Reklamationen im Rahmen der Garantie müssen vom Nutzer bei der
Verkaufsstelle des Produkts geltend gemacht werden, die die Reklamation
dann an die entsprechende Thuasne-Einheit weiterleitet.
Reklamationen werden zunächst von Thuasne analysiert, um
festzustellen, ob die Garantiebedingungen erfüllt sind und keine
Haftungsausschlussbedingung vorliegt.
Um die Garantie geltend zu machen, muss der Käufer einen datierten
Original-Kaufbeleg vorlegen.
Sind die Garantiebedingungen erfüllt und wird der entsprechende Anspruch
vom Nutzer oder seinem gesetzlichen Vertreter (Eltern, Vormund...)
innerhalb der oben genannten Gültigkeitsfristen der Garantie geltend
gemacht, hat der Käufer Anspruch auf Austausch des Produkts durch ein
neues Ersatzprodukt.
Es wird ausdrücklich vereinbart, dass diese Garantie zusätzlich zu den
gesetzlichen Garantien gilt, an welche die Verkaufsstelle gegenüber dem
Nutzer aufgrund der einschlägigen Rechtsvorschriften im Land, in dem der
Kauf des Produkts getätigt wurde, gebunden ist.
Diesen Beipackzettel aufbewahren.
nl
RIGIDE ONTLASTENDE KNIEBRACE
Omschrijving/Gebruik
Het hulpmiddel is alleen bedoeld voor de behandeling van de genoemde
indicaties en voor patiënten van wie de maten overeenkomen met de
maattabel.
Gelateraliseerd hulpmiddel (linkerversie, rechterversie)
Verkrijgbaar in 6 standaardmaten en 9 aangepaste maten.
Een maat wordt "aangepast" genoemd wanneer de omvang van de kuit en
van de dij niet overeenstemmen met een standaardmaat. In dat geval kan
de orthese gebruikt worden met een maat verschil tussen de dij en de kuit.
De brace bestaat uit:
- een frame dat de rigiditeit van de orthese garandeert,
- het scharniersysteem TM5+ ① dat de natuurlijke beweging van de
knie nabootst , met een beschermende lip,
- een Loadshifter mechanisme ② (zonder gereedschap) om de zijsteunen
van de orthese te verlengen,
- 2 condylaire kussentjes,
- 4 banden aan de achterzijde ( Ⓐ , Ⓒ, Ⓓ, Ⓔ ) (waarvan een
synergetische suspension strap Ⓐ ), en 2 banden aan de voorzijde
( Ⓑ , Ⓕ ) ❶
- 4 snelsluitingen voor het gemakkelijk openen en sluiten van de achterste
banden ( Ⓐ , Ⓒ, Ⓓ, Ⓔ ), ❸ ❹
De flexie-/extensieverstelling is ontworpen om zonder gereedschap
uitgevoerd te worden.
Extra condylaire kussentjes, beperkingswaarden voor de buigende en de
strekkende bewegingen en extra klittenbanden vindt u in een plastic zakje
in de doos van de orthese.
Afhankelijk van het land van verkoop zijn extra accessoires/
reserveonderdelen beschikbaar.
Samenstelling
Textielcomponenten: elastaan - polyamide - ethyleenvinylacetaat - silicone -
poly-methylmethacrylaat- polyethyleen.
Rigide componenten: aluminium - roestvrij staal - polyoxymethyleen - vinyl -
polypropyleen - polyamide - epoxyhars - messing.
Eigenschappen/Werking
®
De orthese Rebel Reliever
is voornamelijk ontworpen om een verbeterende
kracht uit te oefenen en een uitlijningssteun voor het been dankzij een
ontlastingssysteem met drie steunpunten.
Deze verbeterende krachten verlichten de varus of de valgus en de
excessieve last van het beschadigde deel van de knie.
Door het been een normale uitlijning te geven, helpt de orthese om de
belasting en dus de compressie en de ontsteking te beperken.
Deze ontlasting langs de gekwetste kant draagt over het algemeen bij tot de
vermindering van de pijn en van het verlies van kraakbeen.
