NEDERLANDS
Het Vital-Port® vasculaire introductiesysteem
LET OP: Krachtens de federale wetgeving van de Verenigde Staten mag dit hulpmiddel uitsluitend worden
verkocht door, of op voorschrift van, een arts (of een naar behoren gediplomeerde zorgverlener).
INLEIDING
Het Vital-Port vasculaire introductiesysteem is een volledig implanteerbaar subcutaan systeem voor patiënten bij wie
herhaaldelijk intermitterende vasculaire introductie nodig is voor gelijktijdige of afzonderlijke infusie en/of afname van
vloeistoffen. Hogedrukinjectie van contrastmiddelen kan worden gebruikt bij specifieke modellen wanneer er toegang
toe wordt verkregen met een voor hogedrukinjectie geïndiceerde infuusset. Het Vital-Port systeem bestaat uit ofwel één
of twee onafhankelijke injectiepoortkamers, elk met een zelfafdichtend septum waartoe toegang wordt verkregen door
middel van percutane naaldpunctie met een niet-borende naald, en een katheter.
De titaan of polysulfon poortbody heeft hechtingspunten ter verankering. (Afb. 1) Bij titaanmodellen zijn deze
hechtingspunten met silicone gevuld. Een silicone of polyurethaan katheter, met een kathetervergrendeling, is reeds
bevestigd of wordt afzonderlijk meegeleverd. Bij alle modellen is een niet-borende roestvrijstalen naald inbegrepen en
bij bepaalde systemen is ook een introducerset voor vasculaire introductie, een tunneler en een niet-borende infuusset
meegeleverd.
Beoogd gebruik
Het Vital-Port vasculaire introductiesysteem is bestemd voor therapie bij patiënten bij wie herhaaldelijk vasculaire
introductie is vereist voor gelijktijdige of afzonderlijke injectie- of infusietherapie en/of afname van bloedmonsters.
De volgende Vital-Port hulpmiddelen zijn geïndiceerd voor hogedrukinjectie van contrastmiddelen wanneer ze worden
gebruikt met een infuusset voor hogedrukinjectie. Raadpleeg voor nadere informatie over het gebruik van deze modellen
voor hogedrukinjectie van contrastmiddelen het gedeelte Hogedrukinjectie van contrastmiddel met het Vital-Port
systeem in deze gebruiksaanwijzing.
• IP-7110
• IP-S7010
• IP-S7110
• IP-S9010
• IP-S9010P
• IP-S9110
• IP-S9110P
CONTRA-INDICATIES
Het Vital-Port systeem mag niet worden geïmplanteerd in aanwezigheid van bekende of vermoede infecties, bacteriëmie,
septikemie of peritonitis, of bij patiënten bij wie een eerdere intolerantie voor de constructiematerialen is aangetoond.
WAARSCHUWINGEN
• Bij inbrenging van de katheter in de v. subclavia (Afb. 2, A) met de gebruikelijke percutane technieken kan de
katheter worden blootgesteld aan periodieke samendrukkingskrachten binnen de smalle costo-claviculaire ruimte
tussen het sleutelbeen (Afb. 2, B) en de eerste rib (Afb. 2, C). De volgende complicaties zijn gemeld als gevolg van
herhaaldelijke samendrukking door het sleutelbeen: 'pinch-off'-syndroom (afknelling van de katheter), fractuur van
de katheter en afknappen van de katheter gevolgd door embolisatie van het distale gedeelte. De kans dat de katheter
occlusie en beschadiging oploopt kan aanzienlijk worden verkleind door een introductieplaats te kiezen die lateraal
van het sleutelbeen is (bij voorkeur op of lateraal van de midclaviculaire lijn) (Afb. 2, D), voordat de vene in de thorax
binnenkomt in de costo-claviculaire ruimte.
• AANBEVOLEN: Centraalveneuze katheter ingebracht op of lateraal van de midclaviculaire lijn (Afb. 2, E).
• TE VERMIJDEN: Centraalveneuze katheter ingebracht mediaal van de costo-claviculaire ruimte (Afb. 2, F).
• Luchtembolisatie voorkomen door met een vinger druk uit te oefenen op de opening van de introducersheath.
• Het niet afdoend verankeren van de poort aan de fascia verhoogt het risico van breken en/of losraken van de katheter,
hetgeen tot kathetermigratie kan leiden.
Perifeer geïmplanteerde poort
• Om katheterbeschadiging bij een perifeer in de bovenarm geïmplanteerd vasculair introductiesysteem te
voorkomen, dient de katheter zodanig te worden gepositioneerd dat deze het veneuze stelsel binnengaat in het
onderste derde gedeelte van de bovenarm en onder het punt waar de vene door de diepe of brachiale fascia loopt.
Bevestig na het inbrengen dat de katheter probleemloos door de vene loopt en dat er geen sprake is van abrupte
richtingsveranderingen.
58