Bediening van het systeem
Afb. 5–1 Voorzijde van de spoel-
pompeenheid
(1)
Pompdisplay
(2) Display van de werkelijke intra-
uteriene druk
(3) Display van de vloeistofdeficit-
grens
(4) Deficitmeter
(5) Deficitdisplay
(6) Houder voor toevoerslang
(7)
Rolwiel
(8) Druksensor
(9) Reset deficitknop (Zero, nulstel-
ling)
(10
Deficitgrens verlagen
(11) Deficitgrens verhogen
(12) Instelling voor intra-uteriene
streefdruk verlagen
nl
(13) Instelling voor intra-uteriene
streefdruk verhogen
(14) Display van de intra-uteriene
streefdruk
(15) AAN/UIT-schakelaar
(16) Toets Pause/Resume (pauze/
hervatten)
(17) Toets Prime (voorbereiding)
Afb. 5–2 Achterzijde van de spoel-
pompeenheid
(1)
Aansluiting voor laag vacuüm
(wit)
(2) Productetiket
(3) Vermogensgegevens van het
apparaat
(4) Insteldraaiknop voor hoog vacu-
üm
(5) Aansluiting voor hoog vacuüm
(groen)
(6) Zekeringhouder(s)
(7)
Netsnoeraansluiting
(8) Voedingsaansluiting voor net-
snoer van de MyoSure® bedie-
ningseenheid
(9) Aansluiting
ning
(10
Service-interface
(11) Aansluiting voor weegschaal
(12) Afzuigopening
364 / 412
5
Bediening van het systeem
Zorg ervoor dat er iedere keer voor het apparaat wordt gebruikt een functietest
wordt uitgevoerd volgens hoofdstuk Functietest [} 381].
5.1
Voorzijde van de spoelpompeenheid
(17)
(16)
(15)
Maak u vertrouwd met de indeling van de afzonderlijke onderdelen aan de voorzij-
de van de pomp.
5.2
Achterzijde van de spoelpompeenheid
(12)
(11)
potentiaalvereffe-
Maak u vertrouwd met de indeling van de afzonderlijke onderdelen aan de achter-
zijde van de pomp.
(1)
(2)
(3) (4)
(13)
(11)
(14)
(12)
(10)
(1) (2) (3) (4) (5)
(10)
(9)
(8)
(12)
(5)
(6)
(7)
(9)
(8)
(6)
(7)