De corrigerende eigenschappen van de orthese Rebel Reliever
voorzien voor de correctie van de varus of de valgus (+/- 9°).
In neutrale stand, zonder hoekcorrectie, kan de orthese Rebel Reliever
ook worden gebruikt voor een specifieke immobilisatie met afstelling van de
flexie/extensie van de knie, voor de conservatieve behandeling van blessures
aan de gewrichtsbanden of postoperatieve immobilisatie.
- Extensie verstelbaar tot 0°, 5°, 10°, 15°, 20°, 30° en 40°.
- Flexie verstelbaar tot 0°, 30°, 45°, 60°, 75° en 90°.
De kniebrace sluit perfect op het been aan dankzij:
- de synergetische suspension strap Ⓐ ,
- de vorm van de tibiale schaal (lateraal deel afgerond en mediaal deel
vlak) die rotatie over de kniebrace over het been van de patiënt helpt
voorkomen,
- het compressie-/suspensiepack dat extra steun biedt ter hoogte van de bil.
Indicaties
Symptomatische unicompartimentele femorotibiale artrose (licht tot
ernstig).
Ontlasting van de knie bij posttraumatisch, postoperatief of degeneratief
letsel.
Instabiliteit/laxiteit van gewrichten.
Alternatief voor osteotomie of een beenherstellende operatie.
Conservatieve behandeling van kniebandblessures en/of -breuken
(kruisbanden en/of zijbanden).
Contra-indicaties
Gebruik het hulpmiddel niet indien de diagnose onduidelijk is.
Gebruik het hulpmiddel niet in geval van bekende allergieën voor een van
de componenten.
Laat het hulpmiddel niet in direct contact komen met een beschadigde huid
of een open wond die niet is afgedekt met daarvoor geschikt verband.
Niet gebruiken in geval van ernstige spataderen (voorkom het regelmatig
dragen van een kniebrace).
Niet gebruiken bij genu recurvatum.
Niet gebruiken bij uitgesproken genu varum of genu valgum.
Niet gebruiken bij grote veneuze trombo-embolische aandoeningen zonder
trombo-profylactische behandeling.
Voorzorgsmaatregelen
Controleer de betrouwbaarheid van het hulpmiddel vóór elk gebruik.
Gebruik het hulpmiddel niet als het beschadigd is.
Kies de juiste maat voor de patiënt aan de hand van de maattabel.
Het wordt aanbevolen dat een zorgverlener meekijkt bij de eerste
toepassing.
Houd u strikt aan de voorschriften en de gebruiksinstructies van uw
zorgprofessional.
Dit product is bestemd voor de behandeling van een bepaalde pathologie,
de gebruiksduur ervan is beperkt tot deze behandeling.
Om hygiënische redenen en omwille van de prestatiekwaliteit mag het
hulpmiddel niet door andere patiënten worden gebruikt.
8
Het wordt aanbevolen om het hulpmiddel voldoende aan te spannen voor
goede steun/immobilisatie zonder dat de bloedsomloop wordt beperkt.
Indien in het verleden veneuze of lymfatische aandoeningen zijn
geconstateerd, raadpleeg dan een zorgprofessional.
In geval van ongemak, aanzienlijke hinder, pijn, verschil in omvang van
de ledematen, een abnormaal gevoel of verandering in de kleur van
de ledematen, verwijder het hulpmiddel en neem contact op met een
zorgverlener.
Als de werking van de brace verslechtert, verwijder deze dan en raadpleeg
een zorgverlener.
Controleer vóór elke sportactiviteit samen met uw zorgverlener of het
gebruik van het medische hulpmiddel nog geschikt is.
Houd het hulpmiddel uit de buurt van medische beeldvormende apparatuur.
Gebruik de brace niet als bepaalde producten op de huid zijn aangebracht
(crème, zalf, olie, gel, patches,...).
Ongewenste bijwerkingen
Dit hulpmiddel kan huidreacties (roodheid, jeuk, branderigheid, blaren, enz.)
of zelfs wonden in verschillende mate van ernst veroorzaken.
