de zwevende last vast wanneer de bedieningspeer
niet wordt geactiveerd of in geval van stroomuitval.
Veiligheidsvoorzieningen zorgen ervoor dat de
takel voldoet aan de veiligheidsvoorschriften.
Elektrische loopkat:
Dit is een loopkat waarbij de wielen worden
aangedreven door een elektrische tandwielmotor,
gevoed door de elektrische kast die aan de loopkat is
bevestigd. De ECHWT bedieningspeer wordt gebruikt
voor de besturing van de takel en de loopkat en wordt
met een stekker op de elektrische schakelkast van
de loopkat aangesloten. Deze besturing is uitgerust
met 5 knoppen: omhoog, omlaag, rechts, links en
noodstop. Optioneel kan de loopkat worden uitgerust
met twee eindschakelaars om de horizontale
bewegingen van de loopkat te beperken.
De corso duwloopkat: Een aparte folder kan op
aanvraag worden toegestuurd.
2�3� Fysieke afmetingen
Zie technische fiche (op aanvraag)
3� Voorbereiding en installatie
3�1� Vereist gereedschap en materiaal
De volgende gereedschappen en materiaal zijn nodig
om de volt trac
in gebruik te nemen.
TM
•
5mm inbussleutel
•
Schroevendraaier (Philips) PZ1 X 100 geïsoleerd
•
Vlakke schroevendraaier 3,5 x 100 geïsoleerde
kop 3,5 x 100
•
Kettingzak
•
Handslinger (voor loopkat-montage)
OPMERKING: Benodigd gereedschap en
materiaal is afhankelijk van het model en de toepassing
van de takel.
3�2� De loopkat verankeren
Als de takel wordt gebruikt met een handmatige
of elektrische loopkat, moet u controleren of het
draagvermogen van de loopkat gelijk is aan of groter
is dan de nominale belasting van de takel en of de
draagbalk en de draagconstructie sterk genoeg is voor
de nominale belasting van de takel.
Bij de montage van de loopkat aan de balk moet het
ophangoog of ophangplaat worden uitgelijnd zoals in
Fig 16 / 17).
Procedure voor de montage van de loopkat op de
dwarsbalk (Fig 20)
1.
Houd de voorgemonteerde loopkat onder de ligger
en houd voldoende ruimte tussen de loopwielen
om de loopkat op de ligger te kunnen plaatsen.
2.
Plaats twee loopwielen van een van de zijplaten in
contact met de onderflens van de draagbalk.
3.
Plaats de twee wielen van de tegenoverliggende
zijplaat in contact met de draagbalk en draai de
spindel om de twee zijplaten dichter bij elkaar te
brengen. Hierdoor komen de vier loopwielen op
de onderste flens van de balk te rusten.
4.
Stel de afstand tussen de wielen en de balk in op
4/5 mm. zoals weergegeven op afbeelding 20,
gebruik de meegeleverde slinger.
5.
Draai de borgschroeven op de spindel vast om te
voorkomen dat de montage beweegt.
6.
Beveilig de montage.
3�3� De takel verankeren
Alvorens tot elektrische aansluitingen over te gaan,
moet een geschoold persoon controleren of de
draagconstructie en het verankeringspunt sterk genoeg
zijn voor de nominale belasting van de takel. Als de takel
op een voor de gebruiker gevaarlijke plaats moet worden
gemonteerd, moeten de veiligheidsmaatregelen van
de plaatselijke arbeidswetgeving worden toegepast
om alle risico's, die niet in deze handleiding worden
behandeld, weg te nemen.
De takel mag alleen worden verankerd met behulp
van de ophanghaak of de nok (optioneel, zie Fig
14, 14 bis, 15). De last mag alleen aan de lasthaak
worden bevestigd. De ophanghaak moet op een
vast verankeringspunt worden geplaatst, zodat
deze voorziening volledig aan de haak vastklikt. De
veiligheidsklep moet volledig sluiten. Als er problemen
zijn met de bevestiging van de haak op het ankerpunt,
moet er een strop of harpsluiting met het juiste
draagvermogen tussen het ankerpunt en de haak
worden geplaatst.
Bij de bevestiging van de ophangnok moet de
ophangnok met de juiste bouten, sluitringen en
splitpennen op de takel worden bevestigd, zie 3.3.2.
3�3�1� Loopkat met ankeroog en takel met
ophanghaak
De ophanghaak moet in het ankeroog (zie fig.18) van
de spindel van de loopkat worden geplaatst, zodat
deze volledig op de haak vastklikt. De veiligheidsklep
moet volledig sluiten.
3�3�2� Loopkat en takel verbonden met een
nokmontage (directe koppeling)�
Zie Fig. 21
1.
De loopkat is goed gemonteerd op de balk. Zie
montage deel 3.2 van de loopkat.
2.
Plaats de takel ten opzichte van de loopkat
volgens fig.1 en de tabel in fig.21.
NL
67