFEN EN VAN DE WEGWERPZAK
Het is van belang om niet te vergeten dat de geaspireerde vloeistoffen in de beker
kunnen besmet zijn. Verwijder ze dus volgens de geldende procedures, voorzien voor
dit type afvalstoffen.
De verwijdering van de bekers, bestemd voor de opvang van potentieel besmette
lichaamsvloeistoffen, moeten evenals de vloeistoffen verwijderd worden volgens de
geldende procedures, voorzien voor dit type afvalstoffen. Bij thuisgebruik zouden op het
medisch voorschrift, voor het gebruik van de aspirator, de instructies moeten vermeld
worden voor de verwijdering van de wegwerpbekers en de geaspireerde vloeistoffen.
13 - REINIGING EN ONTSMETTEN VAN DE ASPIRATOR
De aspirator kan worden gereinigd en ontsmet met een spons of een zachte doek,
bevochtigd met een koude desinfecterende oplossing (bv. een natriumhypochloriet
oplossing met een concentratie van maximaal 2%), zoals aangegeven door de fabrikant.
Controleer of de oplossing compatibel is met het materiaal van de aspirator, in alternatief
de procedures van het ziekenhuis volgen.
De aspirator niet reinigen met en onderdompelen in water.
Voor de reiniging de aspirator steeds uitschakelen en van het elektriciteitsnet
afsluiten.
14 - REINIGING EN STERILISATIE VAN DE HERBRUIKBARE BEKER
De bekers moeten na elk gebruik gereinigd en gesteriliseerd worden, zoals hier
vervolgens wordt beschreven:
Reiniging
De belangrijkste onderdelen van de recipiënt scheiden, zoals de beker met
graadverdeling, het deksel en de drijver. Alle oppervlakken van het apparaat zorgvuldig
wassen met warm water, niet warmer dan 60°C. De onderdelen zorgvuldig afdrogen
met een zacht, niet schurend doek.
Sterilisatie
Plaats de delen in een autoclaaf en steriliseer gedurende minstens 15 minuten (bij
voorkeur niet langer dan 30 minuten) met stoom op een temperatuur van 121 °C. De
beker moet ondersteboven geplaatst worden (met de basis omhoog).
De stoomsterilisatie kan maximaal 15 keer uitgevoerd worden zonder dat de
eigenschappen van het materiaal, gebruikt voor de componenten, wijzigingen
ondergaan die de werking kunnen schaden. Sterilisatie kan de kleur of het uiterlijk
van de componenten te wijzigen, maar dit beïnvloedt de werking van de inrichting.
Na de sterilisatie en voor elke assemblage is een visuele controle van de onderdelen
aanbevolen. Ook een koude sterilisatie met ethyleenoxide of met gammastralen is
mogelijk, volgens de aanwijzingen geleverd met de apparatuur.
15 - ANTIBACTERIËLE FILTER EN VERBINDINGSBUIZEN
De antibacteriële filter en de verbindingsbuizen in PVC kunnen niet met stoom
gesteriliseerd worden en zijn voor eenmalig gebruik. Bij vervuiling, vergeling of
geminderde prestaties van de zuiger moet de antibacteriële filter vervangen worden.
telkens de zuiger op andere patiënten wordt gebruikt, moet u de filter vervangen.
Wij adviseren om in elk geval de filter om de twee maanden minstens een keer te
vervangen.
17 - VERVANGING VAN DE LUCHTFILTER (afb. F)
De filter bevindt zich in het onderste gedeelte van het zuiglichaam. telkens de prestaties
van de aspirator (vacuümgraad en flux) kleiner zijn dan aangeduid op de typeplaat,
moet de filter vervangen worden. Vervang hem hoe dan ook jaarlijks. De filter mag niet
gewassen of geregenereerd worden maar moet steeds door een nieuwe vervangen
worden.
• De schroef (29) losdraaien, het deksel (27) verwijderen en de filter (28) uittrekken.
• De nieuwe filter (28) in de zitting plaatsen.
• Het deksel (27) sluiten en de schroef (29) vastdraaien.
NEDERLANDS
Alvorens de filter te verwijderen, alle nodige maatregelen nemen voor de veiligheid
van het personeel.