Elk ernstig voorval met betrekking tot het hulpmiddel moet worden gemeld
aan de fabrikant en aan de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de
gebruiker en/of patiënt is gevestigd.
Gebruiksaanwijzing
Het wordt aanbevolen de brace direct op de huid te dragen, behalve bij
contra-indicaties.
AANWIJZING VOOR HET PLAATSEN VAN DE
ORTHESE BESTEMD VOOR DE ZORGVERLENERS:
Neem deze instructies samen met de patiënt door
tijdens de eerste afstellingen en verzeker u ervan
dat de patiënt begrijpt hoe de orthese aangetrokken
moet worden.
Afstellen van de orthese:
• Stap 1: Beoordeling van de initiële graad van pijn
Beoordeel de graad van pijn van de patiënt om de functie en de
efficiëntie van de afstelling na het aanbrengen te kunnen beoordelen.
• Stap 2: De orthese op het been plaatsen
- Controleer of de 4 gespen van de achterste banden open zijn ❸ .
- Kijk na dat het Loadschifter mechanisme boven elk scharnier in de
neutrale stand staat (zelfde hoogte aan beide kanten).
- Laat de patiënt op de rand van een stoel zitten en vraag om de knie te
buigen met een flexie van 30-60°.
- Plaats de orthese op het blote been ❷ .
Verzeker u ervan dat de maat van de orthese goed is aangepast, door te
controleren of de orthese zonder ruimte aansluit op het been.
Als dit niet het geval is, of als de orthese juist te hard spant, verander
dan de structuur van de orthese, indien mogelijk, of meet opnieuw en
selecteer de juiste maat (zie matentabel).
• Stap 3: De orthese aantrekken
- Sluit de suspension strap Ⓐ met de gesp zodat deze zich boven de
spier van de kuit bevindt, juist onder de plooi van de knie ❹ .
- Stel de spanning af met de klittenbandsluiting op de band.
- Sluit de voorste tibiale band Ⓑ zonder deze te hard aan te trekken.
Door de banden Ⓐ en Ⓑ aan te spannen, past u de positie van het
scharnier aan.
De scharnieren en het rigide frame van de kniebrace dienen minimaal
uitgelijnd te zijn op de middellijn van het been erachter (tweederde van
het been in het sagittale plan).
Na het afstellen van de voorste tibiale band vraagt u de patiënt om deze
band gesloten te laten als hij/zij de orthese aan- of uittrekt.
- Sluit vervolgens de onderste band Ⓒ , dan de twee achterste banden
®
zijn
van het bovenbeen Ⓓ en Ⓔ en sluit tot slot de achterste band van het
bovenbeen Ⓕ , met hun respectieve gespen of klittenbanden.
®
De gespen waar de banden doorlopen, kunnen zo worden ingesteld dat
deze goed plat tegen de achterzijde van het been aanliggen.
Als een of meerdere riemen van de orthese te lang zijn, kunt u elk van
hen afsnijden op gewenste lengte.
Verwijder de klittenbandklauw, snij de riem af op de gewenste lengte en
plaats de klauw opnieuw op het uiteinde van de riem ❺ .
Let erop dat u de banden niet te kort afsnijdt.
De padding die bevestigd zijn aan de binnenkant van de banden
moeten hierbij worden verwijderd (om ze niet te beschadigen tijdens
het afsnijden), en vervolgens worden teruggeplaatst.
• Stap 4: Controle van het aantrekken en de graad van pijn voor het
aanpassen van de correctie.
Vraag aan de patiënt om op te staan en een tiental stappen te zetten
terwijl hij/zij normaal voor zich uit kijkt.
Verzeker u ervan dat de orthese goed op het been aansluit.
Vergelijk de graad van pijn na het instellen in neutrale stand met de
graad van pijn van de patiënt voor het afstellen door aan de patiënt te
vragen wat hij/zij voelt.
Zodra de orthese is afgesteld en de banden correct zijn aangebracht,
laat u de klittenbanden zitten en gebruikt u de snelsluitingen om het
product te plaatsen en verwijderen.
