Veiligheidsfuncties
Intra-uteriene druk bereikt 150 mmHg
Werkelijke intra-uteriene druk ligt
10 mmHg boven instelling van de intra-
uteriene streefdruk
Werkelijke intra-uteriene druk
> 200 mmHg
Slangsetinstallatie controleren
nl
Fouten in het drukmeetsysteem
Weegschaal overbelast
Weegschaal tijdens gebruik be-/ontla-
den
Drukinstelling bij opnieuw inschakelen
Deficitgrens
Deficitverhoging > 300 ml/min
Ernstige systeemfout
384 / 412
7
Veiligheidsfuncties
De elektronica controleert continu of het systeem goed werkt. Fouten in het sys-
teem worden gesignaleerd door alarmsignalen, foutmeldingen en/of het blokkeren
van systeemfuncties. Een samenvatting van de foutmeldingen en waarschuwingen
in tabelvorm vindt u in hoofdstuk Fout- en alarmmeldingen [} 394].
De melding Maximum Pressure (maximale druk) verschijnt gedurende 3 seconden
zodra de intra-uteriene druk 150 mmHg overschrijdt. De maximaal toegestane
druk is bereikt.
Als de werkelijke intra-uteriene druk de intra-uteriene streefdruk langer dan 5 se-
conden met 10 mmHg overschrijdt, dan verschijnt de melding Overpressure Open
Stopcock (overdruk/open afsluitkraan) en klinken er drie alarmsignalen. De drukre-
ductiefunctie treedt in werking en het rolwiel beweegt tijdens het drukreductiepro-
ces een paar keer heen en weer. Als de druk niet kan worden gereduceerd, dan
stopt het rolwiel, verschijnt de melding Overpressure/Check Stopcock (overdruk/
controleer afsluitkraan) en klinken er vijf korte, ononderbroken alarmsignalen tot-
dat de overdruk gereduceerd wordt.
Als de werkelijke intra-uteriene druk langer dan 5 seconden boven de 200 mmHg
uitkomt, blijft het rolwiel staan en verschijnt de melding Overpressure Check Stop-
cock (overdruk/controleer afsluitkraan). Er klinken vijf korte, ononderbroken alarm-
signalen totdat de druk gereduceerd wordt. Zodra de werkelijke intra-uteriene druk
tot onder de 200 mmHg is gedaald, stoppen de alarmsignalen en gaat het rolwiel
automatisch weer draaien.
Als de toevoerslangset niet correct in het rolwiel is aangebracht, klinkt na het in-
drukken van de toets Prime (voorbereiding) een kort alarmsignaal en verschijnt de
melding CheckTube Set Installation (controleer slangsetinstallatie). Het rolwiel
wordt niet gestart.
Als er een fout optreedt in de drukmeetelektronica, verschijnt de melding Sensor
Error (sensorfout) en klinken er vijf korte alarmsignalen. Het rolwiel stopt met
draaien.
Als het maximaal toegestane gewicht van de weegschaal (reservoirweegschaal)
wordt overschreden, klinken er drie alarmsignalen en verschijnt de melding Scale
Overloaded Check Scale (weegschaal overbelast, controleer weegschaal). Zodra het
overtollig gewicht van de weegschaal is verwijderd, stopt het alarmsignaal en ver-
dwijnt de melding weer.
Als tijdens het gebruik van de pomp een reservoir van de weegschaal wordt verwij-
derd of een nieuwe vloeistofzak wordt opgehangen, verschijnt de melding Contai-
ner Change, Press Resume (vervangen van reservoir, druk op hervatten) zolang het
vervangen van het reservoir bezig is, vergezeld door drie alarmsignalen, of Bag
Change, Please Proceed (vervangen van zak, doorgaan a.u.b.) gedurende 5 secon-
den, vergezeld door één alarmsignaal.
Als de laatste instelling van de intra-uteriene streefdruk meer dan 80 mmHg be-
droeg, wordt deze teruggezet op de standaardwaarde van 80 mmHg.
Bij het bereiken van de vooraf ingestelde deficitdrempel en tevens voor elke extra
toename van het deficit met 100 ml boven de drempel wordt de melding Deficit Li-
mit Exceeded (deficitgrens overschreden) weergegeven, samen met 3 alarmsigna-
len. Na 2 seconden wordt deze melding vervangen door de continue melding Defi-
cit Limit Reached (deficitgrens bereikt), opnieuw vergezeld door drie alarmsignalen.
Als de deficitverhoging meer dan 300 ml/min. bedraagt, klinken er drie alarmsigna-
len en verschijnt de melding High Fluid Loss Check Leakage (hoog vloeistofverlies,
controleer op lekkage). Als er geen duidelijke oorzaak voor het hoge vloeistofverlies
kan worden vastgesteld, moet de patiënte worden onderzocht op een mogelijke
cervix- of uterusperforatie.
Een aantal componenten van het systeem wordt tijdens bedrijf en tijdens het op-
starten geobserveerd. Er klinken vijf korte alarmsignalen en er verschijnt een mel-
ding "Component" Error ('component' fout). Raadpleeg Fout- en alarmmeldingen
[} 394] voor meer informatie over componenten die aan deze fout gekoppeld zijn.
Fouten kunnen ook optreden tijdens het opstarten, voordat de pompdisplay is ge-
activeerd. In die gevallen blijft het pompdisplay leeg.