17 - VERWIJDERING VAN DE ASPIRATOR
De aspirator en zijn onderdelen zijn vervaardigd ui kunststofmateriaal en metaal.
Wanneer de aspirator buiten gebruik is gesteld, moeten de materialen volgens de
geldende normen verwijderd worden.
18 - STORINGEN, MOGELIJKE OORZAKEN EN OPLOSSINGEN
STORINGEN
• Het apparaat
gaat niet aan
• Het apparaat
zuigt niet.
• De prestaties
van het
apparaat
verschillen van
de aangeduide
prestaties.
Als de aspirator na de bovenstaande controles niet correct werkt, moet hij in een
erkend laboratorium gecontroleerd worden.
19 - TECHNISCHE GEGEVENS
Voeding
Spanning
Definitie volgens de norm
UNI EN ISO 10079-1
Absorptie bij 12V DC
Maximale vacuümgraad
Maximaal debiet vrije lucht 30±4 l/min
Laadtijd van de batterij
Batterijtype
Autonomie met
batterijvoeding
Type werking
Inhoud standaard beker
Gewicht met beker
van1000ml
Afmetingen: lengte
breedte
hoogte
Classificatie volgens IEC
EN 60601-1
Classificatie volgens
UNI EN ISO 10079-1:
20 - ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de norm IEC EN 60601-1-2:2010
inzake elektromagnetische compatibiliteit van medische hulpmiddelen. De
overeenstemming met de EMC-norm is geen garantie voor volledige immuniteit van
het product. Bepaalde apparaten (mobiele telefoons, pagers, enz.), gebruikt in de
buurt van de medische apparatuur, kunnen de werking van het toestel onderbreken.
27
MOGELIJKE OORZAKEN
OPLOSSINGEN
• Schakelaar uit.
• Druk op de schakelaar.
• Batterij op.
• Laad de batterij op.
• Voedingskabel niet
• Sluit de voedingskabel aan.
aangesloten.
• De verbindingsbuizen of de
• De buizen of de filters correct
antibacteriële filter zijn niet
in hun zittingen voegen, zoals
correct ingevoegd.
aangeduid in de instructies.
• Het deksel van de beker is
• Sluit het deksel van de beker op
niet goed gesloten.
correcte wijze.
• De wegwerpzak is
• De wegwerpzak correct in de
niet correct in de beker
beker monteren.
gemonteerd.
• De stelknop voor het
• De knop naar rechts draaien.
vacuüm is helemaal naar
links gedraaid.
• De drijver van de beker is
• De drijver van de beker
geblokkeerd.
deblokkeren en controleren of hij
vrij in zijn zitting kan bewegen.
• Batterij op.
• Laad de batterij op.
• De voeding is niet correct
• De voeding correct op het net of
op het net of op de aspirator
op de aspirator aansluiten.
aangesloten.
• De stelknop voor het
• De knop naar rechts draaien.
vacuüm is helemaal naar
links gedraaid.
• Het deksel van de beker is
• Sluit het deksel van de beker op
niet goed gesloten.
correcte wijze.
• De wegwerpzak is
• De wegwerpzak correct in de
niet correct in de beker
beker monteren.
gemonteerd.
• De drijver van de beker
• De drijver van de beker is
deblokkeren en controleren of hij
geblokkeerd.
vrij in zijn zitting kan bewegen.
• De verbindingbuizen zijn
• De buizen vervangen.
defect.
• De luchtfilter is verstopt.
• De luchtfilter vervangen.
15V DC 4.0A
12V DC
Hoog vacuüm/hoge flux
36 W
-80kPa (- 0.80 bar)
ong. 7 uren
Pb 12V DC
40 minuten (afhankelijk van het gebruik)
Continu
1000ml
3,8 kg
350mm
140mm
280mm
• Apparaat klasse IIb.
• Apparaat met interne elektriciteitsbron.
• Apparaat met applicatiedeel type BF.
• Apparaat niet geschikt voor gebruik met mengsels.
• verdoving met lucht, zuurstof of distikstofoxide
• Apparaat voor hoog vacuüm en laag debiet
• Apparaat geschikt voor het gebruik ter plaatse en bij
ziekenvervoer