Tijdens de eerste plaatsing is het niet nodig om de positie van de
klittenbanden waarmee de banden aan het stijve frame van de orthese
zijn bevestigd, te wijzigen. Ze zijn bedoeld om de baden te verwisselen,
indien nodig.
Deze handeling moet worden uitgevoerd door een zorgprofessional.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de betreffende vervangingsset.
• Stap 5: Instellen van de correctie
Dankzij het Loadshifter mechanisme ② wijzigt u de hoek van de femorale
schaal van de orthese om de correctie van het ontlastingssysteem met
drie steunpunten te verhogen, en dus de ontlasting van het gekwetste
deel van het mediale of laterale deel van de knie. ❻
De twee zijsteunen van het rigide frame ② zijn standaard uitgelijnd op
neutrale stand op halve hoogte.
Om de correctie optimaal aan te passen, raden wij aan om de zijsteun
aan de gekwetste kant te verlengen. Dit geeft meer hefboomkracht.
Als de patiënt kleiner is, is het echter ook mogelijk om de correctie aan te
passen door de zijsteun langs de gezonde kant te verkorten.
In sommige gevallen van ernstige gonarthrose en/of varus-
valgusvervormingen is het echter mogelijk om de zijsteunen van het
rigide frame aan te buigen.
Om het Loadshifter mechanisme ② af te stellen, het plastic klepje (Snap
Lock) dat zich boven het scharnier bevindt, opheffen en langs de zijde
waar de aanpassing nodig is, de zijsteun verlengen of verkorten, en het
klepje weer sluiten. ❼
Tip: als de kleppen moeilijk te openen zijn, beweegt u deze
snel heen en weer aan de weerszijden van de zijsteun om het
mechanisme te ontgrendelen. ❼
Interne/mediale femorotibiale gonarthrose: deze orthese is
aanbevolen voor het behandelen van gonarthrose met interne/mediale
femorotibiale predominantie.
Er werd dus een dikker condylair kussentje op de externe/laterale
scharnier geplaatst (langs de kant tegenover het gekwetste
compartiment).
Om de correctie te verhogen kan de interne/mediale zijsteun (aan
gekwetste kant) verlengd worden ten opzichte van de externe/laterale
kant, of kan de externe/laterale kant verkort worden ten opzichte van
de interne/mediale kant.
Externe/laterale femorotibiale gonarthrose: deze orthese is ook
aanbevolen voor het behandelen van gonarthrose met externe/laterale
femorotibiale predominantie.
Het dikkere condylaire kussentje moet dus op de interne/mediale
scharnier worden geplaatst (langs de kant tegenover het gekwetste
compartiment). Om de correctie te verhogen, moet de buitenste/
laterale (gekwetste kant) zijsteun dus worden verlengd ten opzichte
van de binnenste/mediale zijsteun of kan de binnenste/mediale zijsteun
worden ingekort ten opzichte van de buitenste/laterale zijsteun.
• Stap 6: Beoordeling van de graad van pijn na het aanpassen van de
correctie
Na het aanpassen van de ontlasting van de orthese:
- Opnieuw vragen aan de patiënt om tien stappen te zetten en zijn/haar
graad van pijn te beoordelen.
- De handeling herhalen en de correctie verhogen of verminderen
totdat ze voldoende is en optimaal voor de patiënt.
- Als de patiënt zich niet comfortabel voelt, verminder dan de correctie
door de hoek van de femorale schaal te verkleinen.
- Eens dat de afstelling van de orthese bepaald is, is het mogelijk om
het overtollige deel van de stoffering juist boven de knie af te snijden.
Voor een conservatieve behandeling raden we aan om met een lichte
correctie te beginnen, en de patiënt de orthese gedurende één of twee
weken te laten dragen.
Als het nodig is om de correctie te versterken, de patiënt opnieuw zien.
In de doos van de orthese zit een zakje met een extra set van condylaire
kussentjes.
Indien nodig, gebruik dan dikkere kussentjes om de druk aan beide
kanten van de knie te verhogen.
