ACTCART_CH_EN.fm 6/1/04 9:51 am
UC199600212b ML
7 x 9 inches (177.8 x 228.6 mm)
9 PROCEDURE
Dit product is uitsluitend bestemd voor gebruik door daartoe opgeleide personen.
A. Geleverd materiaal:
Patroon voor hoog bereik geactiveerde stollingstijd (HR-ACT), catalogusnummer 402-03
of
Patroon voor recalcified geactiveerde stollingstijd (RACT), catalogusnummer 402-02
of
Patroon voor laag bereik geactiveerde stollingstijd (LR-ACT), catalogusnummer 402-01
B. Benodigd materiaal, niet meegeleverd:
Automatische stollingstimer met hitteblok op 37 °C ± 0,5 °C.
Injectiespuit met naald (bij voorkeur een stompe naald van 18 of 19 gauge, een injectiespuit met catalogusnummer
300-01 en een stompe naald met catalogusnummer 300-02) of een apparaat dat, afhankelijk van de uit te voeren test,
0,200 ml of 0,400 ml afgeeft.
Een monster vers volbloed of citraatbloed, afhankelijk van de uit te voeren test.
C. Werkvolgorde:
®
ACT II
(1) Stel incubatie voor de HR-ACT- en LR-ACT-patronen met vers volbloed in op uit.
(2) Stel incubatie voor de RACT-patronen met citraatbloed in op aan. Raadpleeg de gebruikershandleiding voor
apparaatinstructies.
(3) Tik op het patroon om de activator opnieuw te suspenderen. Zorg er daarbij voor dat aan de wand van het patroon
klevende activator losraakt. Dit losraken wordt bevorderd door met de onderkant van het patroon tegen een
stevige ondergrond te tikken of door met een vinger tegen het patroon te tikken.
(4) HR-ACT- en LR-ACT-patronen
a. Verwarm het patroon in het hitteblok tot 37 °C ± 0,5 °C (wacht 3-5 minuten) en voeg daarna aan elk patroonkanaal
de vereiste hoeveelheid bloedmonster toe (HR-ACT: 0,4 ml/kanaal; LR-ACT: 0,2 ml/kanaal). Elk kanaal is
gemarkeerd met vullijnen die per kanaal de boven- en ondergrens van het monstervolume aangeven.
b. Start de test door het hitteblok van de actuator naar de gesloten positie te draaien.
(5) RACT-patronen
a. Voeg aan elk patroonkanaal de vereiste hoeveelheid bloedmonster toe (0,2 ml/kanaal). Elk kanaal is gemarkeerd
met vullijnen die de boven- en ondergrens van het monstervolume aangeven.
b. Verwarm het patroon en het bloedmonster tegelijkertijd tot 37 °C ± 0,5 °C door incubatie op aan in te stellen en de
test te starten door het hitteblok van de actuator naar de gesloten positie te draaien. De test begint vanzelf zodra
de incubatiecyclus is voltooid.
(6) De uitslagen worden op twee manieren in seconden weergegeven: a) de testtijd voor elk kanaal, en b) het
gemiddelde van en het verschil tussen de kanalen. De weergave op het scherm wordt ingesteld met behulp van
de knop aan de voorzijde.
(7) Gooi het patroon, de injectiespuit en de naald na beëindiging van de test weg in een voor biologisch gevaarlijk
afval goedgekeurde wegwerpcontainer.
Gebruiksaanwijzing
231036-00
MONSTER
SAMPLE
Afbeelding 1. Het patroon vullen
Medtronic Confidential
CS009
PROCEDURE
Nederlands 37