5. Installatievereisten
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Schakel de voedingsspanning uit voordat u gaat wer-
ken aan het product.
‐
U dient er zeker van te zijn dat de voedingsspanning
niet per ongeluk kan worden ingeschakeld.
WAARSCHUWING
Verplettering van de voeten
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Gebruik hijsapparatuur die is goedgekeurd voor het
gewicht van het product bij het uit de doos hijsen van
de pomp.
‐
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen.
WAARSCHUWING
Beknelling van de handen
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Gebruik hijsapparatuur die is goedgekeurd voor het
gewicht van het product bij het uit de doos hijsen van
de pomp.
‐
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen.
Het gebruik van een sinusfilter is verplicht bij bedrijf van
een SPE pompset.
Grundfos adviseert om een 30 cm lange leiding aan de
pomp te bevestigen om het hanteren van de pomp tijdens
de installatie te vergemakkelijken.
Hanteren van de motor
5.1 Controle van de motorvloeistof
De motoren zijn in de fabriek gevuld met een speciale, door de FDA
goedgekeurde, niet-giftige vloeistof die vorstbestendig is tot -20 °C.
Het niveau van de motorvloeistof moet worden gecontro-
leerd en indien nodig moet de motor worden bijgevuld.
Gebruik kraanwater.
Als vorstbescherming noodzakelijk is, dan moet de motor
gevuld worden met een speciale Grundfos vloeistof. An-
ders kan kraanwater worden gebruikt voor het bijvullen.
Vul de vloeistof echter bij zoals hieronder beschreven.
5.1.1 Grundfos MS4000 en MS402 motoren
De vulopening voor de motorvloeistof bevindt zich op de volgende
plaatsen:
•
MS4000: aan de zijkant van de motor dichtbij de bovenkant
•
MS402: aan de onderzijde van de motor.
1. Plaats de onderwaterpomp zoals weergegeven in afb.
Motorpositie tijdens het vullen - MS4000 en MS402. De
vulschroef moet zich op het hoogste punt van de motor
bevinden.
2. Verwijder de schroef uit de vulopening.
3. Injecteer vloeistof in de motor met behulp van de vulspuit totdat
de vloeistof uit de vulopening loopt. Zie afb. Motorpositie tijdens
het vullen - MS4000 en MS402.
4. Draai de schroef weer stevig vast in de vulopening voordat u de
pomp verplaatst.
Aanhaalmomenten
•
MS4000: 3,0 Nm.
•
MS402: 2,0 Nm
De onderwaterpomp is nu gereed om te worden geïnstalleerd.
MS4000
Motorpositie tijdens het vullen - MS4000 en MS402
5.1.2 Grundfos MS6000 motoren
•
Als de motor uit vooraad is geleverd, moet het vloeistofniveau
worden gecontroleerd voordat de motor wordt geïnstalleerd. Zie
afb. Motorpositie tijdens het vullen - MS6000.
•
Tijdens onderhoud moet het vloeistofniveau worden
gecontroleerd. Zie afb.. Motorpositie tijdens het vullen -
MS6000.
Vulprocedure:
De vulopening voor de motorvloeistof bevindt zich aan de
bovenzijde van de motor.
1. Plaats de onderwatermotor zoals getoond in afb. Motorpositie
tijdens het vullen - MS6000. De vulschroef moet zich op het
hoogste punt van de motor bevinden.
2. Verwijder de schroef uit de vulopening.
3. Injecteer vloeistof in de motor met behulp van de vulspuit (afb.
Motorpositie tijdens het vullen - MS6000) totdat de vloeistof uit
de vulopening loopt.
4. Draai de schroef weer stevig vast in de vulopening voordat u de
motor verplaatst.
Draaimoment: 3,0 Nm.
De onderwatermotor is nu gereed om geïnstalleerd te worden.
MS402
309