De lijnen en nummers staan op de zijsteunen van het rigide frame
van de kniebrace. Er is geen correlatie tussen deze graadverdeling en
de specifieke correctiegraden. Ze dienen om het initiële niveau van
correctie van de paiënt in zijn dossier te noteren.
Buig-/strekcontrole:
De orthese wordt standaard met een extensiebeperking van 0°
geleverd.
Ga als volgt te werk als u die instelling wilt veranderen. Pas dezelfde
beperking op beide scharnieren toe.
De beperkingswaarden voor het strekken zijn vermeld op een plastic
drager die in de doos wordt meegeleverd ❽ ❾ .
De extensie is verstelbaar tot 0°, 5°, 10°, 15°, 20°, 30° en 40°.
De flexie is verstelbaar tot 0°, 30°, 45°, 60°, 75° en 90°.
• Instelling van de strekbeperking:
1. Kies de gewenste strekbeperking op de plastic drager ❽ .
2. Open de kap van het scharnier met de sluitveer aan de achterkant:
druk de sluitveer naar binnen om de kap open te zetten.
3. Verwijder de strekbeperking die erin zit door het scharnier licht te
plooien. Let goed op de inschuifrichting van de beperking.
4. Voeg de nieuwe strekbeperking in. Controleer of de vorm van dit
onderdeel de omtrek van de kap goed volgt.
Plaats het scharnier in maximale strekstand om de juiste positie van
de strekbeperking te bepalen.
5. Sluit de kap.
Enkele buig- en strekbewegingen uitvoeren om na te gaan of de
beperking goed vergrendeld is op de gewenste hoek.
• Instelling van de buigbeperking:
1. Kies de gewenste buigbeperking op de plastic drager. ❾
2. Open de kap van het scharnier met de sluitveer aan de achterkant:
druk de sluitveer naar binnen om de kap open te zetten.
3. Plaats het scharnier in de maximale strekstand en schuif de gewenste
buigbeperking op haar plaats (de buigbeperkingen worden aan de
achterkant van het scharnier geplaatst).
Zorg ervoor dat het gat in de buigbeperking samenvalt met het gat
in het scharnier (metalen gedeelte).
4. Sluit de kap.
Enkele buig- en strekbewegingen uitvoeren om na te gaan of de
beperking goed vergrendeld is op de gewenste hoek.
• Definitieve vergrendeling van de kap van het scharnier (om te
vermijden dat de patiënt deze opent):
1. Maak het plastic onderdeel vast waarmee de kap op zijn steun wordt
vergrendeld. ❾ⓐ
2. Sluit de kap en oriënteer het vergrendelingsstuk zo dat het in de
inkeping van de kap schuift.
Druk daarna op dit onderdeel tot het niet verder meer kan.
Opgelet:
Het afstellen van de flexie/extensie moet door de zorgverlener bepaald
en uitgevoerd worden, dus niet door de patiënt.
Het is essentieel dat de hoek dezelfde is voor de twee scharnieren.
Als dat niet zo is, kunnen de scharnieren beschadigd raken en zou de
patiënt letsel kunnen oplopen.
AANWIJZING VOOR HET PLAATSEN VAN DE ORTHESE
DOOR DE PATIËNT:
De zorgverlener die de eerste aanpassing van
uw orthese heeft uitgevoerd, heeft alle nodige
instellingen gedaan van de correctiekracht
uitgeoefend door de orthesen, de condylaire
kussentjes en de lengte van de banden. Hij zal u ook
uitleggen hoe u de orthese kunt aantrekken.
De orthese aantrekken:
• Stap 1: Ga op de rand van een stoel zitten en buig uw been lichtjes (30°
tot 60°).
• Stap 2: Open de 4 gespen van de achterste banden ( Ⓐ, Ⓒ, Ⓓ, Ⓔ ) en
plaats de othese op het been. ❷
De condylaire kussentjes die bevestigd zijn aan de binnenkant van de
scharnieren moeten op de zijkanten van de knie drukken.