Wateraansluitingen
1
12.Stuurwiel helemaal naar rechts draaien zodat de aansluiting
op het knikgewricht beter toegankelijk is.
13.Sluit de slang voor recyclingwater aan.
14.Sluit de slang voor schoon water aan.
15.Sluit de slang van de hogedrukreiniger (optie) aan.
Zuigslang
1
Vuilreservoir
2
16.Zuigslang tussen vuilreservoir en zuigmond monteren.
Vuilreservoir demonteren
GEVAAR
Gevaar voor kneuzingen bij neerlaten/optillen van het vuilre-
servoir
Houd voldoende afstand tot het vuilreservoir en tot de rollen van
de parkeersteunen.
Houd voldoende afstand tot de gevarenzone en onderbreek het
optillen/neerlaten van het vuilreservoir onmiddellijk, als iemand
de gevarenzone betreedt.
LET OP
Gevaar voor letsel en beschadiging
Het vuilreservoir en de watertank moeten voor het demonteren
worden geleegd.
Plaats het vuilreservoir alleen op een effen en gladde onder-
grond.
368
Zuigslang
1
Vuilreservoir
2
1. Stuurwiel helemaal naar rechts draaien zodat het knikgewricht
beter toegankelijk is.
2. Zuigslang van het vuilreservoir trekken en verwijderen.
Wateraansluitingen
1
3. Ontkoppel de slangen voor recyclingwater, schoon water en
hogedrukreiniger (optie).
4. Voertuig recht sturen.
Bevestigingsbouten voor vuilreservoir met bevestigingspen
1
Achterste steunen
2
Hoogteverstelling met bout en borgklem
3
Veiligheidshendel met borgklem
4
Nederlands