NL
204
BEDIENING
4.25 Grillfunctie (alleen aan rechterkant)
Voor het gebruik van de grillfunctie advise-
ren wij onze aanbevolen inductiegrillplaat te
gebruiken
1. Schakel de kookplaat in en positioneer de
grillplaat.
2. Druk voor het selecteren op het display van
de kookfase (als toets). Het weergavepunt
van de geselecteerde kookzone licht op.
3. Druk op de grilltoets om de grillfunctie te
activeren.
De voorste en achterste kookzone worden
samen geschakeld.
4. Bedien daarna het sensorveld. Een kookfa-
se wordt ingeschakeld.
Leg het te grillen voedsel op de grillplaat.
De grillplaat op de kookzone zetten en het
te grillen product erin leggen:
stand 1 - 3 voor groenten
stand 4 - 6 voor vis
stand 7 - 9 voor vlees
5. Voor het uitschakelen van de grillfunctie de
grilltoets of de kookplaat uitschakelen.
Opmerkingen
-
Kookplaat niet zonder toezicht laten.
-
De betreff ende standen naar eigen
voorkeur instellen.